Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

17-08-2022

ECLI

ECLI:NL:TADRSGR:2022:121

Zaaknummer

22-427/DH/RO

Inhoudsindicatie

Voorzittersbeslissing. Klacht van eigenaar advocatenkantoor over adverteren op Google kennelijk ongegrond, omdat niet gebleken is dat het resultaat binnen de invloedsfeer van verweerder is gelegen.

Uitspraak

Beslissing van de voorzitter van de Raad van Discipline in het ressort Den Haag van 17 augustus 2022 in de zaak 22-427/DH/RO naar aanleiding van de klacht van:

klager over: verweerder gemachtigde: mr. B.D.W. Martens

De plaatsvervangend voorzitter van de raad van discipline (hierna ook: de voorzitter) heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Rotterdam (hierna: de deken) van 10 mei 2022 met kenmerk R 2022/45 en van de op de inventarislijst genoemde bijlagen 1 tot en met 29. 

1    FEITEN Voor de beoordeling van de klacht gaat de voorzitter, gelet op het klachtdossier, uit van de volgende feiten. 1.1    Klager is eigenaar van advocatenkantoor [X]. 1.2    Verweerder is partner van kantoor [Y]. Het kantoor heeft vestigingen in verschillende steden, waaronder in Rotterdam. 1.3    Klager heeft via Google een zoekopdracht uitgevoerd met de naam van zijn kantoor. Als eerste resultaat verscheen een advertentie met de naam van klagers kantoor, maar met een verwijzing naar de website van verweerders kantoor. 1.4    Op 15 april 2021 heeft klager bij de deken een klacht ingediend over verweerder. 

2    KLACHT 2.1    De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 van de Advocatenwet. Klager verwijt verweerder dat hij met de handelsnaam van klagers kantoor adverteert op Google Adwords. Door te zoeken op de naam van klager of zijn kantoor komt de zoeker terecht op de website van verweerders kantoor, aldus klager. 2.2    Klager heeft bij de klacht een screenshot gevoegd van de onder 1.3 genoemde zoekopdracht. 

3    VERWEER 3.1    Verweerder heeft tegen de klacht verweer gevoerd. De voorzitter zal hierna, waar nodig, op het verweer ingaan.

4    BEOORDELING 4.1    Vast staat dat een zoekopdracht zoals onder 1.3 genoemd op enig moment als eerste resultaat een advertentie met de naam van klagers kantoor, maar met een verwijzing naar de website van verweerders kantoor heeft opgeleverd. De vraag is of daarvan aan verweerder een tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt.  4.2    De voorzitter overweegt dat verweerder(s kantoor) gebruik maakt van de advertentiefaciliteiten van Google. Dat staat hem vrij. Dat een advertentie van verweerders kantoor bovenaan in de zoekresultaten verschijnt, zelfs met de naam van klagers kantoor, is mogelijk te verklaren door een technische reden. Niet gebleken is echter dat dit binnen de invloedsfeer van verweerder is gelegen. De voorzitter acht het niet aannemelijk geworden dat verweerder opzet of zelfs kwade opzet heeft gehad op het gewraakte zoekresultaat. Van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen is de voorzitter niet gebleken. De klacht is daarom kennelijk ongegrond.

BESLISSING De voorzitter verklaart:  de klacht, met toepassing van artikel 46j van de Advocatenwet, kennelijk ongegrond.

Aldus beslist door mr. S.M. Krans, plaatsvervangend voorzitter, bijgestaan door mr. C.M. van de Kamp als griffier en uitgesproken in het openbaar op 17 augustus 2022.