Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

02-04-2014

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2014:65

Zaaknummer

OB 69 - 2014

Inhoudsindicatie

Niet aannemelijk gemaakt, noch enig bewijs ervan overgelegd dat gedragingen van verweerder er toe hebben geleid dat het Hof van Discipline bij zijn beslissing zou zijn uitgegaan van verzonnen en niet bestaande feiten.

Inhoudsindicatie

Klacht kenneljik ongegrond.

Uitspraak

 

Beslissing van  2 april 2014

in de zaak OB 69-2014

naar aanleiding van de klacht van:

 

 

klager

 

tegen:

 

 

verweerder

 

 

De voorzitter van de raad van discipline (hierna "de voorzitter") heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Oost-Brabant van 20 maart 2014 met kenmerk 48/13/208K , door de raad ontvangen op 20 maart 2014 , en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken.

De voorzitter heeft voorts kennis genomen van de brief van klager dd. 22 maart 2014, met bijlage.

 

1.           FEITEN

Voor de beoordeling van de klacht kan, gelet op de stukken, van het volgende worden uitgegaan:

1.1          Klager had een klacht ingediend tegen mr. X. De klacht is door de raad van discipline in het ressort Den Haag bij beslissing dd. 5 maart 2012 gegrond verklaard, waarbij aan mr. X een berisping werd opgelegd. Mr. X heeft tegen voormelde beslissing appel ingesteld bij het Hof van Discipline. Het Hof van Discipline heeft bij beslissing dd. 18 maart 2013 voormelde beslissing van de raad van discipline vernietigd en de klacht van klager ongegrond verklaard. Verweerder maakte als advocaatlid deel uit van de kamer van het Hof van Discipline, door welke voormelde beslissing is gegeven.

 

2.           KLACHT

De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

verweerder in zijn hoedanigheid van lid van het Hof van Discipline betrokken is geweest bij onrechtmatige rechtspraak op basis van aantoonbaar en kenbaar niet bestaande en verzonnen feiten. Verweerder heeft zich in voormelde hoedanigheid aldus zodanig gedragen dat het vertouwen in de advocatuur is geschaad.

 

3.           VERWEER    

3.1         Er is geen sprake van gedragingen waardoor het vertouwen in de advocatuur is geschaad. Er is geen concreet aanwijsbaar tegen verweerder in persoon gericht verwijt gemaakt, noch kan dit worden gemaakt. Verweerder kan op grond van zijn geheimhoudingsplicht geen  nadere informatie geven over de uitspraak van het Hof van Discipline.

 

4.           BEOORDELING

4.1         Op de klacht kan met toepassing van artikel 46 g van de Advocatenwet door de voorzitter worden beslist.

4.2         De klacht heeft betrekking op gedragingen van verweerder in diens hoedanigheid van lid van het Hof van Discipline bij de totstandkoming van de uitspraak 6400 dd. 18 maart 2013.

4.3         Klager is van oordeel dat het Hof van Discipline, waarvan verweerder deel uitmaakte, in rechtsoverweging 5.3 is uitgegaan van niet bestaande en verzonnen feiten. Klager verwijt verweerder dat deze als advocaat in zijn hoedanigheid van tuchtrechter heeft meegewerkt aan onrechtmatige rechtspraak op basis van niet bestaande en verzonnen feiten en daardoor het vertrouwen in de advocatuur heeft geschaad.

4.4         Wat er ook moge zijn van de stelling van klager ten aanzien van rechtsoverweging 5.3 van de beslissing het Hof van Discipline, klager heeft niet aannemelijk gemaakt, noch enig bewijs hiervan overgelegd, dat gedragingen van verweerder ertoe hebben geleid dat het Hof van Discipline bij zijn beslissing van 18 maart 2013 zou zijn uitgegaan van verzonnen en niet bestaande feiten.

4.5         Op grond van het bovenstaande komt de voorzitter tot het oordeel dat niet is gebleken dat verweerder, in zijn hoedanigheid van lid van het Hof van Discipline, het vertrouwen in de advocatuur heeft geschaad. De voorzitter zal de klacht daarom als kennelijk ongegrond afwijzen.

 

BESLISSING

 

De voorzitter:

 

wijst de klacht als kennelijk ongegrond af.

 

Aldus gegeven door mr. W.E.A. Gimbrere-Straetmans , voorzitter, met bijstand van mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, als griffier op 2 april 2014.

 

 

griffier                                                                        voorzitter

 

 

Deze beslissing is in afschrift op 7 april 2014

 

per gewone en per aangetekende post verzonden aan:

- klager

 

per gewone post verzonden aan:

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Oost-Brabant.

 

 

Ingevolge artikel 46h lid 1 van de Advocatenwet kunnen klager en de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Oost-Brabant binnen veertien dagen na verzending van het afschrift van deze beslissing schriftelijk verzet doen bij de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch, Postbus 3115, 4800 DC Breda (fax: 076-5490569) . Het verzet wordt ingesteld door middel van indiening van een verzetschrift (in tweevoud), waarin de gronden van het verzet voorzien van een motivering worden omschreven. De termijn van 14 dagen begint op de dag volgend op die van verzending van de beslissing. Uiterlijk op de veertiende dag van die termijn moet het verzetschrift derhalve ontvangen zijn op de griffie van de raad van discipline. Verlenging van de termijn van 14 dagen is niet moge­lijk.

 

Het verzetschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij de raad van discipline:

 

a.        Per post

Het verzetschrift dient samen met de beslissing waarvan verzet in tweevoud, per post te    worden toegezonden aan de griffie van de raad.

Het postadres van de griffie van de raad van discipline is:

Postbus 3115, 4800 DC Breda

 

b.        Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Lage Mosten 7, Breda.

Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u vooraf telefonisch contact op te nemen met de griffie van de raad. Het telefoonnummer van de raad van discipline is : 076-54 90 568.

 

c.         Per fax

Het faxnummer van de raad van discipline is 076 – 54 90 569. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het verzetschrift samen met een afschrift van de beslissing waarvan verzet in tweevoud per post te worden toegezonden aan de griffie van de raad van discipline.