Rechtspraak
Uitspraakdatum
28-04-2014
ECLI
ECLI:NL:TADRSHE:2014:98
Zaaknummer
L 93 - 2014
Inhoudsindicatie
Faillissementsaanvraag is in beginsel geoorloofd incassomiddel, zoeken naar steunvordering, hoort daarbij.
Inhoudsindicatie
Klacht kennelijk ongegrond.
Uitspraak
Beslissing van 28 april 2014
in de zaak L 93-2014
naar aanleiding van de klacht van:
klager
tegen:
verweerder
De (plaatsvervangend) voorzitter van de raad van discipline (hierna "de voorzitter") heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg van 9 april 2014 met kenmerk DOK 14-001 , door de raad ontvangen op10 april 2014, en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken.
1. FEITEN
Voor de beoordeling van de klacht kan, gelet op de stukken, van het volgende worden uitgegaan:
1.1 Verweerder treedt op als advocaat van BV X. Klager is bestuurder van BV Y. De voorzieningenrechter heeft BV Y veroordeeld tot het betalen van de proceskosten aan de zijde van BV X. Verweerder heeft vervolgens namens BV X betaling van de proceskosten gevorderd. Toen deze onbetaald bleven is ervoor gekozen het faillissement van BV Y en van klager in privé aan te vragen.
2. KLACHT
2.1 De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:
verweerder relaties van klager en/of zijn vennootschap heeft benaderd om steunvorderingen te verkrijgen om het faillissement van BV Y en van klager in privé aan te kunnen vragen.
Klager heeft ter toelichting op zijn klacht het volgende naar voren gebracht:
2.2 Verweerder heeft klager bij zijn relaties in een kwaad daglicht gesteld, terwijl een eerdere faillissementsaanvrage is afgewezen.
3. VERWEER
3.1 Verweerder betwist klager en/of BV Y in een kwaad daglicht te hebben gesteld. De cliënte van verweerder heeft hem de namen van andere crediteuren aangereikt, die toestemming hadden verleend hun vorderingen als steunvordering te gebruiken. Verweerder heeft enkel gesproken met de makelaar die optrad voor de verhuurder van de woning van klager. Deze bevestigde dat klager al maandenlang geen huur meer had betaald.
4. BEOORDELING
4.1 De klacht betreft het optreden van de advocaat van een wederpartij. Bij de beoordeling van een dergelijke klacht behoort er van te worden uitgegaan dat aan die advocaat een grote mate van vrijheid toekomt om de belangen van zijn cliënt te behartigen op een wijze die hem passend voorkomt. Deze vrijheid mag niet ten gunste van de tegenpartij worden beknot, tenzij diens belangen nodeloos en op ontoelaatbare wijze worden geschaad. De voorzitter zal de klacht met inachtneming van dit uitgangspunt beoordelen.
4.2 Door klager is niet weersproken dat BV Y een proceskostenveroordeling ten gunste van BV X gedurende lange tijd onbetaald heeft gelaten. Verweerder had opdracht namens BV X tot incasso van de proceskostenveroordeling over te gaan. Verweerder diende daarbij te handelen in het belang van zijn cliënte. Indien een vordering lange tijd onbetaald blijft, is het een geoorloofd middel om een debiteur door middel van een faillissementsaanvraag te bewegen tot betaling over te gaan. Het zoeken naar steunvordering maakt onderdeel van deze procedure uit. Klager heeft geen concrete feiten of omstandigheden aangevoerd waaruit blijkt dat verweerder klager en/of zijn vennootschap bij het zoeken naar steunvorderingen in een kwaad daglicht heeft gesteld danwel zich anderszins onbetamelijk jegens klager heeft gedragen. De voorzitter zal de klacht op grond hiervan als kennelijk ongegrond afwijzen.
BESLISSING
De voorzitter :
wijst de klacht als kennelijk ongegrond af.
Aldus gegeven door mr. J.K.B. van Daalen, voorzitter, met bijstand van mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, als griffier op 28 april 2014.
griffier voorzitter
Deze beslissing is in afschrift op 2 mei 2014
per aangetekende en per gewone post verzonden aan:
- klager
per gewone post verzonden aan:
- verweerder
- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg.
Ingevolge artikel 46h lid 1 van de Advocatenwet kunnen klager en de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg binnen veertien dagen na verzending van het afschrift van deze beslissing schriftelijk verzet doen bij de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch, Postbus 3115, 4800 DC Breda (fax: 076-5490569) . Het verzet wordt ingesteld door middel van indiening van een verzetschrift (in tweevoud), waarin de gronden van het verzet voorzien van een motivering worden omschreven. De termijn van 14 dagen begint op de dag volgend op die van verzending van de beslissing. Uiterlijk op de veertiende dag van die termijn moet het verzetschrift derhalve ontvangen zijn op de griffie van de raad van discipline. Verlenging van de termijn van 14 dagen is niet mogelijk.
Het verzetschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij de raad van discipline:
a. Per post
Het verzetschrift dient samen met de beslissing waarvan verzet in tweevoud, per post te worden toegezonden aan de griffie van de raad.
Het postadres van de griffie van de raad van discipline is:
Postbus 3115, 4800 DC Breda
b. Bezorging
De griffie is gevestigd aan het adres Lage Mosten 7, Breda.
Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u vooraf telefonisch contact op te nemen met de griffie van de raad. Het telefoonnummer van de raad van discipline is : 076-54 90 568.
c. Per fax
Het faxnummer van de raad van discipline is 076 – 54 90 569. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het verzetschrift samen met een afschrift van de beslissing waarvan verzet in tweevoud per post te worden toegezonden aan de griffie van de raad van discipline.