Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

08-12-2014

ECLI

ECLI:NL:TADRARL:2014:398

Zaaknummer

14-86

Inhoudsindicatie

Termijnoverschrijding verzet tegen voorzittersbeslissing niet verontschuldigbaar. Verzet niet-ontvankelijk.

Uitspraak

Beslissing van 8 december 2014

in de zaak 14-86

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 23 juni 2014 op de klacht van:

[    ]

klager

tegen:

mr. [    ]

verweerder

1.    VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1    Bij brief aan de raad van 27 mei 2014 met kenmerk K 14/10, door de raad ontvangen op 28 mei 2014, heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Gelderland de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2    Bij beslissing van 23 juni 2014 heeft de voorzitter van de raad de klacht kennelijk ongegrond verklaard, welke beslissing op 24 juni 2014 is verzonden aan klager.

1.3    Bij brief van 7 juli 2014 door de raad ontvangen op 9 juli 2014, heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

1.4    Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 6 oktober 2014 in aanwezigheid van klager en verweerder. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.5    De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop de beslissing blijkens de tekst daarvan is gegeven, alsmede van het verzetschrift van klager van 7 juli 2014.

2       ONTVANKELIJKHEID VAN HET VERZET

2.1    Het verzetschrift van klager is door de raad ontvangen op 9 juli 2014, derhalve 15 dagen na verzending van de voorzittersbeslissing. Gelet op het bepaalde in artikel 46 h lid 1 Advocatenwet, is het verzet niet tijdig, binnen 14 dagen na verzending van het afschrift van de voorzittersbeslissing, ingesteld.

2.2    Klager heeft tijdens de mondelinge behandeling naar voren gebracht dat hij in verband met een korte vakantie van ongeveer twee weken niet eerder in staat was het verzetschrift in te dienen.

2.3    Onder de voorzittersbeslissing is de termijn ex artikel 46h lid 1 Advocatenwet voor het indienen van het verzetschrift vermeld als volgt:  “De termijn van 14 dagen begint op de dag volgend op die van verzending van de beslissing. Uiterlijk op de veertiende dag van die termijn moet het verzetschrift derhalve ontvangen zijn op de griffie van de raad van discipline. Verlenging van de termijn van 14 dagen is niet mogelijk”.

2.4    Het verzetschrift is gedagtekend op 7 juli 2014. Klager heeft zijn op 7 juli 2014 gedateerde verzetschrift ter verzending aangeboden op 8 juli 2014. Dat blijkt uit  de opdruk op de enveloppe in verband met aangetekende verzending. Nu het verzetschrift op 8 juli 2014 door de raad ontvangen had moeten zijn, is het verzet te laat ingediend. Een korte vakantie van ongeveer twee weken is geen zwaarwegende omstandigheid die de termijnoverschrijding kan rechtvaardigen, te meer nu klager er voor zorg had kunnen dragen dat zijn verzet tijdig zou zijn ingediend.

BESLISSING

De raad van discipline:

Verklaart het verzet van klager niet-ontvankelijk.

Aldus gewezen door mr. M.J. Grapperhaus, voorzitter, mrs. F.L.M. Broeders, F.A.M. Knüppe, E.A.T.M. Steverink en E.J. Verster, leden, bijgestaan door mr. P.J.G. van den Boom als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 8 december 2014.

griffier                                voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 8 december 2014 per aangetekende post verzonden aan:

-    klager

En per gewone post aan:

-    verweerder

-    de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Gelderland.

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

Van deze beslissing kan geen hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld.