Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

25-08-2014

ECLI

ECLI:NL:TAHVD:2014:272

Zaaknummer

7102

Inhoudsindicatie

Klacht namens VvE en als appartementseigenaar tegen advocaat VvE ongegrond.

Uitspraak

Beslissing van 25 augustus 2014

in de zaak 7102

naar aanleiding van het hoger beroep van:

klager

tegen:

verweerster

1    HET GEDING IN EERSTE AANLEG

Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden (verder: de raad) van 24 februari 2014, onder nummer 13-51, aan partijen toegezonden op 24 februari 2014, waarbij een klacht van klager tegen verweerster ongegrond is verklaard.  

De beslissing is gepubliceerd op tuchtrecht.nl als ECLI:NL:TADRARL:2014:23.

2    HET GEDING IN HOGER BEROEP

2.1    De memorie waarbij klager van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 25 maart 2014 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2    Het hof heeft voorts kennis genomen van:

-    de stukken van de eerste aanleg;

-    de antwoordmemorie van verweerster;

-    brief van klager aan het hof van 11 juni 2014.

2.3    Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 27 juni 2014, waar klager en verweerster, samen met haar kantoorgenoot, zijn verschenen.

3    KLACHT

3.1    Bij brieven van 15 en 24 september en 1 en 22 oktober 2012 met bijlagen heeft klager zich namens de VvE (klager was destijds enig bestuurder; verweerster trad op voor de VvE) bij de deken beklaagd over verweerster. De elf klachtonderdelen en het daartegen gevoerde verweer zijn door de deken samengevat op pagina 3 tot en met 10 van diens aanbiedingsbrief van 4 juli 2013 aan de raad. Deze pagina’s zijn aan deze beslissing gehecht en dienen als hier herhaald en ingelast te worden beschouwd.

3.2    Klager heeft zich bij brief d.d. 24 oktober 2012 als eigenaar van appartementsrecht 127-7 in de klacht van de VvE gevoegd en aan de deken verzocht de door VvE ingediende stukken ook als door hem ingediend te beschouwen. Waar in het vervolg van deze beslissing gesproken wordt over klager in zijn hoedanigheid van appartementseigenaar zal hij vermeld worden als “klager pro se”. De VvE heeft haar klacht ingetrokken bij brief van klager aan de raad van 11 november 2013.

4    FEITEN

    In overweging 2 heeft de raad vastgesteld van welke feiten in deze procedure wordt uitgegaan. De door de raad vastgestelde feiten, welke niet zijn betwist, vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt.

5    BEOORDELING

5.1    Het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad, waarmee het hof zich verenigt.

5.2    De grieven van klager tegen de beslissing van de raad worden verworpen. De beslissing van de raad dient te worden bekrachtigd.

    BESLISSING

Het Hof van Discipline:

bekrachtigt de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden van24 februari 2014, gewezen onder nummer 13-51.

Aldus gewezen door mr. W.H.B. den Hartog Jager, voorzitter, A.D.R.M. Boumans,

R. Verkijk, M.L. Weerkamp, I.E.M. Sutorius, leden, in tegenwoordigheid van

mr. I.F. Schouwink, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 25 augustus 2014.