Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

10-07-2017

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2017:133

Zaaknummer

17-245/DB/LI

Inhoudsindicatie

Advocaat heeft een uitvoerig verweerschrift ingediend, waarin het standpunt van klager nader gemotiveerd is weergegeven. Dat verweerder niet alle door klager voorgestelde wijzigingen heeft willen overnemen, betekent niet dat advocaat de belangen van zijn cliënt niet naar behoren heeft behartigd.

Inhoudsindicatie

klacht ongegrond.

Uitspraak

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort  ’s-Hertogenbosch

van 10 juli 2017

 

in de zaak 17-245/DB/LI

 

naar aanleiding van de klacht van:

 

klager

 

tegen:

 

 

verweerder

 

1          Verloop van de procedure

1.1      Per e-mail van 10 oktober 2016 heeft klager bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg een klacht ingediend over verweerder.

1.2      Bij brief aan de raad van 23 maart 2017 met kenmerk K16-132, door de raad ontvangen op 24 maart 2017, heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.3      De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 22 mei 2017 in aanwezigheid van klager en verweerder . Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.4      De raad heeft kennis genomen van:

-       de brief van de deken dd. 23 maart 2017, met bijlagen;

-       de brief van verweerder dd. 3 april 2017, met bijlagen;

-       de brief van klager door de raad ontvangen op 8 mei 2017, met bijlagen.

 

2          FEITEN

          Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende feiten uitgegaan.

2.1      De gemeente X, verder te noemen X,  heeft in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning naar aanleiding van beperkingen van klager bij besluit van 15 april 2014 zorg in natura toegekend, te weten huishoudelijk werk voor de duur van 2 uur en 35 minuten per week. Dit betekende een vermindering van 2 uur en 45 minuten huishoudelijke hulp ten opzichte van het vorige besluit. Het besluit tot vermindering van het aan klager toegekende aantal uren huishoudelijke hulp was gelegen in de aanwezigheid van de gebruikelijke zorg door de zoon van klager. Klager heeft bij brief van 28 mei 2014 bezwaar ingediend tegen het besluit van X. Het college van burgemeester en wethouders heeft het bezwaar van klager bij besluit van 18 november 2014 ongegrond verklaard.

2.2      Klager heeft zich op 15 december 2014 tot verweerder gewend met het verzoek hem bij te staan in een beroepsprocedure bij de rechtbank. Verweerder heeft op 29 december 2014 namens klager een beroepschrift ingediend tegen de beslissing van de gemeente X op bezwaar van 18 november 2014. Op 3 september 2015 heeft een mondelinge behandeling plaatsgevonden. De rechtbank heeft het door klager ingestelde beroep bij beslissing van 14 oktober 2015 ongegrond verklaard. Verweerder heeft per e-mail van 19 oktober 2015 een afschrift van de beslissing van de rechtbank van 14 oktober 2015 aan klager toegezonden, de beslissing nader toegelicht en  klager gewezen op de mogelijkheid van het instellen van hoger beroep.

2.3      Verweerder heeft klager per e-mail van 9 november 2015 bericht geen mogelijkheden te zien om met succes hoger beroep in te stellen. Hij heeft klager bericht geen beroep in te zullen stellen en hem gewezen op de mogelijkheid zich tot een andere advocaat te wenden, die klager wel in hoger beroep wil bijstaan.

 

3          KLACHT

3.1      De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat hij doelgericht de belangen van klager niet naar behoren heeft behartigd, omdat hij het beroepschrift niet heeft gecorrigeerd, de communicatie gebrekkig was, een bewijsstuk (uitleg van de behandelspecialist) heeft weggegooid en de berichten over de mogelijkheden in hoger beroep tegenstrijdig waren.

 

4          VERWEER

4.1      Klager stelt zich op het standpunt dat de rapportage van A, op basis waarvan de bestreden beslissing door X is genomen, onjuist/vals is. Verweerder heeft klager bericht dat hij zijn stelling dat zijn zoon niet in staat is huishoudelijke taken te verrichten, met medische informatie diende te onderbouwen.

4.2      Verweerder heeft de belangen van klager naar behoren behartigd. Hij heeft in het beroepschrift aangevoerd dat de zoon van klager niet tot diens huishouding behoorde en dat buitendien, de zoon gelet op zijn medische beperking, niet in staat was huishoudelijke werkzaamheden te verrichten.

4.3      Er was geen sprake van een gebrekkige communicatie. Er hebben vier besprekingen van in totaal 4 ½ uur met klager plaatsgevonden en voorts heeft veelvuldig communicatie per telefoon en per e-mail plaatsgevonden.

4.4      Verweerder heeft aan de zaak van klager 26 uur besteed, terwijl bij gefinancierde rechtshulp wordt uitgegaan van 8 uur.

4.5      Verweerder heeft op 9 november 2015 aan klager bevestigd geen hoger beroep in te zullen stellen. Verweerder zag, gelet op het feit dat hij geen informatie van klager verkreeg, waaruit bleek dat de zoon wegens ziekte geen huishoudelijke taken kon verrichten, geen mogelijkheden om met succes hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep in te stellen.

 

5          BEOORDELING

5.1      Uit de aan de raad overgelegde stukken noch uit het ter zitting verhandelde kan de raad vaststellen dat verweerder de belangen van klager niet naar behoren heeft behartigd. Verweerder heeft een uitvoerig verweerschrift ingediend, waarin het standpunt van klager nader gemotiveerd is weergegeven. Dat verweerder niet alle door klager voorgestelde wijzigingen heeft willen overnemen maakt dit niet anders.

5.2      Een advocaat heeft bij de behandeling van een zaak de leiding en dient vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid te bepalen met welke aanpak de belangen van zijn cliënt het beste zijn gediend. Daarbij komt de advocaat een grote mate van vrijheid toe om de belangen van zijn cliënt te behartigen op een wijze die hem passend voorkomt. Een advocaat dient te beoordelen of bepaalde stukken wel of niet in een procedure moeten worden ingebracht dan wel of door de cliënt voorgestelde wijzigingen in een beroepschrift moeten worden doorgevoerd. De advocaat dient hierover overleg te voeren en bij verschil van inzicht dient hij zich als advocaat terug te trekken.

5.3      Het was in dat kader dat verweerder bij brief van 15 januari 2015 aan klager heeft bericht door klager gestelde kwesties (zoals “stiekem”, “illegale feiten” en trucages”) niet in de procedure te kunnen inbrengen. Hij heeft klager erop gewezen dat hij, indien klager dat toch van hem verlangde, zijn werkzaamheden voor klager diende te staken en klager zich tot een andere advocaat diende te wenden. Niet gebleken is dat klager de opdracht aan verweerder heeft beëindigd.

5.4       Verweerder heeft klager in maart 2015 gevraagd hem (medische) bewijsstukken betreffende zijn zoon toe te sturen. Klager heeft verweerder, als gevolg van zijn standpunt dat geen medische gegevens over zijn zoon aan derden mochten worden verstrekt, niet in de gelegenheid gesteld het beroep tegen het besluit van het College van Burgemeester en Wethouders van 18 november 2015 nader te onderbouwen. Hiervan valt verweerder tuchtrechtelijk geen verwijt te maken. Dit geldt eveneens ten aanzien van de beslissing van verweerder om geen hoger beroep namens klager in te willen stellen. Verweerder heeft op goede gronden aangegeven geen gronden aanwezig te zien om met succes een appelprocedure te voeren. Het had op de weg van klager gelegen om zich tot een andere advocaat te wenden.

 

BESLISSING

 

De raad van discipline:

 

verklaart de klacht  ongegrond;

 

Aldus beslist door mr. P.H. Brandts , voorzitter, mrs. N.M. Lindhout-Schot en J.B. de Meester , leden, bijgestaan door mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 10 juli 2017.

 

 

Griffier                                                                                             Voorzitter

 

 

 

 

mededelingen van de griffier ter informatie:

 

Deze beslissing is in afschrift op 10 juli 2017

 

verzonden aan:

-            klager

-            verweerder

-            de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg

-            de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten

-            de secretaris van de Nederlandse Orde van Advocaten

-            het College van Toezicht van de Nederlandse Orde van Advocaten

 

 

Van deze beslissing staat hoger beroep bij het Hof van Discipline open voor:

-            klager

-            verweerder

-          de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Limburg

-          de deken van de Nederlandse orde van advocaten

 

 

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

 

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.      Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:

Postbus 85452, 2508 CD Den Haag

 

b.      Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres:

Kneuterdijk 1, 2514 EM Den Haag

 

Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u telefonisch contact op te nemen met de griffie van het hof.

Het telefoonnummer van het Hof van Discipline is 088-2053777

 

c.       Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is 088-2053701

Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

d.         Per e-mail

Het e-mailadres van het Hof van Discipline is: griffie@hofvandiscipline.nl .

 

Tegelijkertijd  met de indiening per e-mail dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post, voorzien van een originele handtekening, te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

 

Informatie ook op www.hofvandiscipline.nl