Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

22-06-2018

ECLI

ECLI:NL:TAHVD:2018:121

Zaaknummer

180008

Inhoudsindicatie

Herstelbeslissing. In het dictum staat abusievelijk dat de beslissing van de raad van discipline in het ressort Amsterdam is bekrachtigd. Dit had het ressort 's-Hertogenbosch moeten zijn.

Uitspraak

Herstelbeslissing

van 22 juni 2018

in de zaak 180008

naar aanleiding van het hoger beroep van:

klager

tegen:

verweerder

1    DE BESLISSING WAARVAN HERSTEL

Het Hof van Discipline heeft in zijn beslissing van 8 juni 2018 het verzoek van klager tot schorsing van verweerder in de uitoefening van de praktijk op grond van artikel 60ab en 60b Advocatenwet niet-ontvankelijk verklaard en de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ’s-Hertogenbosch van 11 december 2017, onder nummer 17-507/DB/LI bekrachtigd.

 

2    HET HERSTEL

Abusievelijk heeft het hof in het dictum onder “BESLISSING” opgenomen “(…) bekrachtigt de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam van 11 december 2017, onder nummer 17-507/DB/LI.” (onderstreping hof). Omdat het in deze instantie gaat om een hoger beroep tegen de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ’s-Hertogenbosch, zal het hof deze kennelijke fout herstellen.

BESLISSING

Het Hof van Discipline:

herstelt voornoemde beslissing van 8 juni 2018, gewezen onder nummer 180008, in die zin dat het dictum van die beslissing luidt:

“Het Hof van Discipline:

verklaart het verzoek van klager tot schorsing van verweerder in de uitoefening van de praktijk op grond van artikel 60ab en 60b Advocatenwet niet-ontvankelijk;

bekrachtigt de beslissing van 11 december 2017  van de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch, gewezen onder nummer 17-507/DB/LI.”

Aldus gewezen door mr. G.J. Driessen-Poortvliet, voorzitter, mrs. A.J.M.E. Arpeau, I.P.A. van Heijst, J.M. Rowel-Van der Linde, B. Stapert, leden, in tegenwoordigheid van mr. L.E. Verwey, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 22 juni 2018.

   

griffier       voorzitter  

 

De beslissing is verzonden op 22 juni 2018.