Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

16-07-2018

ECLI

ECLI:NL:TADRSGR:2018:163

Zaaknummer

18-212/DH/RO

Inhoudsindicatie

Tussenbeslissing in verzetprocedure. Klager heeft ter zitting om aanhouding van de behandeling verzocht omdat verweerder niet was verschenen. Na sluiting van het onderzoek is de raad tot de conclusie gekomen dat hij thans over onvoldoende informatie beschikt om tot een gedegen oordeel te komen. Met name wenst de raad verweerder ter zitting vragen te stellen. Daarom heropent de raad het onderzoek en bepaalt de raad een nieuwe zitting op 8 oktober 2018 om 16.00 uur. Beide partijen dienen op die zitting te verschijnen.

Uitspraak

Tussenbeslissing van de Raad van Discipline in het ressort Den Haag

van 16 juli 2018

in de zaak 18-212/DH/RO

naar aanleiding van de klacht van:

klager

tegen: 

verweerder

1    VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1    Bij brief van 31 oktober 2017, aangevuld bij brief van 22 november 2017 en e-mail van 15 december 2017, heeft klager bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Rotterdam (hierna: de deken) een klacht ingediend over verweerder.

1.2    Bij brief aan de raad van 19 maart 2018 met kenmerk R 2018/15 ks/mb, door de raad ontvangen op 20 maart 2018, heeft de deken de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.3    Bij beslissing van 18 april 2018 heeft de plaatsvervangend voorzitter van de raad van discipline de klacht deels kennelijk niet-ontvankelijk en deels kennelijk ongegrond verklaard. Klager heeft verzet ingesteld tegen die beslissing.

1.4    Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 9 juli 2018 om 13.00 uur. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt. Het verzet is behandeld in aanwezigheid van klager. Verweerder heeft de raad bij faxbrief van 3 juli 2018 bericht dat hij niet ter zitting zou verschijnen.

1.5    Klager heeft ter zitting om aanhouding van de behandeling verzocht omdat verweerder niet was verschenen.

1.6    De uitspraak is aanvankelijk bepaald op 13 augustus 2018. Na afloop van de zitting heeft de raad de uitspraakdatum vervroegd naar 16 juli 2018.

2    BEOORDELING

2.1    Na sluiting van het onderzoek is de raad tot de conclusie gekomen dat hij thans over onvoldoende informatie beschikt om tot een gedegen oordeel te komen. Met name wenst de raad verweerder ter zitting vragen te stellen. Daarom heropent de raad het onderzoek en bepaalt de raad een nieuwe zitting op 8 oktober 2018 om 16.00 uur. Beide partijen dienen op die zitting te verschijnen.  Indien partijen verhinderd zijn, dienen zij dit binnen 7 dagen na dagtekening van deze beslissing aan de raad kenbaar te maken, waarna de raad – in overleg met partijen – een nieuwe zittingsdatum zal vaststellen.

BESLISSING

De raad van discipline:

-    heropent het onderzoek;

-    bepaalt dat partijen dienen te verschijnen op de zitting van 8 oktober 2018 om 16.00 uur;

-    houdt iedere verdere beslissing aan.

Aldus beslist door mr. G.A.F.M. Wouters, voorzitter, mrs. P.S. Kamminga en C.A. de Weerdt, leden, bijgestaan door mr. N.M. van Trijp als griffier en uitgesproken in het openbaar op 16 juli 2018