Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

20-11-2017

ECLI

ECLI:NL:TADRAMS:2017:259

Zaaknummer

17-425/A/NH

Inhoudsindicatie

Ongegrond verzet

Uitspraak

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort  Amsterdam

van 20 november 2017

in de zaak 17-425/A/NH

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 14 juli 2017 op de klacht van:

klaagster

tegen:

  

verweerder

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1 Bij brief van 23 december 2016 heeft klaagster bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Holland (hierna: “de deken”) een klacht ingediend over verweerder.

1.2 Bij brief aan de raad van 1 juni 2017 met kenmerk td/md/17-008, door de raad ontvangen op 2 juni 2017, heeft de deken de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.3 Bij beslissing van 14 juli 2017 heeft de voorzitter van de raad (hierna: de voorzitter) klaagster niet-ontvankelijk verklaard in haar klacht, welke beslissing op 14 juli 2017 is verzonden aan klaagster.

1.4 Bij e-mail van 17 juli 2017 heeft klaagster verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

1.5 Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 9 oktober 2017 in aanwezigheid van partijen.

1.6 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop de beslissing blijkens de tekst daarvan is gegeven, alsmede van het verzetschrift van klaagster van 17 juli 2017. Tevens heeft de raad kennisgenomen van een ongedateerde brief met bijlagen (“Pleitnota d.d. 9 oktober 2017, Raad van Discipline”) van klaagster aan de raad.

2 FEITEN EN KLACHT

2.1 Voor een weergave van de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter. Tegen die weergave komt klaagster in verzet niet op.

3 VERZET

3.1 Klaagster heeft in verzet aangevoerd dat de voorzitter haar ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard vanwege tijdsverloop. De gronden van het verzet komen verder neer op een herhaling van de klacht met een verzoek om herbeoordeling.

4 BEOORDELING

4.1 De raad is van oordeel dat de voorzitter bij de beoordeling de juiste maatstaf heeft toegepast en voorts acht heeft geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klaagster aangevoerde gronden niet slagen en heeft de voorzitter klaagster terecht en op juiste gronden niet-ontvankelijk verklaard in haar klacht.

4.2 Nu het verzet van klaagster tegen de beslissing van de voorzitter ook overigens geen nieuwe gezichtspunten oplevert is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht en moet het verzet ongegrond worden verklaard.

BESLISSING

De raad van discipline:

 verklaart het verzet ongegrond.

Aldus beslist door mr. Q.R.M. Falger, voorzitter, mrs. A. de Groot en C. Wiggers, leden, bijgestaan door mr. S. van Excel als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 20 november 2017.

Griffier Voorzitter

 

mededelingen van de griffier ter informatie:

Deze beslissing is in afschrift op 20 november 2017 verzonden.