Rechtspraak
Uitspraakdatum
18-12-2023
ECLI
ECLI:NL:TADRSHE:2023:148
Zaaknummer
23-427/DB/LI
Inhoudsindicatie
Verzet ongegrond.
Uitspraak
Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch van 18 december 2023
in de zaak 23-427/DB/LI
naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 21 juli 2023 op de klacht van:
klaagster
over:
verweerder
1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE
1.1 Op 4 december 2022 heeft klaagster bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg (hierna: “de deken”) een klacht ingediend over verweerder.
1.2 Op 21 juni 2023 heeft de raad het dossier met kenmerk K22-119 van de deken ontvangen.
1.3 Bij beslissing van 21 juli 2023 heeft de voorzitter van de raad de klacht kennelijk ongegrond verklaard.
1.4 Op 22 juli 2023 heeft klaagster verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.
1.5 Partijen zijn opgeroepen voor de mondelinge behandeling van het verzet tijdens de zitting van de raad op 6 november 2023. Partijen zijn niet verschenen.
1.6 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waartegen het verzet is gericht, van de stukken waarop de beslissing van de voorzitter is gebaseerd, van het verzetschrift en van de volgende nagekomen stukken:
de nagekomen e-mail van klaagster d.d. 25 september 2023; de nagekomen e-mail van klaagster d.d. 2 november 2023 met bijlagen.
2 FEITEN EN KLACHT
Voor een weergave van de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter.
3 VERZET
De gronden van het verzet houden, zakelijk weergegeven, het volgende in:
De raad van discipline heeft zich schuldig gemaakt aan diverse strafbare feiten en gehandeld in strijd met het EVRM en fundamentele rechtsbeginselen. Verweerder heeft zich schuldig gemaakt aan oplichting en samenspanning.
4 BEOORDELING
4.1 Voordat de raad de klacht inhoudelijk kan beoordelen moet sprake zijn van een gegrond verzet. Een verzet is alleen gegrond als in redelijkheid moet worden betwijfeld of de beslissing van de voorzitter juist is. Twijfel kan bijvoorbeeld bestaan als de voorzitter een verkeerde maatstaf (toetsingsnorm) heeft toegepast of de beslissing heeft gebaseerd op onjuiste of onvolledige feiten.
4.2 De raad is op grond van het verzetschrift van oordeel dat de verzetgronden van klaagster niet slagen. De voorzitter heeft bij de beoordeling van de klacht de juiste maatstaf toegepast en voorts rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval.
4.3 Omdat het verzet tegen de beslissing van de voorzitter ook verder geen nieuwe gezichtspunten oplevert, is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht. De raad zal het verzet daarom ongegrond verklaren.
BESLISSING
De raad van discipline:
verklaart het verzet ongegrond.
Aldus beslist door mr. S.H.L. Baggel, voorzitter, mrs. A.A.T. van Ginderen, H.C Struijk, leden, bijgestaan door mr. T.H.G. Huber – Van de Langenberg, als griffier en uitgesproken in het openbaar op 18 december 2023.
Griffier Voorzitter
Verzonden op: 18 december 2023