Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

01-11-2013

ECLI

ECLI:NL:TADRARL:2013:14

Zaaknummer

176/12

Inhoudsindicatie

Een advocaat dient zijn cliënt geregeld te informeren over de stand van zaken en vragen te beantwoorden. Ook als een advocaat niet langer wenst op te treden voor een cliënt, is hij verantwoordelijk voor de gang van zaken tot het moment van beëindiging. Bij overdracht van een zaak aan een andere advocat kan een advocaat niet volstaan met het toesturen van het dossier, maar dient te attenderen op belangrijke stukken, die in verband met het verstrijken van een termijn van belang kunnen zijn.

Uitspraak

Beslissing van 1 november 2013

in de zaak 176/12

naar aanleiding van de klacht van:

 

de heer [    ]

klager

gemachtigde: mr. [    ]

 

tegen:

mr. [    ]

verweerder

 

1    VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1    Bij brief aan de raad van 30 oktober 2012 met kenmerk 1112/03, door de raad ontvangen op 31 oktober 2012, heeft de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Overijssel de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2    De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 13 september 2013 in aanwezigheid van verweerder. Klager is niet verschenen. De gemachtigde van klager heeft telefonisch vlak vóór de zitting laten weten niet te zullen verschijnen. Van de behandeling is proces verbaal opgemaakt.

1.3    De raad heeft kennis genomen van:

-    het van de deken ontvangen dossier;

1.4    Zaken die op 31 december 2012 aanhangig waren bij de raden van discipline in de ressorten Arnhem en Leeuwarden zijn op grond van de inwerkingtreding op 1 januari 2013 van de Wet Herziening Gerechtelijke Kaart voor de verdere behandeling overgedragen aan de raad van discipline in het ressort Arnhem   Leeuwarden. Deze zaak wordt daarom verder beslist door de raad van discipline in het ressort Arnhem   Leeuwarden.

 

2    FEITEN

2.1    Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.

2.2    Verweerder is in 2010 in contact gekomen met de gemachtigde van klager. Verweerder zou in bepaalde zaken van de gemachtigde van klager als advocaat optreden, omdat deze gemachtigde dat niet meer kon, nadat hij zich had laten schrappen van het tableau. Zo is verweerder formeel als advocaat voor klager opgetreden in een zaak tegen S. B.V, Verweerder heeft evenwel de zaak niet inhoudelijk behandeld; dit bleef de gemachtigde van klager doen. Op enig moment is vonnis gewezen. Verweerder heeft, om de termijn veilig te stellen voor klager, hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis, maar meteen aangegeven dat hij niet bereid was de inhoudelijke behandeling van het hoger beroep op zich te nemen. Ook heeft verweerder een zaak in behandeling gehad tegen een mevrouw S. Na een voor klager gunstig vonnis van de rechtbank Z. heeft de wederpartij hoger beroep ingesteld.

 

3    KLACHT

De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

a)    verweerder niet reageerde op correspondentie van klager dan wel zijn gemachtigde en in ieder geval deze te lang onbeantwoord heeft gelaten. Zo heeft verweerder brieven van de gemachtigde van klager (in de zaak tegen S.B.V.) d.d. 18 mei, 3 juni, 7 juni,16 juni en 12 augustus 2011 niet beantwoord. Ook heeft verweerder klager in het ongewisse gelaten of een toevoeging was verstrekt. Er is een toevoeging aangevraagd maar verweerder heeft nimmer laten weten of er een definitieve toevoeging is verstrekt. In de zaak tegen mevrouw S. heeft verweerder niet gereageerd op brieven van de gemachtigde van klager d.d. 30 augustus, 12 en 16 september 2011.

b)    verweerder de dossierbehandeling van de zaak van klager tegen S. B.V. eenzijdig heeft gestaakt en het dossier aan de gemachtigde van klager heeft teruggezonden.

c)    verweerder een door de wederpartij uitgebrachte dagvaarding in de zaak van klager tegen mevrouw S. niet heeft doorgestuurd aan klager.

 

4    VERWEER

Ad klachtonderdeel a)

4.1    Verweerder heeft aangevoerd dat hij wel op vragen van klager dan wel diens gemachtigde heeft gereageerd, vooral telefonisch, maar dat laatstgenoemde steeds dezelfde vragen stelde die dan al waren beantwoord. Dat gold voor beide, in klachtonderdeel a genoemde, zaken. Bovendien heeft de gemachtigde van klager zelf de procedure gevoerd en was het wachten op het vonnis.

4.2    Verweerder heeft de gemachtigde van klager laten weten dat hij geen werkzaamheden voor klager in de hoger beroepszaken zou verrichten. Daarom is er geen opdrachtbevestiging getekend en bestond niet de noodzaak om een toevoeging aan te vragen in de zaak tegen S. B.V. Verweerder heeft het vonnis doorgestuurd en hoger beroep ingesteld. Het hoger beroep in genoemde zaak is enkel ingesteld om de termijn van hoger beroep veilig te stellen.

Ad klachtonderdeel b)

4.3    Zoals hierboven al aangevoerd heeft verweerder vanaf het begin laten weten dat hij geen werkzaamheden voor klager zou verrichten. Hij heeft klager dan wel diens gemachtigde voldoende tijd gegeven een andere advocaat te vinden. Toen zich echter geen andere advocaat bij verweerder meldde, heeft hij de dossiers van klager aan diens gemachtigde gezonden met alle informatie die nodig was.

Ad klachtonderdeel c)

4.4    Verweerder heeft altijd alle processtukken doorgestuurd naar de gemachtigde van klager.

 

5    BEOORDELING

Ad klachtonderdeel a)

5.1    Vast staat dat verweerder voor langere of kortere tijd zaken van klager heeft behandeld. Tevens staat vast dat verweerder op zeker moment heeft laten weten geen zaken van klager meer te willen behandelen. Dit betekent echter niet dat verweerder in het geheel niet verantwoordelijk is voor de gang van zaken. Tot het moment van beëindiging van de overeenkomst is hij verantwoordelijk voor de gang van zaken en diende verweerder klager dan wel diens gemachtigde te informeren en vragen te beantwoorden. De raad stelt vast dat uit het dossier gebleken is dat belangrijke afspraken niet (schriftelijk) zijn bevestigd en dat verweerder niet (schriftelijk) heeft gereageerd op schriftelijke vragen van de gemachtigde van klager. Verweerder stelt weliswaar dat hij vragen telefonisch heeft beantwoord, maar klager ontkent dat zijn vragen dan wel die van zijn gemachtigde naar behoren zijn beantwoord. Evenmin is komen vast te staan dat in de zaak tegen S.B.V. vragen over de toevoeging zijn beantwoord. Een behoorlijke beantwoording van vragen en informatieverstrekking over belangrijke zaken behoort tot de kerntaken van verweerder. Dit klachtonderdeel is gegrond.

Ad klachtonderdeel b)

5.2    Ten aanzien van het in dit klachtonderdeel gestelde overweegt de raad dat als niet/ onvoldoende weersproken vaststaat dat verweerder een e-mailbericht d.d. 19 juli 2011 heeft gezonden waarin hij aangeeft dat hij zijn werkzaamheden ten behoeve van klager zal staken. Niet gebleken is dat dit ontijdig is geschied. Dit klachtonderdeel is ongegrond.

Ad klachtonderdeel c)

5.3    De raad stelt allereerst vast dat verweerder in de onderhavige klachtzaak correspondentie overlegt en informatie verstrekt die niets te maken heeft met deze klachtzaak. Voor zover  voor het onderhavige klachtonderdeel van belang, stelt de raad vast dat de door de wederpartij in de zaak van klager tegen mevrouw S. uitgebrachte hoger beroepdagvaarding zich bevond tussen de stukken van andere zaken die verweerder niet langer voor (de gemachtigde van) klager wenste te behartigen. Verder is niet gebleken dat klager op behoorlijke wijze is geattendeerd op het door mevrouw S. ingestelde hoger beroep. De raad is van oordeel dat dit ontoelaatbaar is. Verweerder had deze dagvaarding niet zonder enige nadere toelichting tussen andere stukken aan de gemachtigde van klager mogen retourneren. Hij had onmiddellijk na ontvangst van de dagvaarding de gemachtigde van klager erop moeten attenderen dat de wederpartij hoger beroep had ingesteld. Dit is tuchtrechtelijk verwijtbaar. Dit klachtonderdeel is gegrond.

 

6    MAATREGEL

Gelet op het feit dat twee klachtonderdelen gegrond zijn en mede gelet op de overige omstandigheden waaronder een gebrek aan zorgvuldige belangenbehartiging acht de raad de navolgende maatregel aangewezen.

 

BESLISSING

De raad van discipline:

-    acht klachtonderdelen a en c gegrond;

-    legt de maatregel op van een berisping;

-    acht klachtonderdeel b ongegrond.

 

Aldus gewezen door mr. C. van den Noort, voorzitter, mrs. J.A. Holsbrink, M.I. van Horssen-Bok, J.V. van Ophem, P.H.F. Yspeert, leden, bijgestaan door mr. D.C. van der Kwaak-Wamelink als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 1 november 2013.

 

 

griffier                           voorzitter                           

 

Deze beslissing is in afschrift op 4 november 2013 per aangetekende brief verzonden aan:

-    klager

-    verweerder

-    de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Overijssel

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

 

Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:

-    klager

-    verweerder

-    de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Overijssel

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten

 

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

 

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

 

Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.     Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:

Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek

b.     Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.

Indien u bij de griffie van het Hof van Discipline een stuk wenst af te geven en daarvoor een ontvangstbewijs wenst te ontvangen, dient u tijdig contact op te nemen teneinde er zeker van te zijn dat het stuk onder verkrijging van de ontvangstbevestiging kan worden afgegeven.

c.     Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof

076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl

 

Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl