Uitspraakdatum

14-05-2018

ECLI

ECLI:NL:TAHVD:2018:95

Zaaknummer

180107

Inhoudsindicatie

Voorzittersbeslissing. Geen doorbreking rechtsmiddelenverbod (46h lid 7 Advocatenwet), nu de brief van klager enkel een betwisting van de inhoudelijke beslissing van de raad bevat en niets is gesteld over een schending van de fundamentele rechtsbeginselen.

Uitspraak

Beslissing

van de plaatsvervangend voorzitter van

het Hof van Discipline

van 14 mei 2018

in de zaak 180107

naar aanleiding van het hoger beroep van:

klaagster

tegen:

verweerster

1    HET GEDING IN EERSTE AANLEG

Het hof verwijst naar de beslissing van de voorzitter van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden (verder: de raad) van 9 oktober 2017, onder nummer 17-553, aan partijen toegezonden op 9 oktober 2017. In deze beslissing heeft de voorzitter de klacht van klaagster tegen verweerster kennelijk ongegrond verklaard. Tevens verwijst het hof naar de beslissing van de raad van 16 april 2018, eveneens onder nummer 17-553, aan partijen toegezonden op 16 april 2018. In deze beslissing is het verzet van klager tegen de beslissing van de voorzitter ongegrond verklaard.

De beslissing van de plaatsvervangend voorzitter van de raad is gepubliceerd op tuchtrecht.nl als ECLI:NL:TADRARL:2017:228 en de beslissing van de raad als ECLI:NL:TADRARL:2018:97.

2    HET GEDING IN HOGER BEROEP

De memorie waarbij klager van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 24 april 2018 ter griffie van het hof ontvangen.

3    BEOORDELING

3.1    Artikel 46h lid 7 van de Advocatenwet bepaalt dat geen rechtsmiddel openstaat tegen een beslissing van de Raad van Discipline tot niet-ontvankelijkverklaring of ongegrondverklaring van het verzet, dat wordt gedaan tegen een beslissing van de voorzitter van die raad – inhoudende dat een klacht kennelijk niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond dan wel van onvoldoende gewicht is afgewezen.

3.2    Dit betekent dat de Advocatenwet aan klaagster niet de mogelijkheid biedt om in hoger beroep te komen van de bestreden beslissing van de raad. Een uitzondering op dit rechtsmiddelenverbod is mogelijk als sprake is van een schending van de fundamentele rechtsbeginselen bij de behandeling van de klacht door de raad.

3.3    In de brief van 19 april 2018 van klaagster wordt gesteld dat het rechtsmiddelenverbod moet worden doorbroken, omdat sprake is van een schending van de fundamentele rechtsbeginselen. Echter, de inhoud van deze brief bevat enkel een betwisting van de inhoudelijke beslissing van de raad. Er is hierin niets gesteld over de schending van een fundamenteel rechtsbeginsel. Derhalve verwerpt het hof het beroep van klaagster. 

BESLISSING

De plaatsvervangend voorzitter van het Hof van Discipline:

wijst af het door klaagster tegen de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden van 16 april 2018, nummer 17-533, ingestelde hoger beroep.

Aldus beslist door mr. P.M.A. de Groot-van Dijken, plaatsvervangend voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. L.E. Verwey, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 14 mei 2018.

griffier                 plaatsvervangend voorzitter           

Tegen deze beslissing kan binnen veertien dagen na verzending van het afschrift schriftelijk verzet worden gedaan bij het Hof van Discipline.

De eerste dag van deze termijn van veertien dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van het afschrift. Uiterlijk op de veertiende dag dient Uw verzetschrift in het bezit te zijn van de griffier van het Hof van Discipline. Het gaat mitsdien niet om tijdige verzending van het verzetschrift maar om tijdige ontvangst door de griffie van het Hof van Discipline.

U dient er rekening mee te houden dat verlenging van deze termijn niet tot de mogelijkheden behoort.

Verzet dient te worden ingesteld door middel van een verzetschrift, waarin de gronden voor het verzet zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien.

Het verzetschrift dient in zevenvoud te worden ingediend.

Het Hof van Discipline is gevestigd te Den Haag aan de Kneuterdijk 1.

Het postadres van het Hof van Discipline is: Postbus 85452, 2508 CD Den Haag.

Het telefoonnummer van het Hof van Discipline is: 088 2053777.

De beslissing is verzonden op 14 mei 2018.