Rechtspraak
Uitspraakdatum
30-06-2014
ECLI
ECLI:NL:TADRSHE:2014:157
Zaaknummer
ZWB 152 - 2013
Inhoudsindicatie
Verzetschrift is niet binnen de wettelijke termijn ontvangen. Geen feiten of omstandigheden op grond waarvan de termijnoverschrijding verschoonbaar is.
Inhoudsindicatie
Verzet niet-ontvankelijk
Uitspraak
Beslissing van 30 juni 2014
in de zaak ZWB152-2013
naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 7 juni 2013op de klacht van:
klaagster
tegen:
verweerster
1 Verloop van de procedure
1.1 Bij beslissing van 7 juni 2013heeft de voorzitter van de raad de klacht kennelijk ongegrond verklaard, welke beslissing op 11 juni 2013 is verzonden.
1.2 Bij brief d.d. 14 juni 2013, door de raad ontvangen op 3 juli 2013, heeft klaagsterverzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.
1.3 Het verzet is behandeld ter mondelinge behandeling op 22 april 2014. Bij de mondelinge behandeling is klaagster verschenen. Verweerster is evenmin verschenen. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.
1.4 De raad heeft kennisgenomen van:
- de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en de onderliggende stukken;
- het verzetschrift van klaagster d.d. 14 juni 2013.
2 ONTVANKELIJKHEID VAN HET VERZET
2.1 Ingevolge artikel 46h lid 1 van de Advocatenwet konden klaagster en de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Zeeland West-Brabant binnen veertien dagen na verzending van het afschrift van de beslissing van de voorzitter d.d. 7 juni 2013 schriftelijk verzet doen bij de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch. De termijn van 14 dagen ging in op de dag volgend op die van verzending van de beslissing. Uiterlijk op de veertiende dag van die termijn diende het verzetschrift ontvangen te zijn op de griffie van de raad van discipline.
2.2 De beslissing van de voorzitter d.d. 7 juni 2013 is op 11 juni 2013 per aangetekende en per gewone post aan klaagster verzonden. Dit betekent dat de verzettermijn inging op 12 juni 2013 en dat het verzetschrift uiterlijk op 25 juni 2013op de griffie van de raad van discipline ontvangen had dienen te zijn.Het verzetschrift is echter eerst op 3 juli 2013 bij de griffie ingekomen en is derhalve niet binnen de wettelijke verzettermijn door de griffie ontvangen.
2.3 Nu door klaagster ter zitting geen feiten of omstandigheden naar voren zijn gebracht op grond waarvan de raad tot de conclusie zou moeten komen dat de termijnoverschrijding verschoonbaar is, kan klaagster niet in haar verzet worden ontvangen. De raad zal het verzet daarom als niet-ontvankelijk afwijzen.
BESLISSING
De raad van discipline:
verklaart het verzet niet-ontvankelijk.
Aldus gegeven door mr. G.J.E. Poerink, voorzitter, mrs. W.H.N.C. van Beek, Th. Kremers, E.J.P.J.M. Kneepkens, R.G.A.M. Theunissen, leden, bijgestaan door mw. mr. Th.H.G. van de Langenberg als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 30 juni 2014.
griffier voorzitter
Deze beslissing is in afschrift op 1 juli 2014
per aangetekende brief verzonden aan:
- klaagster
- verweerster
- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Zeeland West-Brabant
- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.
Van deze beslissing kan geen hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld.