Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

30-10-2017

ECLI

ECLI:NL:TAHVD:2017:203

Zaaknummer

170236

Inhoudsindicatie

Art. 13 Advocatenwet-beklag

Inhoudsindicatie

Voor zover het beklag zich richt tegen enig handelen van de orde van ‘Den Haag’ (kennelijk doelt klager op de deken), is klager niet-ontvankelijk. Klachten kunnen niet worden ingediend bij het Hof van Discipline.

Inhoudsindicatie

Voor zover het beklag zich richt tegen de beslissing van de deken is het hof van oordeel dat de stukken zoals ter kennis gebracht aan het hof niet leiden tot andere gevolgtrekkingen dan in de bestreden beslissing van de deken weergegeven. De argumenten die klager in zijn verzoek en in de verdere correspondentie heeft vermeld, leveren onvoldoende grond op voor aanwijzing van een advocaat. Volgt bekrachtiging van de beslissing van de deken.   

Uitspraak

Beslissing                                   

van 30 oktober 2017

in de zaak 170236

    naar aanleiding van het beklag van:

klager

tegen:

de deken

1    HET VERZOEK ALS BEDOELD IN ART. 13 LID 1 ADVOCATENWET

Klager heeft bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Den Haag, verder te noemen ‘de deken’, een verzoek ingediend tot aanwijzing van een advocaat zoals bedoeld in artikel 13 lid 1 Advocatenwet. Per brief van 19 juli 2017 heeft de deken op dit verzoek beslist. In een klaagschrift gedateerd 21 juli 2017 heeft klager zich beklaagd ten aanzien van de beslissing van de deken.

2    HET GEDING BIJ HET HOF

2.1    Het klaagschrift is op 21 juli 2017 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2    Het hof heeft voorts kennis genomen van:

-    de e-mail van klager aan het hof van 31 juli 2017;

-    de e-mail van klager aan het hof van 14 augustus 2017;

-    de brief van de deken aan het hof van 5 september 2017.

3    BEOORDELING

3.1    Voor zover het beklag zich richt tegen enig handelen van de orde van ‘Den Haag’ (kennelijk doelt klager op de deken), is klager niet-ontvankelijk. Klachten kunnen niet worden ingediend bij het Hof van Discipline.

3.2    Voor zover het beklag zich richt tegen de beslissing van de deken d.d. 19 juli 2017 oordeelt het hof als volgt.

De stukken zoals ter kennis gebracht aan het hof leiden niet tot andere gevolgtrekkingen dan in de bestreden beslissing van de deken weergegeven. De argumenten die klager in zijn verzoek en in de verdere correspondentie heeft vermeld, leveren onvoldoende grond op voor aanwijzing van een advocaat. De beslissing van de deken moet worden bekrachtigd.   

    BESLISSING

Het Hof van Discipline:

verklaart klager niet-ontvankelijk in het beklag tegen het handelen van de orde van ‘Den Haag’;

verklaart het beklag van klager tegen de beslissing van de Deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Den Haag van 19 juli 2017 ongegrond.

Aldus gewezen door mr. W.H.B. den Hartog Jager, voorzitter, mrs. A.D.R.M. Boumans, en N.H. van Everdingen, in tegenwoordigheid van mr. F.E. Oorburg-Hundscheid, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 30 oktober 2017.

                       

                       griffier    voorzitter    

       

De beslissing is verzonden op 30 oktober 2017.