Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

06-05-2013

ECLI

ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4377

Zaaknummer

R. 4110/12.17

Inhoudsindicatie

Advocaat heeft zich (gedeeltelijk) onttrokken aan de opgelegde maatregel van schorsing en heeft in eerste instantie niet naar waarheid geantwoord op een vraag van de deken. Klacht gegrond, maatregel: onvoorwaardelijke schorsing van 3 weken.

Uitspraak

1. VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1 Bij brief aan de Raad van Discipline van 16 januari 2013 met kenmerk K005 2013, door de raad ontvangen op 17 januari 2013, heeft de deken van de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2 De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 11 maart 2013 in aanwezigheid van klager en verweerder. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.3 De raad heeft kennis genomen van de stukken die op grond van het bepaalde in artikel 49 lid 2 van de Advocatenwet ten kantore van de griffier ter inzage hebben gelegen.

 

2 FEITEN

2.1 Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.

2.2 Bij beslissing van het Hof van Discipline van 19 oktober 2012 is aan verweerder een schorsing opgelegd voor de duur van een week met ingang van 5 november 2012.

2.3 Op 7 november 2012 om 11.30 uur is verweerder bij de Kantonrechter te Delft in toga op zitting verschenen en bij faxbrief van 8 november 2012 heeft verweerder zich in zijn hoedanigheid van advocaat tot de voorzieningenrechter in de Rechtbank Den Haag gewend met het verzoek op zo kort mogelijke termijn een datum te bepalen voor een kort geding.

2.4 Verweerder heeft een stafjurist van klager in eerste instantie laten weten dat hij de betreffende uitspraak van het Hof van Discipline niet (per aangetekende post) heeft ontvangen en dat hij op 20 oktober 2012 geen aangetekende post in ontvangst heeft genomen.

2.5 Uit het track & trace systeem van het aangetekende pakket volgt dat verweerder op 20 oktober 2012 heeft getekend voor ontvangst van de aangetekende brief.

 

3. KLACHT

Klager verwijt verweerder dat hij tijdens zijn schorsing heeft opgetreden als advocaat en dat hij klager aanvankelijk onjuist heeft geïnformeerd over de ontvangst van de beslissing van het Hof van Discipline.

 

4. VERWEER

  Verweerder heeft gesteld dat hij niet op de hoogte was van de schorsing. Verweerder heeft erkend dat hij op zaterdag 20 oktober 2012 een aangetekende brief van het Hof van Discipline in ontvangst heeft genomen.

 

5 BEOORDELING

 5.1 De raad stelt vast dat verweerder op de mondelinge behandeling ter openbare zitting van 20 augustus 2012 bij het Hof van Discipline is geweest en dat ter gelegenheid van die behandeling aan verweerder is medegedeeld dat de uitspraak in die zaak zou plaatsvinden op 19 oktober 2012. Voorts stelt de raad vast dat verweerder op 20 oktober 2012 een aangetekende brief, afkomstig van het Hof van Discipline, persoonlijk in ontvangst heeft genomen. Niet betwist is dat verweerder (gedeeltelijk) geen uitvoering heeft gegeven aan de aan hem opgelegde schorsing. Verweerder heeft geen inhoudelijk verweer gevoerd tegen de klacht, in die zin dat hij heeft erkend geen uitvoering te hebben gegeven aan de schorsing en in eerste instantie klager onjuist te hebben voorgelicht. De klachten zijn derhalve gegrond.

 5.2 De raad acht het buitengewoon onzorgvuldig dat verweerder in eerste instantie heeft gesteld geen kennis te hebben genomen van de beslissing van het Hof van Discipline. Dit buitengewoon onzorgvuldig handelen dient voor rekening en risico van verweerder te komen.

 

6 MAATREGEL

Gelet op de aard en de ernst van de begane overtreding acht de raad de maatregel van drie weken onvoorwaardelijke schorsing passend en geboden. Eén week ziet op het niet (geheel) ondergaan van de eerdere schorsing en twee weken zien op het buitengewoon onzorgvuldig handelen van verweerder.

 

7 BESLISSING

De Raad van Discipline acht de klacht gegrond en legt ter zake aan verweerder de maatregel op van drie weken onvoorwaardelijke schorsing.

 

Aldus gewezen door mr. A.F.L. Geerdes, voorzitter, mrs. W.P. Brussaard, L.P.M. Eenens, P.C.M. van Schijndel, A.J.N. van Stigt, leden, bijgestaan door mr. M. Boender-Radder als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 6 mei 2013.

griffier voorzitter                     

 

Deze beslissing is in afschrift op 8 mei 2013 per aangetekende brief verzonden aan:

- klager

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden

- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:

- klager

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden

- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.  Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:

Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek

b.  Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.

Indien u bij de griffie van het Hof van Discipline een stuk wenst af te geven en daarvoor een ontvangstbewijs wenst te ontvangen, dient u tijdig contact op te nemen teneinde er zeker van te zijn dat het stuk onder verkrijging van de ontvangstbevestiging kan worden afgegeven.

c.  Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof

076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl

Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl