Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

07-12-2020

ECLI

ECLI:NL:TADRAMS:2020:280

Zaaknummer

19-768/A/A

Inhoudsindicatie

Klacht tegen advocaat wederpartij. Klaagster niet ontvankelijk in klacht over de (aard van de) samenwerking van verweerder met een jurist wegens ontbreken zelfstandig belang.

Uitspraak

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam

van 7 december 2020

in de zaak 19-768/A/A

naar aanleiding van de klacht van:

klaagster

over:

verweerder

1    VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1    Op 28 april 2019 heeft klaagster bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Amsterdam (hierna: de deken) een klacht ingediend over verweerder.

1.2    Op 16 december 2019 heeft de raad het klachtdossier met kenmerk 2019-886617 van de deken ontvangen.

1.3    De klacht is behandeld op de zitting van de raad van 26 oktober 2020. Daarbij waren klaagster vergezeld door haar gemachtigde M.M.A. Lubach en verweerder aanwezig. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.4    De raad heeft kennisgenomen van het in 1.2 genoemde klachtdossier en van de op de inventarislijst genoemde bijlagen 1 tot en met 18.

2    FEITEN

2.1    Voor de beoordeling van de klacht gaat de raad, gelet op het klachtdossier en de op de zitting afgelegde verklaringen, uit van de volgende feiten.

2.2    Klaagster is als verhuurder in een huurgeschil verwikkeld met een huurder.

2.3    RentReturn heeft de vordering van deze huurder op klaagster overgenomen. Klaagster is door mr. De W., werkzaam als bedrijfsjurist bij RentReturn, benaderd met het verzoek om terugbetaling van de door de huurder aan klaagster betaalde borgsom.

2.4    Op enig moment heeft RentReturn klaagster laten weten dat de zaak uit handen zou worden gegeven aan het kantoor van verweerder.

2.5    Verweerder heeft klaagster namens zijn cliënte RentReturn gesommeerd tot betaling van de borgsom en heeft daarnaast rechtsmaatregelen aangekondigd voor het geval tijdige betaling door klaagster zou uitblijven.

2.6    Verweerder voert een eenmanspraktijk. Op de website van verweerder stond destijds vermeld dat mr. De W. als paralegal aan het kantoor van verweerder was verbonden.

3    KLACHT

3.1    De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet. Klaagster verwijt verweerder het volgende.

a)    Klaagster is op het verkeerde been gezet door de samenwerking tussen verweerder en mr. De W. Het was onduidelijk dat mr. De Weert als paralegal voor verweerder werkte;

b)    Verweerder behartigt tegenstrijdige belangen.

4    VERWEER

4.1    Verweerder heeft tegen de klacht verweer gevoerd. De raad zal hierna, waar nodig, op het verweer ingaan.

5    BEOORDELING

Klachtonderdelen a) en b)

5.1    Deze klachtonderdelen lenen zich voor gezamenlijke behandeling.

5.2    De raad stelt vast dat de klacht gericht is tegen de advocaat van klaagsters wederpartij. Het klachtrecht komt alleen diegene toe die door een handelen of nalaten van een advocaat in zijn belang getroffen is of kan worden. De raad is van oordeel dat klaagster niet in haar belang wordt getroffen door een eventuele samenwerking tussen verweerder als advocaat en mr. De W. als paralegal. Of er destijds daadwerkelijk nog sprake was van een dergelijke samenwerking kan in het midden blijven. Het feit dat mr. De W. als bedrijfsjurist van RentReturn verweerder als advocaat heeft ingeschakeld in de zaak tegen klaagster maakt het voorgaande niet anders. Klachtonderdeel a) is derhalve niet-ontvankelijk.

5.3    Voor zover klaagster klaagt dat zij door de inhoud van de website van verweerder op het verkeerde been is gezet omdat het voor haar onduidelijk was wat de aard van de samenwerking was, kan dat verweerder niet tuchtrechtelijk aangerekend worden.

5.4    Naar het oordeel van de raad is klachtonderdeel b) evenmin ontvankelijk, aangezien klaagster, als wederpartij van de cliënt van verweerder, niet als belanghebbende bij de onderhavige klacht kan worden beschouwd. Gedragsregel 15, die aanwijzingen bevat voor de advocaat hoe te handelen in geval van conflicterende belangen, strekt ter bescherming van de cliënt van de advocaat. De wederpartij kan zich daarop niet beroepen. Ten overvloede overweegt de raad dat klaagster er ten onrechte van uitgaat dat hier sprake zou zijn van belangenverstrengeling. Verweerder behartigt enkel en alleen de belangen van RentReturn in de zaak tegen klaagster.

BESLISSING

De raad van discipline:

-    verklaart alle klachtonderdelen niet-ontvankelijk.

Aldus beslist door mr. Q.R.M. Falger, voorzitter, mrs. M. Middeldorp en R. Lonterman, leden, bijgestaan door mr. N.M.K. Damen als griffier en uitgesproken in het openbaar op 7 december 2020.

Griffier    Voorzitter

Verzonden op 7 december 2020

mededelingen van de griffier ter informatie:

Verzending

Deze beslissing is in afschrift gelijktijdig verzonden.