Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

06-01-2014

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2014:2

Zaaknummer

L 154 - 2013

Inhoudsindicatie

van een advocaat mag worden verwacht dat hij reageert op verzoeken van zijn cliënt om over een voorstel van de wederpartij overleg te voeren, ook al heeft die advocaat reeds schriftelijk geadviseerd met dit voorstel in te stemmen. Door in het geheel niet te reageren op verzoeken om contact op te nemen voor nader overleg en de zaak te laten voortslepen niet gehandeld met die zorgvuldigheid die van een advocaat mag worden verwacht.

Inhoudsindicatie

Klacht gegrond; enkele waarschuwing

Inhoudsindicatie

 

Uitspraak

 

Beslissing van 6 januari 2014

in de zaak L 154-2013

naar aanleiding van de klacht van:

 

                                         A.

 

klager

 

tegen:

 

B.

verweerder

 

 

1          Verloop van de procedure

1.1      Bij brief aan de raad van 13 mei 2013 met kenmerk DOK 119 , door de raad ontvangen op 14 mei 2013, heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2      De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 4 november 2013 in aanwezigheid van klager en verweerder . Als toehoorster was aanwezig mevrouw Z., zus van klager. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.3      De raad heeft kennisgenomen van:

- de brief van de deken dd. 13 mei 2013, met bijlagen

 

2          FEITEN

Voor de beoordeling van de klacht en het verzet wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan:

2.1      Verweerder heeft klager bijgestaan in een geschil tegen R (schadevergoeding in een huurkwestie) en inzake een vordering (wegens huurpenningen en schadevergoeding) in het faillissement van huurder S.

2.2      Klager heeft naar aanleiding van het faillissement van huurder S begin 2012 de huurgarantie ad € 10.210,- geïnd.

2.3      Verweerder heeft klager bij brief dd. 31 mei 2012 geadviseerd om een regeling te treffen in de zaak tegen R. Klager heeft hierop positief gereageerd per e-mail dd. 7 oktober 2012

2.4      Verweerder heeft op 9 november 2012 bij brief een voorstel aan de rechtsbijstandsverzekeraar verzonden. Hierop werd niet gereageerd. Vervolgens heeft een kantoorgenote van verweerder, verder te noemen mr. X, op 28 november 2012 een schriftelijk voorstel rechtstreeks aan de wederpartij gedaan.

2.5      Mr. X bericht klager per email dd. 18 december 2012 dat een eindafrekening diende te worden gemaakt, zodat deze bij de curator kon worden ingediend. Zij stelde dat indien dit niet gebeurde de curator van mening zou kunnen zijn dat klager teveel uit de boedel had ontvangen en dat het teveel ontvangen terug zou dienen te worden gestort aan de curator.

2.6      De curator in het faillissement van S heeft bij brief dd. 13 januari 2013 bericht dat de vordering van klager naar zijn mening een bedrag ad € 4.580,51, zijnde de huurtermijn over de maand januari 2012, bedroeg. De overige opgevoerde kosten konden volgens de curator niet worden aangemerkt als kosten welke door het trekken van de bankgarantie konden worden voldaan. De curator vorderde terugbetaling van een bedrag ad € 5.629,49 en kondigde rechtsmaatregelen tegen klager aan.

 

3          KLACHT

3.1      De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

1.    verweerder de zaken van klager met onvoldoende voortvarendheid, inzet en deskundigheid heeft behandeld;

2.    verweerder zonder voorafgaand overleg een kantoorgenoot heeft ingeschakeld en deze onvoldoende heeft geïnstrueerd;

3.    verweerder zich rechtstreeks tot de wederpartij heeft gewend;

4.    verweerder onduidelijk heeft gefactureerd.

 

4          VERWEER

4.1      Verweerder verblijft in Zwitserland. Zijn zus woont in Roermond en trad veelal op als contactpersoon.

4.2      Verweerder heeft klager in de zaak tegen R steeds op de procesrisico’s gewezen en daarom geadviseerd een regeling te treffen. Verweerder heeft klager op 31 mei 2012 verzocht te reageren op een voorstel van de wederpartij. Op 7 oktober 2012 ontving verweerder een schriftelijke reactie van klager.

4.3      Verweerder heeft na 7 oktober 2012 vergeefs getracht telefonisch contact te krijgen met de medewerker van de rechtsbijstandsverzekeraar van de wederpartij. Op terugbelverzoeken werd niet gereageerd. Op 9 november 2012 verzond verweerder een brief maar de rechtsbijstandsverzekeraar. Hierop werd niet gereageerd.

4.4      De brief dd. 28 november 2012 van mr. X is, na overleg van mr. X met de zus van klager, door mr. X  aan de wederpartij verzonden. Mr. X heeft de brief op advies van klager rechtstreeks aan de wederpartij verzonden, omdat de rechtsbijstandsverzekeraar in de periode oktober/november 2012 het geheel niet reageerde en omdat niet duidelijk was of deze nog optrad voor de wederpartij.

4.5      Verweerder heeft klager ook in de zaak betreffende de vordering van klager in het faillissement van S geadviseerd een regeling met de curator te treffen. De zus van klager gaf tijdens het telefoongesprek met mr X te kennen dat klager geen afstand wenste te doen van zijn vordering en dat hij de kosten van verweerder ook als vordering in het faillissement wenste op te voeren. Mr. X heeft hierna de eindfactuur aan klager toegezonden. Klager heeft hierop niet gereageerd, reden waarom de factuur niet als vordering in het faillissement is ingediend. Klager heeft de eindnota niet aan verweerder voldaan.

 

5          BEOORDELING

Ad klachtonderdeel 1.

5.1      Verweerder heeft twee zaken voor klager behandeld. Enerzijds de zaak betreffende de indiening van de vordering van klager in het faillissement van S en anderzijds de huurkwestie tegen R. In de zaak betreffende het faillissement van S is niet van verwijtbaar handelen van verweerder gebleken. Verweerder heeft de vordering van klager bij de curator ingediend, waarna de reactie van de curator diende te worden afgewacht. Niet gebleken is dat verweerder klager onvoldoende duidelijk heeft gemaakt dat een reactie van een curator enige tijd kan duren.

5.2      In de zaak tegen R heeft verweerder klager bij brief dd. 31 mei 2012 geadviseerd met het voorstel van de wederpartij akkoord te gaan. Verweerder heeft niet gereageerd op de herhaalde verzoeken van klager met hem contact op te nemen voor overleg over het voorstel van de wederpartij. De zaak tegen R heeft vanaf 31 mei 2012 stilgelegen totdat klager, zonder verder overleg met verweerder, per e-mail dd. 7 oktober 2012 zijn reactie op het voorstel van de wederpartij aan verweerde toestuurde. Het moge zo zijn dat verweerder het in de periode mei - oktober 2012 druk had met andere zaken, van een advocaat mag worden verwacht dat hij reageert op verzoeken van zijn cliënt om over een voorstel van de wederpartij overleg te voeren, ook al heeft die advocaat reeds schriftelijk geadviseerd met dit voorstel in te stemmen. Door in het geheel niet te reageren op verzoeken van klager om contact op te nemen voor nader overleg en de zaak van 31 mei 2013 tot oktober 20132 te laten voortslepen heeft verweerder niet gehandeld met die zorgvuldigheid die van een advocaat mag worden verwacht.

5.3      Dat verweerder de zaken van klager met onvoldoende deskundigheid is behandeld is door klager niet met concrete feiten onderbouwd en uit het aan de raad overgelegde dossier en hetgeen ter zitting naar voren is gebracht niet gebleken.

5.4      De raad acht het eerste onderdeel op grond van het bovenstaande, voor zover dit erop is gericht dat verweerder de zaken van klager met onvoldoende voortvarendheid heeft behandeld , gegrond en voor het overige ongegrond.

Ad klachtonderdeel 2.

5.5      Als door verweerder erkent heeft mr X in november 2012 de zaken van klager zonder vooroverleg met klager van verweerder overgenomen. Van verweerder had mogen worden verwacht dat hij klager hierover vooraf had geïnformeerd. In zoverre acht de raad dit klachtonderdeel gegrond. Dat verweerder mr X onvoldoende heeft geïnstrueerd is door klager niet met feiten onderbouwd en uit het aan de raad overgelegde dossier en hetgeen ter zitting naar voren is gebracht niet gebleken.

Ad klachtonderdeel 3.

5.6      Het staat een advocaat in beginsel niet vrij zich rechtstreeks in verbinding te stellen met de wederpartij, indien hij weet dat deze wordt bijgestaan door een advocaat. Hoewel niet verweerder maar mr. X zich rechtstreeks in verbinding heeft gesteld met de wederpartij, heeft verweerder zich hiervoor terecht tuchtrechtelijk verantwoordelijk gesteld, nu mr. X in zijn opdracht heeft gehandeld. De regel dat een wederpartij niet rechtstreeks benaderd mag worden geldt evenwel enkel indien de wederpartij door een andere advocaat wordt bijgestaan. Hiervan was in deze geen sprake, zodat dit onderdeel van de klacht als ongegrond dient te worden afgewezen.

Ad klachtonderdeel .

5.7      Klager heeft niet met concrete feiten onderbouwd dat verweerder onduidelijk heeft gefactureerd en ook uit de aan de raad overgelegde stukken en hetgeen ter zitting naar voren is gebracht is hiervan niet gebleken. Klachtonderdeel 4 zal daarom ook ongegrond worden verklaard.

 

 

 

 

                        BESLISSING

           

 

De raad van discipline:

 

verklaart klachtonderdeel 1 gegrond voorzover dit betrekking heeft op de onvoldoende voortvarende aanpak van de zaak en voor het overige ongegrond;

verklaart klachtonderdeel 2 gegrond voorzover dit betrekking heeft op het zonder voorafgaand overleg met klager inschakelen van een kantoorgenoot en voor het overige ongegrond;

verklaart de onderdelen 3 en 4 van de klacht ongegrond;

legt aan verweerder ter zake van de gegrond verklaarde onderdelen van de klacht de maatregel van enkele waarschuwing op.

 

Aldus gegeven door mr. J.K.B. van Daalen, voorzitter, mrs. J.C. van den Dries, A.J. Sol, A.A. Freriks en J.F.E. Kikken, leden, bijgestaan door mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 6 januari 2014 .

 

 

 

                        griffier                                                    voorzitter                                 

 

Deze beslissing is in afschrift op 7 januari 2014

 

per aangetekende brief verzonden aan:

-     klager

-     verweerder

-     de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg

-     de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

 

 

 

Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:

-        verweerster

-        de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten

 

en voor zover de klacht ongegrond dan wel niet-ontvankelijk is verklaard tevens door:

 

 -      klager

-        de deken van de orde van advocaten te Limburg

 

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

 

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

 

Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.    Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:

Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek

b.    Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.

Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u telefonisch contact op te nemen met de griffie van het hof.

c.    Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof

076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl

Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl