Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

30-05-2017

ECLI

ECLI:NL:TADRAMS:2017:129

Zaaknummer

17-113/A/NH

Inhoudsindicatie

Verzet. Klacht over eigen advocaat ongegrond. Niet is gebleken dat verweerster, behalve het opstellen van een conceptbrief, niets voor klager heeft gedaan.

Uitspraak

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam

van 30 mei 2017

in de zaak 17-113/A/NH

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 23 maart 2017 op de klacht van:

klager

tegen:

verweerster

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1 Bij ongedateerde brief, ontvangen op 9 september 2016, heeft klager bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Holland (hierna: “de deken”) een klacht ingediend over verweerster.

1.2 Bij brief aan de raad van 9 februari 2017 met kenmerk td/md/16-363, door de raad ontvangen op 9 februari 2017, heeft de deken de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.3 Bij beslissing van 23 maart 2017 heeft de voorzitter van de raad (hierna: de voorzitter) de klacht kennelijk ongegrond verklaard, welke beslissing op 23 maart 2017 is verzonden aan klager.

1.4 Bij brief van 29 maart 2017, door de raad ontvangen op 30 maart 2017, heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

1.5 Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 18 april 2017 in aanwezigheid van verweerster.

1.6 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop de beslissing blijkens de tekst daarvan is gegeven, alsmede van het verzetschrift van klager van 29 maart 2017.

2 FEITEN EN KLACHT

2.1 Voor een weergave van de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter. Tegen die weergave komt klager in verzet niet op.

3 VERZET

3.1 De gronden van het verzet houden, zakelijk weergegeven, in dat de voorzitter de klacht ten onrechte kennelijk ongegrond heeft verklaard, waarbij voorbij is gegaan aan de relevantie van de door klager genoemde feiten en omstandigheden.

4 BEOORDELING

4.1 De raad is van oordeel dat de voorzitter bij de beoordeling de juiste maatstaf heeft toegepast en voorts acht heeft geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klager aangevoerde gronden niet slagen en heeft de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden.

4.2 Nu het verzet van klager tegen de beslissing van de voorzitter ook overigens geen nieuwe gezichtspunten oplevert is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht en moet het verzet ongegrond worden verklaard.

BESLISSING

De raad van discipline:

 verklaart het verzet ongegrond.

Aldus beslist door mr. C.L.J.M. de Waal, voorzitter, mrs. L.H. Rammeloo, R. Lonterman, leden, bijgestaan door mr. N.M.K. Damen als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 30 mei 2017.

Griffier Voorzitter

 

mededelingen van de griffier ter informatie:

Deze beslissing is in afschrift verzonden op 30 mei 2017.