Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

11-09-2020

ECLI

ECLI:NL:TAHVD:2020:186

Zaaknummer

200145

Inhoudsindicatie

Appelverbod. Klacht tegen een voorzittersbeslissing van de raad is niet-ontvankelijk.

Uitspraak

BESLISSING

van 11 september 2020

in de zaak 200145

naar aanleiding van het hoger beroep van:

klager

tegen:

verweerder

 

1        DE PROCEDURE BIJ DE RAAD

1.1        Het hof verwijst naar de beslissing van 9 maart 2020 van de voorzitter van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam (zaaknummer: 20-054/A/A), waarin, met toepassing van artikel 46j Advocatenwet, beide klachtonderdelen kennelijk ongegrond zijn verklaard. Deze beslissing is op 9 maart 2020 aan partijen toegezonden.

De beslissing is gepubliceerd op tuchtrecht.nl als ECLI:NL:TADRAMS:2020:52.

 

2        DE PROCEDURE BIJ HET HOF

2.1        Het beroepschrift van klager tegen deze beslissing is op 6 juni 2020 ontvangen door de griffie van het hof.

2.2        Verder bevat het dossier van het hof:

-        de stukken van de raad;

-        het e-mailbericht van 11 juni 2020 met bijlagen van klager.

2.3        Klager is door de griffie van het hof per e-mailbericht van 24 juni 2020 bericht dat het hof eerst de ontvankelijkheid zal beoordelen. Deze beslissing wordt in raadkamer genomen. Indien het hoger beroep ontvankelijk is, dan zal bij verweerder een schriftelijke reactie worden opgevraagd. Bij e-mailbericht van 21 juli 2020 is de samenstelling van de kamer en de uitspraakdatum aan partijen bericht.

 

3        BEOORDELING

3.1        Het beroep van klager is gericht tegen een voorzittersbeslissing van de raad. Ingevolge artikel 46h Advocatenwet staat tegen een voorzittersbeslissing het rechtsmiddel van verzet open. Klager heeft van dit rechtsmiddel geen gebruik gemaakt. Dit laat onverlet dat tegen de voorzittersbeslissing van de raad geen beroep bij het hof open staat en klager op die grond niet-ontvankelijk moet worden verklaard.

  

BESLISSING

Het Hof van Discipline:

- verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep tegen de beslissing van 9 maart 2020 van de voorzitter van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam, gewezen onder nummer 20-054/A/A.

 

Aldus gewezen door mr. J.D. Streefkerk, voorzitter, mrs. M.P.C.J. van Bavel en E.L. Pasma, leden, in tegenwoordigheid van mr. A.M. van der Hoorn, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 11 september 2020.

griffier        voorzitter   

De beslissing is verzonden op 11 september 2020.