Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

24-08-2015

ECLI

ECLI:NL:TAHVD:2015:257

Zaaknummer

7473

Inhoudsindicatie

Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad nu klaagster geen bezwaren tegen deze beslissing heeft kenbaar gemaakt.

Uitspraak

Beslissing

van 24 augustus 2015

in de zaak 7473

naar aanleiding van het hoger beroep van:

klaagster

tegen:

verweerder

1    HET GEDING IN EERSTE AANLEG

Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ‘s Gravenhage (verder: de raad) van 2 maart 2015, onder nummer R.4430/14.16, aan partijen toegezonden op 4 maart 2015, waarbij van een klacht van klaagster tegen verweerder het verzet tegen de beslissing van de voorzitter gegrond is verklaard en de klacht niet-ontvankelijk is verklaard.

De beslissing is gepubliceerd op tuchtrecht.nl als ECLI:NL:TADRSGR:2015:61.

2    HET GEDING IN HOGER BEROEP

2.1    De memorie waarbij klaagster van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 26 maart 2015 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2    Het hof heeft voorts kennis genomen van:

-    de stukken van de eerste aanleg;

-    de e-mail van klaagster aan het hof van 3 juni 2015.

2.3    Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 22 juni 2015, waar klaagster en verweerder zijn verschenen.

3    KLACHT

3.1    Klaagster verwijt verweerder dat hij zich niet heeft gehouden aan de gedragsregels 1, 2, 4, 5, 7, 19, 23, 30 en 35. Meer in het bijzonder verwijt klaagster verweerder dat hij gebruik maakt van een taxatierapport, terwijl hij weet dat dit taxatierapport vals is. Klaagster heeft gesteld dat de in dat rapport getaxeerde waarde van € 210.000,-- niet overeenkomt met de verkoopprijs van vergelijkbare huizen. Verweerder wist naar de mening van klaagster al vanaf het begin dat het gaat om een vervalst taxatierapport, nu hij heeft geweigerd klaagster een kopie van dat rapport te zenden.

3.2    In het kader van het verzet heeft klaagster gesteld dat de klacht onjuist is omschreven althans onvolledig is.

4    FEITEN

Het volgende is komen vast te staan:

4.1    De raad  heeft in de beslissing waarvan beroep klaagster niet-ontvankelijk verklaard omdat ter zitting van de raad was afgesproken alle klachtonderdelen te behandelen in de zaak bij de raad aanhangig onder nummer R. 4508/14.193.

4.2    Ter zitting van het hof heeft klaagster verklaard  met deze handelwijze akkoord te zijn gegaan.

5    BEOORDELING

Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad nu klaagster geen bezwaren tegen deze beslissing heeft kenbaar gemaakt.

    BESLISSING

Het Hof van Discipline:

bekrachtigt de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Den Haag van 2 maart 2015 onder nummer R.4430/14.16.

Aldus gewezen door mr. J.C. van Dijk, voorzitter, mrs. P.T. Gründemann, M. Pannevis, M.L.J.C. van Emden-Geenen, en J.A. Schaap, leden, in tegenwoordigheid van mr. I.F. Schouwink, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 24 augustus 2015.

            

De beslissing is verzonden op 24 augustus 2015.