Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

11-08-2023

ECLI

ECLI:NL:TAHVD:2023:134

Zaaknummer

230141

Inhoudsindicatie

Artikel 13-beklag niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding zonder verschoonbare reden. 

Uitspraak

Beslissing van 11 augustus 2023

in de zaak 230141

                                     

naar aanleiding van het beklag van:

 

                                     

klager

                                     

tegen:

                                     

de deken

 

 

1 HET BEKLAG

1.1 Klager heeft bij de deken een verzoek ingediend tot aanwijzing van een advocaat als bedoeld in artikel 13 lid 1 Advocatenwet. De deken heeft dit verzoek afgewezen met haar beslissing van 14 april 2023. Klager heeft een beklag van 27 mei 2023 tegen de beslissing van de deken ingediend bij het Hof van Discipline (hierna: het hof).

 

2 DE PROCEDURE BIJ HET HOF

2.1 Het beklag is op 27 mei 2023 ontvangen door de griffie van het hof.

2.2 De griffier van het hof heeft klager met een brief van 12 juni 2023 geïnformeerd over de procedure. Hierin staat dat het beklag is ingediend na het verstrijken van de beklagtermijn, namelijk na zes weken na bekendmaking van de beschikking. De griffier heeft klager in de gelegenheid gesteld toe te lichten waarom het beklagschrift te laat is ontvangen, omdat in bijzondere omstandigheden de overschrijding van de beklagtermijn wordt gerechtvaardigd (‘verschoonbaar wordt geacht’). Klager heeft tot 26 juni 2023 de tijd gekregen om eventuele bijzondere omstandigheden aan te voeren. Klager moest zijn eventuele reactie in kopie naar de deken te sturen. Nadien heeft de deken de gelegenheid daarop te reageren.

2.3 Op 4 juli 2023 heeft klager gereageerd op de brief van de griffier. Klager heeft aangegeven dat hij wel degelijk op tijd zijn beklagschrift heeft ingediend bij het hof. Hij verwijst naar de e-mail waarmee hij zijn beklag heeft ingediend. Klager vindt de gang van zaken oneerlijk en geeft aan dat hij een advocaat nodig heeft, gezien ook het zware proces waarin hij zit nu hij veel familieleden bij de aardbeving in Turkije heeft verloren.

2.4 De griffier van het hof heeft de reactie van klager op 6 juli 2023 toegezonden aan de deken en de deken laten weten dat de termijn voor zijn slotreactie op 17 juli 2023 verstrijkt. De deken heeft het hof op 4 augustus 2023 bericht geen gebruik te maken van de mogelijkheid tot het geven van een slotreactie.

2.5 Het hof heeft het verzoek in raadkamer behandeld op basis van de stukken uit het dossier.

 

3 BEOORDELING

 

Beklagtermijn

 

3.1 Een beklag tegen een beslissing van de deken, waarin het verzoek om aanwijzing van een advocaat wordt afgewezen, moet binnen zes weken na bekendmaking van die beslissing bij de griffie van het hof zijn ingediend (artikel 13 lid 3 Advocatenwet). Het hof verwijst in dit verband ook naar zijn procesreglement. In artikel 10.2 daarvan staat dat het beklag uiterlijk op de 42e dag na de bekendmaking van de beschikking van de deken door de griffie van het hof moet zijn ontvangen. Onderaan de beslissing van de deken staat ook dat klager binnen zes weken, ‘aanvangende met ingang van de dag na de bekendmaking van de afwijzing van uw verzoek’, beklag kan doen bij het hof (de zgn. rechtsmiddelenclausule). Van de termijn waarbinnen beklag moet zijn gedaan, kan in beginsel niet worden afgeweken. Deze termijn is van openbare orde, in die zin dat die termijn door het hof ambtshalve wordt toegepast. 

 

3.2 In dit geval heeft de deken haar beslissing bekend gemaakt op 14 april 2023. Zij heeft die beslissing namelijk diezelfde dag per e-mail aan klager toegezonden. Dit betekent dat 15 april 2023 dag één van de beklagtermijn is en dat die beklagtermijn is afgelopen op 26 mei 2023. De griffie van het hof heeft het beklag van klager ontvangen op 27 mei 2023. Dit betekent dat klager één dag te laat zijn beklag heeft ingediend en daarom niet-ontvankelijk is in zijn beklag. Klager heeft geen bijzondere omstandigheden aangedragen die rechtvaardigen dat zijn beklag een dag te laat is ontvangen en daardoor alsnog in behandeling zou kunnen worden genomen.

 

3.3 De conclusie is dat klager niet-ontvankelijk is in zijn beklag.

  

4 BESLISSING

Het Hof van Discipline:

 

- verklaart het beklag van klager tegen de beslissing van 14 april 2023 van de Deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Midden-Nederland niet-ontvankelijk.

 

Deze beslissing is gewezen door mr. J. Blokland, voorzitter, mrs. I.P.A. van Heijst en W.F. Boele, leden, in tegenwoordigheid van mr. L.E. Verwey, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 11 augustus 2023 .

                                                                                                                 

griffier                                                                                                       voorzitter

 

Deze beslissing is verzonden op 11 augustus 2023.