Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

03-11-2014

ECLI

ECLI:NL:TAHVD:2014:317

Zaaknummer

7307

Inhoudsindicatie

Hoger beroep kennelijk niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding.

Uitspraak

Beslissing van de voorzitter van

het Hof van Discipline

van 3 november 2014

in de zaak 7307

    naar aanleiding van het hoger beroep van:

klaagster

tegen:

verweerder

1    HET GEDING IN EERSTE AANLEG

De voorzitter van het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ’s-Gravenhage (verder: de raad) van 8 september 2014, nummer R.4302/13.209b, aan partijen toegezonden op 10 september 2014, waarbij de klacht van klaagster tegen verweerder gedeeltelijk gegrond en gedeeltelijk ongegrond is verklaard en tevens aan verweerder een maatregel van enkele waarschuwing is opgelegd.

2    HET GEDING IN HOGER BEROEP

De memorie waarbij klaagster van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 15 oktober 2014 ter griffie van het hof ontvangen.

3    DE BEOORDELING

3.1    Aangezien de beslissing van de raad op 10 september 2014 is toegezonden aan klaagster kon zij, klaagster, op uiterlijk 10 oktober 2014 hoger beroep instellen.

3.2    Het beroep, gedateerd 10 oktober 2014 en verzonden in een envelop gefrankeerd 14 oktober 2014 is na afloop van voormelde in artikel 56 lid 1 van de Advocatenwet neergelegd een termijn door de griffie van het hof ontvangen en daarom is het beroep  kennelijk niet-ontvankelijk, zodat het dient te worden afgewezen.

    BESLISSING

De voorzitter van het Hof van Discipline:

wijst af het door klaagster tegen de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ’s-Gravenhage van 8 september 2014 ingestelde hoger beroep.