Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

03-07-2023

ECLI

ECLI:NL:TADRARL:2023:164

Zaaknummer

22-455/AL/GLD

Inhoudsindicatie

Verzetbeslissing. De raad verklaart het verzet ongegrond.

Uitspraak

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden van 3 juli 2023 in de zaak 22-455/AL/GLD naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 29 augustus 2022 op de klacht van:

klager oververweerder

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE 1.1 Op 28 oktober 2021 heeft klager een klacht tegen verweerder bij de deken ingediend. 1.2 Op 2 juni 2022 heeft de raad het klachtdossier met kenmerk K 21/141 van de deken ontvangen. 1.3 Bij beslissing van 29 augustus 2022 heeft de voorzitter van de raad (hierna ook: de voorzitter) de klacht kennelijk ongegrond verklaard. 1.4 Op 30 augustus 2022 heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter. 1.5 Het verzet is behandeld op de zitting van de raad van 17 april 2023. Daarbij waren klager en verweerder aanwezig. 1.6 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waartegen het verzet is gericht, van de stukken waarop de voorzittersbeslissing is gebaseerd en van het verzetschrift. Ook heeft de raad kennisgenomen van de e-mail van klager met bijlage van 29 maart 2023.

2 VERZET 2.1 Klager heeft als verzetgrond aangevoerd dat verweerder heeft geweigerd om namens hem hoger beroep in te stellen, terwijl hij zich bereid had verklaard om klager als advocaat bij te staan. Het oordeel dat de voorzitter daarover heeft genomen, is onjuist.

3 FEITEN EN KLACHT 3.1 Voor de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter.

4 BEOORDELING 4.1 Voordat de raad de klacht inhoudelijk kan beoordelen moet sprake zijn van een gegrond verzet. Een verzet is alleen gegrond als in redelijkheid moet worden betwijfeld of de beslissing van de voorzitter juist is. Twijfel kan bijvoorbeeld bestaan als de voorzitter een verkeerde maatstaf (toetsingsnorm) heeft toegepast of de beslissing heeft gebaseerd op onjuiste of onvolledige feiten. 4.2 De raad is van oordeel dat de door klager aangevoerde verzetgronden niet slagen; de voorzitter heeft bij de beoordeling de juiste maatstaf toegepast en heeft rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Hij heeft de klacht dus terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden. Omdat het verzet tegen de beslissing van de voorzitter ook verder geen nieuwe gezichtspunten oplevert, is er geen plaats voor nader onderzoek naar de klacht. 4.3 Op grond van het voorgaande zal de raad het verzet ongegrond verklaren.

BESLISSING De raad van discipline: - verklaart het verzet ongegrond.

Aldus beslist door mr. H.F.R. van Heemstra, voorzitter, mrs. P.Th. Mantel en A.W. Siebenga, leden, bijgestaan door mr. W.B. Kok als griffier en uitgesproken in het openbaar op 3 juli 2023.

Griffier                                                                                                                       Voorzitter   Verzonden d.d. 3 juli 2023