Rechtspraak
Uitspraakdatum
17-12-2014
ECLI
ECLI:NL:TADRSHE:2014:322
Zaaknummer
L 309 - 2014
Inhoudsindicatie
Advocaat dient zich in geval van vertrouwensbreuk als advocaat terug te trekken. Uiten van bedreigingen en aanzetten tot het plegen van strafbare feiten niet gebleken. Klacht kennelijk ongegrond.
Uitspraak
Beslissing van 17 december 2014
in de zaak L 309-2014
naar aanleiding van de klacht van:
klaagster
tegen:
verweerder
De voorzitter van de raad van discipline (hierna "de voorzitter") heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg van 20 november 2014 met kenmerk DOK 14-120 , door de raad ontvangen op 21 november 2014, en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken.
1. FEITEN
Voor de beoordeling van de klacht kan, gelet op de stukken, van het volgende worden uitgegaan:
1.1 Verweerder heeft klaagster bijgestaan in een procedure betreffende de omgang met haar uithuis geplaatste kinderen.
1.2 Verweerder heeft zich op grond van een ontstane vertrouwensbreuk in de omgangsprocedure bij de rechtbank Limburg onttrokken als advocaat van klager.
2. KLACHT
De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:
1. verweerder de zaak van klaagster heeft neergelegd;
2. verweerder klaagster en de echtgenoot van klaagster heeft aangezet tot het plegen van strafbare feiten (diefstal en heling);
3. verweerder dreigementen heeft geuit.
3. VERWEER
3.1 Verweerder is meermaals bedreigd door de echtgenoot van klaagster. Hij vorderde betaling van een bedrag ad € 5.000,-. De reden van de bedreigingen was de uithuisplaatsing van de kinderen van klaagster en haar echtgenoot. Verweerder heeft die zaak niet behandeld. Hij was ten tijde van de uithuisplaatsing van de kinderen van klaagster en haar echtgenoot geen advocaat. Verweerder heeft eenmaal een bedrag ad €350,- betaald om verdere escalatie te voorkomen. Na enige tijd werd opnieuw een geldbedrag van verweerder gevorderd.
3.2 Door de herhaalde bedreigingen ontstond een onwerkbare situatie en een vertrouwensbreuk. Verweerder heeft zich daarom onttrokken als advocaat van klaagster, maar pas nadat klaagster zich tot een andere advocaat had gewend.
3.3 Verweerder heeft klaagster nimmer aangezet tot het plegen van strafbare feiten. Verweerder heeft klaagster nimmer bedreigd noch spullen aangeboden. Verweerder betwist alle stellingen van klaagster. Klaagster onderbouwt haar stellingen op geen enkele wijze.
4. BEOORDELING
4.1 Op de klacht kan met toepassing van artikel 46 g van de Advocatenwet door de voorzitter worden beslist.
4.2 De klacht is bij door klaagster ondertekende brief dd. 7 juli 2014 ingediend. Klaagster schrijft later in de klachtprocedure dat de gedragingen van verweerder ook betrekking hebben op haar echtgenoot. Aangezien de klachtbrief (blijkens de eerste zin daarvan) enkel door klaagster is ingediend en door haar is ondertekend, merkt de voorzitter alleen klaagster als zodanig aan.
4.3 Het staat een advocaat vrij een zaak die hij in behandeling heeft neer te leggen, wanneer hij van oordeel is dat de vertrouwensrelatie is verbroken. Het bestaan van wederzijds vertrouwen tussen een advocaat en een cliënt is essentieel voor een behoorlijke beroepsuitoefening. De advocaat mag evenwel niet op een ongelegen moment zijn opdracht neerleggen. Hij zal alsdan zorgvuldig te werk moeten gaan om de belangen van zijn cliënt niet te schaden.
4.4 Uit de aan de raad overgelegde stukken blijkt dat sprake was van een vertrouwensbreuk tussen klaagster en verweerder. Klaagster schrijft in haar brief dd. 30 juli 2014 aan de deken dat ook zij niet wilde dat verweerder zijn werkzaamheden als advocaat voor haar voortzette. Verweerder heeft daarom juist gehandeld door zich als advocaat van klaagster terug te trekken. Niet gebleken is dat hij dit op onzorgvuldige wijze dan wel op een onzorgvuldig moment heeft gedaan.
4.5 Klaagster heeft geen concrete feiten of omstandigheden aangevoerd waaruit blijkt dat verweerder zich heeft schuldig gemaakt aan het uiten van bedreigingen en het aanzetten tot het plegen van strafbare feiten door klaagster en haar echtgenoot, noch enig bewijs van haar stellingen overgelegd.
4.6 Nu op grond van het bovenstaande niet valt in te zien welk tuchtrechtelijk verwijt verweerder valt te maken, zal de voorzitter de klacht in alle onderdelen als kennelijk ongegrond afwijzen.
BESLISSING
De voorzitter:
wijst de klacht in alle onderdelen als kennelijk ongegrond af.
Aldus gegeven door mr. W.E.A. Gimbrere-Straetmans, voorzitter, met bijstand van mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, als griffier op 17 december 2014.
griffier voorzitter
Deze beslissing is in afschrift op 18 december 2014
per gewone en per aangetekende post verzonden aan:
- klaagster
per gewone post verzonden aan:
- verweerder
- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg.
Ingevolge artikel 46h lid 1 van de Advocatenwet kunnen klager en de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg binnen veertien dagen na verzending van het afschrift van deze beslissing schriftelijk verzet doen bij de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch, Postbus 3115, 4800 DC Breda (fax: 076-5490569) . Het verzet wordt ingesteld door middel van indiening van een verzetschrift (in tweevoud), waarin de gronden van het verzet voorzien van een motivering worden omschreven. De termijn van 14 dagen begint op de dag volgend op die van verzending van de beslissing. Uiterlijk op de veertiende dag van die termijn moet het verzetschrift derhalve ontvangen zijn op de griffie van de raad van discipline. Verlenging van de termijn van 14 dagen is niet mogelijk.
Het verzetschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij de raad van discipline:
a. Per post
Het verzetschrift dient samen met de beslissing waarvan verzet in tweevoud, per post te worden toegezonden aan de griffie van de raad.
Het postadres van de griffie van de raad van discipline is:
Postbus 3115, 4800 DC Breda
b. Bezorging
De griffie is gevestigd aan het adres Lage Mosten 7, Breda.
Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u vooraf telefonisch contact op te nemen met de griffie van de raad. Het telefoonnummer van de raad van discipline is : 076-54 90 568.
c. Per fax
Het faxnummer van de raad van discipline is 076 – 54 90 569. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het verzetschrift samen met een afschrift van de beslissing waarvan verzet in tweevoud per post te worden toegezonden aan de griffie van de raad van discipline.