Naar boven ↑

Rechtspraak

Behandeld in Nieuwsbrief NOvA Tuchtrecht Updates 2022-7

Dekenbezwaar. Verweerder heeft als voormalige strafrechtadvocaat in de krant en in een documentaire gesteld dat zijn voormalige cliënt tegen verweerder gezegd zou hebben dat hij betrokken was bij de moord op een zevenjarig meisje. Verweerder heeft daarmee zijn geheimhoudingsplicht - één van de belangrijkste kernwaarden van de advocatuur - op een zeer ernstige wijze geschonden. Verweerder heeft jaren geleden, na overleg met de deken, deze kennis gedeeld met een officier van justitie. De recente schendingen dienden geen enkel gerechtvaardigd belang meer. De aard en de ernst van dit handelen van verweerder rechtvaardigen zonder meer de oplegging van een zware maatregel. Voorts acht de raad - mede gelet op het artikel in NRC waarin verweerder (ten onrechte) de indruk heeft gewekt dat hij niet meer op zijn handelen kan worden aangesproken omdat hij geen advocaat meer is - van belang dat de op te leggen maatregel in de richting van de beroepsgroep en de maatschappij ook een normbevestigend effect zal hebben. Gelet op het voorgaande is de raad van oordeel dat schrapping van het tableau de enige passende maatregel is.