Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

27-03-2017

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2017:77

Zaaknummer

16-903/DB/LI

Inhoudsindicatie

Verweerder treedt op als advocaat van de vader van een minderjarige dochter. Verweerder heeft met de minderjarige dochter een gesprek voorafgaand aan het indienen van een verzoekschrift tot wijziging van de omgangsregeling. Voor dit gesprek had verweerder geen toestemming van de moeder. Verweerder handelt daardoor tuchtrechtelijk verwijtbaar. Klacht gegrond. Waarschuwing.

Uitspraak

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort  ’s-Hertogenbosch

van 27 maart 2017

in de zaak 16-903/DB/LI                                   

 

naar aanleiding van de klacht van:

 

 

klaagster

 

tegen:

 

 

verweerder

 

 

1          Verloop van de procedure

1.1      Bij brief van 21 juli 2016 heeft klaagster bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg een klacht ingediend over verweerder.

1.2      Bij brief aan de raad van 30 september 2016 met kenmerk K16-107, door de raad ontvangen op 3 oktober 2016, heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.3      De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 6 februari 2017 in aanwezigheid van klaagster en verweerder. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.4      De raad heeft kennis genomen van de hiervoor genoemde brief van de deken met de daarbij behorende bijlagen en van de nagekomen brief van verweerder van 1 februari 2017.

 

2          FEITEN

          Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende feiten uitgegaan.

2.1      Verweerder treedt op als advocaat van de wederpartij van klaagster. De cliënt van verweerder en klaagster zijn verwikkeld in een geschil over de omgang van de cliënt van verweerder met de minderjarige dochter van partijen. Verweerder heeft kort vóór 4 juli 2016 een bespreking gevoerd met de minderjarige dochter. De cliënt van verweerder had daarvoor toestemming gegeven, maar klaagster niet. Klaagster is van mening dat verweerder dit gesprek zonder haar toestemming niet had mogen voeren en heeft zich bij brief van 21 juli 2016 met de onderhavige klacht tot de deken gewend.

 

3          KLACHT

3.1    De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat:

Verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld heeft als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat hij zonder toestemming van de gezaghebbende ouders een gesprek heeft gehad met hun minderjarig kind hetgeen hem, gezien het ontbreken van die toestemming, niet is toegestaan.

 

4          VERWEER

4.1      Verweerder is van mening dat door hem niet tuchtrechtelijk verwijtbaar is gehandeld. Verweerder geeft aan dat hij voor het betreffende gesprek wel toestemming had van zijn cliënt, de vader van de minderjarige dochter. Volgens verweerder is dat voldoende.

4.2      Verweerder is bovendien van mening dat het gesprek nodig was om de vraag of hij al dan niet een verzoekschrift moest indienen. Verweerder geeft ook nog aan dat, omdat de minderjarige dochter op 30 juni 2016 12 jaar is geworden, zij in het kader van de procedure sowieso door de rechtbank zou kunnen worden gehoord.

 

5          BEOORDELING

 

5.1      Verweerder is de advocaat van de wederpartij van klaagster. Het is vaste jurisprudentie van het hof van discipline dat bij de beoordeling van een klacht over het optreden van de advocaat van de wederpartij ervan moet worden uitgegaan dat aan die advocaat een grote mate van vrijheid toekomt om de belangen van zijn cliënt te behartigen op de wijze die hem passend voorkomt en dat deze vrijheid niet ten gunste van een wederpartij mag worden beknot, tenzij daarbij de belangen van de wederpartij nodeloos en op ontoelaatbare wijze worden geschaad. In het onderhavige geval wordt de vrijheid van handelen van de advocaat van de wederpartij ook beperkt door de belangen van de minderjarige. De raad zal de klacht dan ook aan de hand van deze criteria beoordelen.

5.2      Verweerder erkent de minderjarige dochter van klaagster en zijn cliënt voorafgaand aan het indienen van een verzoekschrift tot wijziging van de omgangsregeling te hebben gesproken. Verweerder blijft van mening dat hij daartoe gerechtigd was omdat hij eerst van de dochter van zijn cliënt wilde horen of die dochter wel instemde met de wensen van zijn cliënt. Volgens verweerder zou hij, indien de dochter van cliënt zou hebben aangegeven niet in te stemmen met de wijziging van de omgangsregeling, geen verzoekschrift hebben ingediend.

5.3      De raad is van oordeel dat verweerder de minderjarige dochter van klaagster en zijn cliënt niet had mogen spreken. Het is inderdaad juist dat de rechtbank in een procedure een minderjarige die de leeftijd van 12 jaar heeft bereikt hoort, maar die gesprekken worden gevoerd door gespecialiseerde rechters die daarvoor getraind zijn. Verweerder is als (familierecht)advocaat daartoe niet gespecialiseerd. Verweerder had zich moeten realiseren dat het hier een precaire aangelegenheid betreft. Het gaat immers om een geschil over de omgangsregeling. Verweerder had zich daarbij moeten realiseren dat de dochter van zijn cliënt in een loyaliteitsconflict kan komen te verkeren door zich uit te moeten spreken over de wensen van haar ouders met betrekking tot die omgangsregeling. Verweerder had het gesprek met de dochter van klaagster en zijn cliënt derhalve niet mogen voeren. Door dat toch te doen en daarvoor geen toestemming van klaagster te vragen, heeft verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. De klacht is derhalve gegrond.

 

6          MAATREGEL

6.1      Gelet op de ernst van de verweten gedraging wordt aan verweerder de maatregel van waarschuwing opgelegd.

 

7         GRIFFIERECHT EN KOSTENVEROORDELING

7.1.    Aangezien de klacht gegrond is verklaard, moet verweerder het door klaagster betaalde griffierecht aan haar vergoeden.

7.2.    De raad ziet daarnaast aanleiding om verweerder overeenkomstig artikel 48, zesde lid, Advocatenwet te veroordelen in de kosten die klaagster in verband met de behandeling van de klacht redelijkerwijs heeft moeten maken. Deze kosten worden vastgesteld op een bedrag van EUR 50 aan reiskosten.

 

7.3     De raad ziet eveneens aanleiding om verweerder overeenkomstig artikel 48, zesde lid, Advocatenwet te veroordelen in de kosten die ten laste komen van de Nederlandse Orde van Advocaten in verband met de behandeling van de zaak. Deze kosten worden vastgesteld op EUR 1.000 en moeten binnen vier weken na het onherroepelijk worden van deze beslissing aan de Nederlandse Orde van Advocaten worden betaald. Dit bedrag kan worden betaald op rekeningnummer IBAN:NL85 INGB 0000 079000, BIC:INGBNL2A, t.n.v. Nederlandse Orde van Advocaten, Den Haag, onder vermelding van “kostenveroordeling” en het zaaknummer.

 

 

BESLISSING

De raad van discipline:

-        verklaart de klacht gegrond;

-        legt aan verweerder de maatregel van waarschuwing op;

-        veroordeelt verweerder tot betaling van het griffierecht van EUR 50 aan klaagster;

-        veroordeelt verweerder tot betaling van de reiskosten van EUR 50 aan klaagster;

-        veroordeelt verweerder tot betaling van de proceskosten van EUR 1.000 aan de Nederlandse Orde van Advocaten;

 

 

Aldus beslist door mr. M.T. van Vliet , voorzitter, mrs. U.T. Hoekstra en N.M. Lindhout-Schot, leden, bijgestaan door mr. C.M. van den Reek als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 27 maart 2017.

 

Griffier                                                            Voorzitter

 

 

mededelingen van de griffier ter informatie:

 

Deze beslissing is in afschrift op 28 maart 2017

 

verzonden aan:

-            klaagster

-            verweerder

-            de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg     

-            de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten

-            de secretaris van de Nederlandse Orde van Advocaten

-            het College van Toezicht van de Nederlandse Orde van Advocaten

 

 

Van deze beslissing staat hoger beroep bij het Hof van Discipline open voor:

-            verweerder

-            de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg     

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

 

 

 

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

 

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.      Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:

Postbus 85452, 2508 CD Den Haag

 

b.      Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres:

Kneuterdijk 1, 2514 EM Den Haag

 

Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u telefonisch contact op te nemen met de griffie van het hof.

Het telefoonnummer van het Hof van Discipline is 088-2053777

 

c.       Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is 088-2053701

Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

d.         Per e-mail

Het e-mailadres van het Hof van Discipline is: griffie@hofvandiscipline.nl .

 

Tegelijkertijd  met de indiening per e-mail dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post, voorzien van een originele handtekening, te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

 

Informatie ook op www.hofvandiscipline.nl