Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

31-01-2014

ECLI

ECLI:NL:TADRARL:2014:6

Zaaknummer

192/12

Inhoudsindicatie

Een advocaat behoort de zaak van zijn cliënt adequaat te behandelen en kan niet, zonder enig bericht,verstek laten gaan bij een rechtzitting.Verder dient hij de cliënt op de hoogte te houden van de stand van zaken. Klacht (deels) gegrond, enkele waarschuwing.

Uitspraak

Beslissing van 31 januari 2014

in de zaak 192/12

naar aanleiding van de klacht van:

 

[    ]

klager

 

tegen:

mr. [    ]

verweerder

 

1    VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1    Bij brief aan de raad van 18 december 2012 met kenmerk 1112/114, door de raad ontvangen op 19 december 2012, heeft de deken van de orde van advocaten in het voormalige arrondissement Zwolle-Lelystad de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2    De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 22 november 2013 in aanwezigheid van klager en verweerder. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.3    De raad heeft kennis genomen van:

-    het van de deken ontvangen dossier;

-    een e-mailbericht van 11 november 2013;

-    een e-mailbericht van 13 november 2013;

-    een e-mailbericht van 15 november 2013.

1.4    Zaken die op 31 december 2012 aanhangig waren bij de raden van discipline in de ressorten Arnhem en Leeuwarden zijn op grond van de inwerkingtreding op 1 januari 2013 van de Wet Herziening Gerechtelijke Kaart voor de verdere behandeling overgedragen aan de raad van discipline in het ressort Arnhem   Leeuwarden. Deze zaak wordt daarom verder beslist door de raad van discipline in het ressort Arnhem   Leeuwarden.

 

2    FEITEN

2.1    Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.

2.2    Klager is sedert 2004 verwikkeld in een aantal bestuursrechtelijke procedures, waarbij  verweerder zijn advocaat was. Omdat klager vermoedde dat hij niet van alle stukken een afschrift had ontvangen, heeft hij op 2 september 2008 met verweerder afgesproken dat deze voortaan alle stukken in kopie naar klager zou sturen en hem op de hoogte zou houden van zijn werkzaamheden.

2.3    Per 1 januari 2010 is verweerder van kantoor veranderd en heeft de praktijk als eenmanskantoor in D. voortgezet. In de loop van 2010 heeft verweerder ernstige hartproblemen gekregen en heeft zich per 1 juni 2012 van het advocatentableau laten schrappen.

 

3    KLACHT

De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

a)    verweerder de zaak van klager niet adequaat heeft behandeld doordat hij, in het bijzonder na 1 januari 2012, niets meer van zich heeft laten horen terwijl er wel werkzaamheden moesten worden verricht. 

b)    verweerder is niet verschenen op de zitting van de rechtbank van 20 maart 2012 zonder   klager daarvan vooraf op de hoogte te stellen. Eerst op 5 juli 2012 heeft verweerder per e mail laten weten dat hij de rechtszitting van 20 maart 2012 niet had kunnen bijwonen vanwege een ziekenhuisopname. Voorts berichtte verweerder in hetzelfde e-mailbericht dat hij geen advocaat meer was en zijn werkzaamheden voor klager neerlegde, waarbij hij de gerechtelijke uitspraak d.d 3 juli 2012 in de desbetreffende zaak meestuurde.

c)    verweerder tot op heden niet het volledige dossier aan klager heeft overgedragen.

 

4    VERWEER

4.1    In de fase van de schriftelijke stukkenwisseling heeft verweerder niet gereageerd. Ter zitting van de raad heeft verweerder aangevoerd dat hij bij de deken uitgebreid uitleg heeft gegeven over zijn medische situatie. Sinds 1998 is klager betrokken bij verschillende juridische procedures, onder andere over een reconstructieplan. In 2005 heeft verweerder de zaken van klager van een collega van verweerder overgenomen. Het ging in totaal om een 70-tal, veelal langlopende, procedures. Verweerder heeft in de periode van maart tot en met juli 2010 diverse malen een zwaar hartinfarct gehad. Daardoor kon verweerder de praktijk niet meer uitoefenen. Verweerder heeft zich in overleg met de deken per 1 juni 2012 van het tableau laten schrappen. De deken had onder andere de onderhavige klacht in behandeling. Verweerder heeft de deken meegedeeld dat klager bij verweerder langs kon komen en alle stukken kon meekrijgen. Vervolgens heeft verweerder alle stukken die hij had aan klager ter hand gesteld.

 

5    BEOORDELING

Ad klachtonderdeel a en b)

5.1    De raad zal beide klachtonderdelen tezamen behandelen omdat beide betrekking hebben op niet tijdig en niet adequaat handelen van verweerder. De reden hiervan, te weten de ernstige lichamelijke problemen die klager had en die een ziekenhuisopname noodzakelijk maakten, is begrijpelijk, doch dit betekent niet dat de gedraging van verweerder daarmee ook niet tuchtrechtelijk verwijtbaar is.

5.2     Immers de zitting was op 20 maart 2012 en eerst op 5 juli 2012 berichtte verweerder dat hij de praktijk heeft neergelegd en dat hij vanwege zijn gezondheid niet eerder bericht heeft kunnen sturen. Verweerder had voorzieningen kunnen en moeten treffen door bijvoorbeeld een waarnemer in te schakelen dan wel uitstel van de behandeling van de zaak te vragen. Verweerder heeft echter gedurende lange tijd niets gedaan, hetgeen tuchtrechtelijk verwijtbaar is. Deze klachtonderdelen zijn gegrond.

Ad klachtonderdeel c)

5.3    Verweerder heeft aangevoerd dat hij alle stukken aan klager heeft doen toekomen. Verweerder heeft bovendien gemotiveerd uiteen gezet waarom de omvang van deze stukken minder was dan klager had aangegeven. De reden hiervan was dat verweerder  van alle processtukken een aantal afschriften had. Hij heeft de stukken geselecteerd en van alle stukken één exemplaar aan klager ter hand gesteld. Klager heeft dit verwijt niet nader onderbouwd. Het in dit klachtonderdeel is dan ook niet komen vast te staan en derhalve ongegrond.

 

6    MAATREGEL

6.1    Gelet op het feit dat het verwijtbaar handelen is ontstaan door ernstige gezondheidsproblemen en niet door onwil van verweerder, komt de raad tot de navolgende maatregel.

 

BESLISSING

De raad van discipline:

-    oordeelt klachtonderdeel a en b gegrond;

-    oordeelt klachtonderdeel c ongegrond;

-    legt verweerder de maatregel op van een enkele waarschuwing.

 

Aldus gewezen door mr. A.E. Zweers, voorzitter, mrs. E. van Asselt-Pronk, G. Ham, J.A. Holsbrink, N.H.M. Poort, leden, bijgestaan door mr. D.C. van der Kwaak-Wamelink als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 31 januari 2014.

 

griffier                                 voorzitter                           

 

Deze beslissing is in afschrift op 3 februari 2014 per aangetekende brief verzonden aan:

-    klager

-    verweerder

-    de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Overijssel

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

 

Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:

-    klager

-    verweerder

-    de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Overijssel

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten

 

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

 

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

 

Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.     Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:

Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek

b.     Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.

Indien u bij de griffie van het Hof van Discipline een stuk wenst af te geven en daarvoor een ontvangstbewijs wenst te ontvangen, dient u tijdig contact op te nemen teneinde er zeker van te zijn dat het stuk onder verkrijging van de ontvangstbevestiging kan worden afgegeven.

c.     Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof

076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl

 

Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl