Rechtspraak
Uitspraakdatum
25-03-2015
ECLI
ECLI:NL:TADRSHE:2015:78
Zaaknummer
L 31 - 2015
Inhoudsindicatie
Werkzaamheden van advocaat hebben ertoe geleid dat binnen 4 maanden een regeling tot stand is gekomen. Voldoende voortvarrendheid en zorg voor de cliënt betracht. Klacht kennelijk ongegrond.
Uitspraak
Beslissing van 25 maart 2015
in de zaak L 31-2015
naar aanleiding van de klacht van:
klager
tegen:
verweerster
De (plaatsvervangend) voorzitter van de raad van discipline (hierna "de voorzitter") heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg van 25 februari 2015 met kenmerk DOK 14-151 , door de raad ontvangen op 26 februari 2015, en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken.
1. FEITEN
Voor de beoordeling van de klacht kan, gelet op de stukken, van het volgende worden uitgegaan:
1.1 Klager had een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd gesloten met uitzendorganisatie T, in het kader waarvan klager zich beschikbaar diende te stellen om werkzaamheden te verrichten bij verschillende opdrachtgevers.
1.2 Klager heeft met ingang van 1 juli 2013 werkzaamheden verricht bij X. Op 23 september 2013 heeft op de werkvloer een vechtpartij plaatsgevonden. X heeft klager na de vechtpartij, na goedkeuring van T., naar huis gestuurd. T. heeft klager bij brief dd. 7 oktober 2013 bericht dat de opdracht door X per 26 september 2013 was beeindigd. De loonbetaling aan klager is per 26 september 2013 stopgezet. T. heeft klager vervolgens niet meer bij een andere opdrachtgever herplaatst.
1.3 Op 2 april 2014 heeft klager een sepotbeslissing van het Openbaar Ministerie ontvangen. Klager heeft zich vervolgens tot verweerster gewend. Verweerster heeft zich tot T gewend en bericht dat klager in september 2013 ten onrechte naar huis was gestuurd. In de daarop volgende maanden is door verweerster met T gecorrespondeerd over een te treffen schadevergoedingsregeling. Op 27 augustus 2014 hebben T en klager een vaststellingsovereenkomst getekend. Tussen partijen is overeengekomen dat door T. tegen finale kwijting een bedrag ad € 7.500, - netto aan klager zou worden betaald.
1.4 Klager heeft zich bij brief dd. 12 september 2014 beklaagd over het optreden van verweerster.
2. KLACHT
De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:
Verweerster de belangen van klager onvoldoende zorgvuldig heeft behartigd. De zaak van klager heeft vertraging opgelopen zonder dat daarvoor aanleiding was.
3. VERWEER
3.1 Verweerster heeft een goed resultaat voor klager bereikt. Verweerster heeft klager steeds op de risico’s van een procedure gewezen, waaronder het risico van een proceskostenveroordeling. Verweerster heeft klager geadviseerd om de zaak te regelen omdat zij verwachtte dat klager in een procedure geen hogere vergoeding zou krijgen.
4. BEOORDELING
4.1 De nieuwe Advocatenwet is van toepassing op klachten die op of na 1 januari 2015 zijn ingediend bij de deken. De onderhavige klacht is voor 1 januari 2015 ingediend bij de deken en wordt door de raad van discipline derhalve behandeld en beoordeeld op grond van de oude Advocatenwet, zoals die tot 1 januari 2015 gold. Waar in deze beslissing naar de Advocatenwet wordt verwezen, wordt de oude Advocatenwet bedoeld.
4.2 Op de klacht kan met toepassing van artikel 46 g van de Advocatenwet door de voorzitter worden beslist.
4.3 Verweerster heeft de zaak van klager in de periode van april - augustus 2014 in behandeling gehad. Uit de aan de raad overgelegde correspondentie is niet gebleken dat verweerster de zaak van klager niet voortvarend heeft aangepakt. Verweerster heeft direct nadat klager zich tot haar had gewend contact opgenomen met T. Vervolgens heeft gedurende enkele maanden correspondentie over een te treffen regeling plaatsgevonden. Het is niet ongebruikelijk dat het enkele maanden duurt alvorens partijen tot een regeling komen. Nu de werkzaamheden van verweerster ertoe hebben geleid dat binnen 4 maanden een regeling tot stand is gekomen, is geen sprake van een niet voortvarende behandeling van de zaak.
4.4 Ook overigens is niet gebleken dat verweerster de belangen van klager onvoldoende zorgvuldig heeft behandeld. Verweerster heeft zich ingespannen een voor klager zo gunstig mogelijke regeling te bereiken. Van verweerster kan in redelijkheid niet worden verlangd, dat zij een gerechtelijke procedure aanspant, indien zij ervan overtuigd is dat deze niet tot een beter resultaat voor klager zou leiden.
4.5 Nu niet valt in te zien dat verweerster een tuchtrechtelijk verwijt te maken valt, zal de voorzitter de klacht als kennelijk ongegrond afwijzen.
BESLISSING
De voorzitter:
wijst de klacht als kennelijk ongegrond af.
Aldus gegeven door mr. J.K.B. van Daalen, voorzitter, met bijstand van mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, als griffier op 25 maart 2015.
griffier voorzitter
Deze beslissing is in afschrift op 30 maart 2015
per gewone en per aangetekende post verzonden aan:
- klager
per gewone post verzonden aan:
- verweerster
- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg.
Ingevolge artikel 46h lid 1 van de Advocatenwet kunnen klager en de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg binnen veertien dagen na verzending van het afschrift van deze beslissing schriftelijk verzet doen bij de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch, Postbus 3115, 4800 DC Breda (fax: 076-5490569) . Het verzet wordt ingesteld door middel van indiening van een verzetschrift (in tweevoud), waarin de gronden van het verzet voorzien van een motivering worden omschreven. De termijn van 14 dagen begint op de dag volgend op die van verzending van de beslissing. Uiterlijk op de veertiende dag van die termijn moet het verzetschrift derhalve ontvangen zijn op de griffie van de raad van discipline. Verlenging van de termijn van 14 dagen is niet mogelijk.
Het verzetschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij de raad van discipline:
a. Per post
Het verzetschrift dient samen met de beslissing waarvan verzet in tweevoud, per post te worden toegezonden aan de griffie van de raad.
Het postadres van de griffie van de raad van discipline is:
Postbus 3115, 4800 DC Breda
b. Bezorging
De griffie is gevestigd aan het adres Lage Mosten 7, Breda.
Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u vooraf telefonisch contact op te nemen met de griffie van de raad. Het telefoonnummer van de raad van discipline is : 076-54 90 568.
c. Per fax
Het faxnummer van de raad van discipline is 076 – 54 90 569. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het verzetschrift samen met een afschrift van de beslissing waarvan verzet in tweevoud per post te worden toegezonden aan de griffie van de raad van discipline.