Rechtspraak
Uitspraakdatum
26-05-2014
ECLI
ECLI:NL:TADRSHE:2014:126
Zaaknummer
L 265 - 2013
Inhoudsindicatie
Tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door zich niet voor het verstrijken van de appeltermijn ervan te vergewissen of zijn cliënt het toegezonden vonnis, met zijn begeleidende positieve advies ten aanzien van het instellen van hoger beroep, had ontvangen.
Klacht gegrond. WaarschuwingInhoudsindicatie
Inhoudsindicatie
Uitspraak
Beslissing van 26 mei 2014
in de zaak L265-2013
naar aanleiding van de klachtvan:
klager
tegen:
verweerder
1 Verloop van de procedure
1.1 Bij brief aan de raad van 4 september 2013 met kenmerk DOK 167, door de raad ontvangen op 5 september 2013,heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg de klacht ter kennis van de raad gebracht.
1.2 Ter zitting van 31 maart 2014 zijnklager, vergezeld van een gemachtigde, en verweerder verschenen. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.
1.3 De raad heeft kennis genomen van:
- De brief van de deken d.d. 4 september 2013 met bijlagen.
2 FEITEN
Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan:
2.1 Verweerder heeft klager bijgestaan in een gerechtelijke procedure welke heeft geresulteerd in een vonnis van de rechtbank Maastricht d.d. 8 februari 2012, waarbij klager is veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 9.730,-te vermeerderen met rente en kosten. De reconventionele vordering van klager ten bedrage van € 24.989,- is door de rechtbank afgewezen.
2.2 Verweerder heeft telkens als het vonnis werd uitgesteld klager daarvan bericht gezonden. Nadat op 8 februari 2012 vonnis was gewezen heeft verweerder klager daarvan op 17 februari 2012 een e-mail gezonden. In diezelfde mail heeft verweerder klager gewezen op de mogelijkheid van hoger beroep en heeft hij dienaangaande opgemerkt:
“De beargumentatie die de rechtbank heeft gehanteerd op zowel de rapportage van de deskundige als de achterstallige onderhoudskwestie zijn mijnsinziens zeer aanvechtbaar in hoger beroep.”
2.3 Nadat de beroepstermijn ongebruikt was verstreken is het vonnis aan klager betekend.
3 KLACHT
3.1 De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 van de Advocatenwet doordathij klager niet althans niet op de juiste wijze heeft geïnformeerd over een vonnis van de rechtbank waarin klager was veroordeeld tot betaling. Toen een reactie van klager uitbleef had het op de weg van verweerder gelegen zich te overtuigen of klager op de hoogte was van het vonnis. Doordat klager pas na het verstrijken van de appeltermijn op de hoogte raakte, is hem de mogelijkheid van een – ook in de ogen van verweerder kansrijk – hoger beroep ontnomen.
Toelichting:
3.2 Verweerder heeft het vonnis aan een e-mailadres gestuurd dat klager reeds geruime tijd niet meer in gebruik had. Klager had verweerder op de hoogte gesteld van de wijziging van het e-mailadres, maar verweerder heeft het vonnis toch naar het oude e-mailadres van klager gestuurd, waardoor klager geen kennis heeft kunnen nemen van het vonnis. Het oude e-mailadres was nog wel in de lucht maar werd niet meer gebruikt.
4 VERWEER
4.1 Verweerder was niet op de hoogte van het buiten gebruik zijn van dit e-mailadres, waarvan hij zich al jarenlang bediende. Verweerder heeft binnen de appeltermijn aan klagers oude e-mailadres diverse e-mailberichten verzonden, zonder ook maar enig moment gedacht te hebben dat deze e-mailberichten klager mogelijk niet zouden bereiken.
4.2 Omdat verweerder ook niets hoorde van de advocaat van de wederpartij, die kort na het wijzen van het vonnis aandrong op betaling binnen 14 dagen, ging verweerder ervan uit dat in verband met de uitvoerbaarheid bij voorraad reeds door klager was betaald.
4.3 De appeltermijn liep van 8 februari 2012 tot 8 mei 2012. In die periode heeft verweerder ook andere e-mailberichten gestuurd naar het oude e-mailadres, welke berichten klager wel hebben bereikt. Bij een van die e-mailberichten was een factuur gevoegd, die ook door klager is betaald. Het is waarschijnlijk dat de e-mailberichten automatisch zijn doorgestuurd van het oude e-mailadres naar het nieuwe e-mailadres.
5 BEOORDELING
5.1 Partijen zijn verdeeld over de vraag of verweerder klager behoorlijk heeft geïnformeerd over een voor hem ongunstig vonnis van de rechtbank. Klager betwist dat hij het e-mailbericht van verweerder d.d. 17 februari 2012 heeft ontvangen, omdat het e-mailbericht is verzonden naar een e-mailadres dat klager op dat moment niet meer in gebruik had.
5.2 De raad is van oordeel dat klager er niet in is geslaagd om aannemelijk te maken dat hij verweerder naar behoren op de hoogte heeft gesteld van de wijziging van zijn e-mailadres. Uit de aan de raad overgelegde stukken is dit niet gebleken en klager heeft ter zitting desgevraagd enkel verklaard dat hij niet meer weet of hij de wijziging zelf aan verweerder heeft doorgegeven of dat zijn zoon dit heeft gedaan. Aldus is naar het oordeel van de raad niet aangetoond dat klager verweerder naar behoren op de hoogte heeft gesteld van de wijziging van zijn e-mailadres.
5.3 Wat wel vast staat is dat verweerder, na verzending van het voor klager negatieve vonnis en vóór het verstrijken van de appeltermijn geen contact – bijvoorbeeld telefonisch - meer heeft opgenomen met klager. Van verweerder had mogen worden verwacht dat hij zich vóór het verstrijken van de appeltermijn ervan had vergewist of zijn cliënt het toegezonden vonnishad ontvangen. Dit geldt temeer nu verweerder zich positief had uitgesproken over de proceskansen in hoger beroep. Het nalaten hiervan valt verweerder tuchtrechtelijk aan te rekenen. De raad is derhalve van oordeel dat de klacht in zoverre gegrond is.
6 MAATREGEL
6.1 De raad is van oordeel dat verweerder niet de vereiste zorgvuldigheid heeft betracht door te volstaan met de toezending van het vonnis per e-mail, zonder vervolgens te verifiëren of klager het vonnis wel had ontvangen. De raad acht een enkele waarschuwing een passende maatregel.
BESLISSING
De raad van discipline:
verklaart de klacht gegrond en legt ter zake aan verweerder op een enkele waarschuwing.
Aldus gegeven doormw. mr. Gimbrère-Straetmans, voorzitter, mrs. R.G.A.M. Theunissen, M.B.Ph. Geeraedts, L.J.G. de Haas en A. Groenewoud, leden, bijgestaan door mw. mr. Th.H.G. van de Langenberg als griffieren uitgesproken ter openbare zitting van 26 mei 2014.
griffier voorzitter
Deze beslissing is in afschrift op 27 mei 2014
per aangetekende brief verzonden aan:
- klager
- verweerder
- de deken in het arrondissementLimburg
- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten
Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:
- verweerder
- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten
Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.
De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.
Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:
a. Per post
Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:
Postbus 9679, 4801 LT Breda.
b. Bezorging
De griffie is gevestigd aan het adresThorbeckeplein 8, 4812 LS Breda .
Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u telefonisch contact op te nemen met de griffie van het hof.
c. Per fax
Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.
Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof
076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl
Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl