Rechtspraak
Uitspraakdatum
19-06-2015
ECLI
ECLI:NL:TAHVD:2015:218
Zaaknummer
7445
Inhoudsindicatie
Klager is niet-ontvankelijk in zijn verzet omdat het verzetschrift te laat is ontvangen op de griffie van het hof.
Uitspraak
Beslissing van 19 juni 2015
in de zaak 7445
naar aanleiding van het verzet van:
klager
tegen:
verweerder
1 HET GEDING IN EERSTE AANLEG
Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden (verder: de raad) van 12 januari 2015, nummer 14-141, aan partijen toegezonden op 14 januari 2015, waarbij van een klacht van klager tegen verweerder de onderdelen b en c ongegrond zijn verklaard en is bepaald dat op onderdeel a niet behoeft te worden beslist.
2 HET GEDING IN HOGER BEROEP
2.1 Bij beslissing van 11 maart 2015 heeft de voorzitter van het hof klager kennelijk niet ontvankelijk geoordeeld in zijn hoger beroep aangezien klager in het geheel geen gronden had aangevoerd, en dat hoger beroep op die grond afgewezen. Een afschrift van deze beslissing is aan partijen toegezonden op 11 maart 2015.
2.2 Het verzetschrift van klager tegen de beslissing van de voorzitter van 11 maart 2015 is door de griffie van het hof ontvangen op 26 maart 2015. Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 18 mei 2015, waarbij klager is verschenen.
2.3 Het hof heeft bij zijn beslissing acht geslagen op de stukken die op de zaak betrekking hebben. Het verzet strekt tot gegrondbevinding daarvan.
3 DE BEOORDELING
3.1 De termijn voor indiending van het verzetschrift tegen de beslissing van de voorzitter van het hof bedraagt 14 dagen na verzending van het afschrift van de beslissing, zoals is bepaald in artikel 56b van de Advocatenwet. De beslissing van de voorzitter is aan klager verstuurd op 11 maart 2015, zodat 25 maart 2015 de laatste dag was waarop klager tijdig verzet kon instellen.
3.2 Het verzet van klager is op 26 maart 2015 en derhalve te laat door de griffie van het hof ontvangen.
3.3 Dit betekent dat het hof klager niet-ontvankelijk dient te verklaren in het door hem ingestelde verzet.
BESLISSING
Het Hof van Discipline:
verklaart klager niet ontvankelijk in zijn verzet tegen de beslissing van de voorzitter van het Hof van Discipline van 11 maart 2015.
Aldus gewezen door mr. P.M.A. de Groot-van Dijken, voorzitter, mrs. A.R. Sturhoofd, G.J.L.F. Schakenraad, M.L.J.C. van Emden-Geenen en I.E.M. Sutorius, leden, in tegenwoordigheid van mr. N.A.M. Sinjorgo, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 19 juni 2015.