Rechtspraak
Uitspraakdatum
12-01-2024
ECLI
ECLI:NL:TAHVD:2024:3
Zaaknummer
230178
Inhoudsindicatie
Hoger beroep te laat ingesteld en daarom niet-ontvankelijk.
Uitspraak
Beslissing van 12 januari 2024
in de zaak 230178
naar aanleiding van het hoger beroep van:
klaagster
tegen:
verweerder
1 DE PROCEDURE BIJ DE RAAD
1.1 Het hof verwijst naar de beslissing van 22 mei 2023 van de Raad van Discipline (hierna: de raad) in het ressort Arnhem-Leeuwarden (zaaknummer: 22-829/AL/NN). In deze beslissing is de klacht van klaagster in alle onderdelen ongegrond verklaard. Deze beslissing is onder nummer ECLI:NL:TADRARL:2023:127 op tuchtrecht.nl gepubliceerd.
2 DE PROCEDURE BIJ HET HOF
2.1 Het hoger beroepschrift van klaagster tegen de beslissing op verzet is op 22 juni 2023, 00.38 uur, ontvangen door de griffie van het hof.
2.2 Verder bevat het dossier van het hof:
de stukken van de raad; het verweerschrift van verweerder; de e-mail van 1 november 2023, met bijlagen, van de zijde van klaagster;
2.3 De griffier van het hof heeft de raad gevraagd informatie te verstrekken over de verzending van de beslissing van 22 mei 2023. Het hof heeft de volgende stukken ontvangen van de raad:
de e-mail van 22 mei 2023, 12.06 uur, van de raad aan partijen; de e-mail van 22 mei 2023, 12.07 uur, van de raad aan partijen; het statusoverzicht aangetekende mail.
2.4 Partijen hebben de gelegenheid gekregen om op deze stukken te reageren. Verweerder heeft dat gedaan bij mail van 14 december 2023, verweerder bij e-mail van 15 december 2023.
2.5 De zaak is in raadkamer behandeld.
3 BEOORDELING
ontvankelijkheid
3.1 Klaagster heeft haar beroep te laat ingesteld en dat betekent dat zij daarin niet-ontvankelijk is. Het hof licht dit als volgt toe.
3.2 In artikel 56 lid 1 van de Advocatenwet is bepaald dat de klager gedurende dertig dagen na verzending van de beslissing van de raad hoger beroep kan instellen tegen die beslissing indien zijn klacht geheel of ten dele ongegrond is verklaard.
3.3 Het hof stelt op grond van de hiervoor onder 2.3 genoemde stukken vast dat de raad per e-mail van 22 mei 2023, 12.06 uur, heeft aangekondigd dat de beslissing die dag bij vervroeging zal worden uitgesproken en verzonden via Aangetekend mailen. De beslissing is vervolgens op 22 mei 2023, om 12.07 uur, naar de gemachtigde van klaagster gestuurd via Aangetekend mailen. Dit alles betekent dat de termijn waarbinnen klager hoger beroep kon instellen begon op 23 mei 2023 en eindigde op 21 juni 2023.
3.4 Het beroepschrift is op 22 juni 2023 door de griffie van het hof ontvangen. De termijn van beroep was toen verstreken.
3.5 Het hof begrijpt dat klaagster zich op het standpunt stelt dat de beroepstermijn is begonnen op 24 mei 2023, de dag nadat haar gemachtigde de aangetekend verzonden mail ophaalde en daarvan kennis nam. Dat standpunt volgt het hof niet. Doorslaggevend is op grond van artikel 56 Advocatenwet immers het moment van verzending.
3.6 De stelling van klaagster dat de termijnoverschrijding als verschoonbaar moet worden beschouwd omdat de regelgeving onduidelijk is slaagt evenmin. Niet alleen staat (de aanvang van) de beroepstermijn duidelijk in artikel 56 van de Advocatenwet, maar ook onder de beslissing van de raad staat uitdrukkelijk vermeld wanneer de beroepstermijn aanvangt. De regeling is voldoende duidelijk en (de gemachtigde van) klaagster heeft daarvan ook tijdig kennis kunnen nemen.
4 BESLISSING
Het Hof van Discipline:
4.1 verklaart het beroep van klaagster niet-ontvankelijk.
Deze beslissing is gewezen door mr. J.C.A.T. Frima, voorzitter, mrs. J.D. Streefkerk en R.N.E. Visser, leden, in tegenwoordigheid van mr. A. Tijs, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 12 januari 2024.
griffier voorzitter
De beslissing is verzonden op 12 januari 2024 .