Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

03-07-2020

ECLI

ECLI:NL:TAHVD:2020:118

Zaaknummer

190031H

Inhoudsindicatie

Herzieningsverzoek van klager afgewezen omdat dit alleen openstaat voor advocaten aan wie een maatregel is opgelegd. Kennelijk niet-ontvankelijk. Verzoek om mondelinge behandeling afgewezen.

Uitspraak

van 3 juli 2020

in de zaak 190031H

 

naar aanleiding van het verzoek tot herziening van:

 

verzoeker

 

1          DE BESLISSING WAARVAN HERZIENING WORDT VERZOCHT

1.1      Het hof van discipline (hierna: het hof) verwijst naar zijn beslissing van 4 november 2019, gewezen onder nummer 190031. Daarin is de beslissing van de raad vernietigd voor zover daarin onderdeel 1 van de klacht van klager gegrond is verklaard en een maatregel en proceskostenveroordeling aan verweerster is opgelegd. Het hof heeft klachtonderdeel 1 ongegrond verklaard. De beslissing van het hof is gepubliceerd op tuchtrecht.nl als ECLI:NL:TAHVD:2019:179.

1.2      Klager en verweerster in de zaak 190031 worden in de herzieningsprocedure 190031H aangeduid als respectievelijk verzoeker en verweerster.

 

2          HET VERZOEK TOT HERZIENING

2.1      Per brief van 28 februari 2020 heeft verzoeker het hof verzocht om herziening van de beslissing van het hof van 4 november 2019. De griffie van het hof heeft het herzieningsverzoek ontvangen op 2 maart 2020.

 

2.2      Het hof heeft voorts kennis genomen van de brief d.d. 10 maart 2020 van verweerster.

 

2.3      Per brief van 8 juni 2020 is verzoeker door de griffie van het hof bericht dat het hof voornemens is de zaak op stukken te beoordelen in raadkamer. Daarbij is verzoeker bericht dat hij nog één week de gelegenheid heeft stukken in te dienen. Per brief van 10 juni 2020 is de brief van verweerster doorgezonden aan verzoeker. Per brief van 16 juni 2020 is verzoeker door de griffie van het hof geïnformeerd over de samenstelling van de kamer van het hof die de zaak in raadkamer op stukken beoordeelt. De griffie van het hof heeft vervolgens verzoeker bij brief van 17 juni 2020 geïnformeerd dat het onderzoek is gesloten en het hof op 3 juli 2020 uitspraak zal doen. Verweerster heeft dezelfde informatie ontvangen in de e-mails van 8 en 16 juni 2020.

 

2.4      Verzoeker heeft op 18 juni 2020 telefonisch contact opgenomen met de griffie van het hof en aangegeven dat hij een mondelinge behandeling van zijn verzoek wenst. In dit verband stelde verzoeker dat hij de brief van 8 juni 2020 van de griffie van het hof niet heeft ontvangen. Het verzoek om een mondelinge behandeling is door verzoeker niet toegelicht ondanks het verzoek daartoe van de griffiemedewerker die verzoeker te woord stond.

 

2.5      Het hof heeft het verzoek van verzoeker om een mondelinge behandeling afgewezen met inachtneming van het bepaalde in het herzieningsprotocol, zoals hieronder overwogen in r.o. 3.4. Het herzieningsverzoek van verzoeker is op stukken beoordeeld in raadkamer.

 

 

3          BEOORDELING

De mogelijkheid tot herziening

3.1      Het hof stelt voorop dat tegen een beslissing van het hof in de Advocatenwet geen gewoon rechtsmiddel is opengesteld. De Advocatenwet voorziet evenmin in de mogelijkheid tot herziening van een uitspraak van de tuchtrechter. Bij hoge uitzondering kan hierover anders worden geoordeeld. In dit verband is door het hof een herzieningsprotocol vastgesteld dat ook geldt voor dit herzieningsverzoek (verder: het herzieningsprotocol) en gepubliceerd is op de website van het hof.

3.2      In het herzieningsprotocol van het hof is onder 1.1 bepaald dat een verzoek tot herziening in beginsel niet-ontvankelijk is. Onder 1.2 zijn de uitzonderingen op deze regel geformuleerd en onder 1.3 is bepaald dat enkel advocaten, aan wie een maatregel is opgelegd in de betreffende beslissing, een beroep op die uitzonderingen uit 1.2 kan doen.

De beoordeling

3.3      Verzoeker is in de tuchtprocedure de klagende partij en geen advocaat aan wie een maatregel is opgelegd. Verzoeker kan dan ook geen beroep doen op de in het herzieningsprotocol opgenomen uitzonderingen. Op grond van het voorgaande zal het herzieningsverzoek van verzoeker kennelijk niet-ontvankelijk worden verklaard. 

Afwijzing zonder mondelinge behandeling

3.4      Onder 4.2 van het herzieningsprotocol is bepaald dat het hof kennelijk niet-ontvankelijke herzieningsverzoeken kan afwijzen met een gemotiveerde beslissing zonder een mondelinge behandeling te houden. Gezien het oordeel van het hof onder 3.3 van deze beslissing dat het herzieningsverzoek van verzoeker kennelijk niet-ontvankelijk is en dit oordeel gemotiveerd is, heeft het hof het verzoek van verzoeker om een mondelinge behandeling afgewezen.

 

          BESLISSING

Het Hof van Discipline:

 - verklaart verzoeker kennelijk niet-ontvankelijk in zijn herzieningsverzoek.

 

Aldus gewezen door mr. T. Zuidema , voorzitter, mrs. M.P.C.J. van Bavel en G.C. Endedijk , leden, in tegenwoordigheid van mr. L.E. Verwey, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 3 juli 2020 .

 

                                                                                                

griffier                                                               voorzitter    

De beslissing is verzonden op 3 juli 2020.