Rechtspraak
Uitspraakdatum
08-01-2013
ECLI
ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA3719
Zaaknummer
12-162A
Inhoudsindicatie
Klacht tegen eigen advocaat ongegrond. Verweerster heeft klaagster herhaaldelijk de gelegenheid geboden de door haar aan klaagster gezonden, maar door klaagster weer retour gezonden stukken, op te komen halen.
Uitspraak
Beslissing van 8 januari 2013
in de zaak 12-162A
naar aanleiding van de klacht van:
mevrouw
klaagster
tegen:
mr.
advocaat te Amsterdam
verweerster
1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE
1.1 Bij brief aan de raad van 29 mei 2012 met kenmerk 1112-448, door de raad ontvangen op 30 mei 2012, heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Amsterdam de klacht ter kennis van de raad gebracht.
1.2 De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 5 november 2012 in aanwezigheid van klaagster en verweerster, die werd vergezeld door haar kantoorgenoot mr. X. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.
1.3 De raad heeft kennis genomen van:
- de hiervoor genoemde brief van de deken;
- de stukken genummerd 1 tot en met 12, genoemd in de inventarislijst bij de brief van de deken;
- de brief van 7 juni 2012 met bijlagen van klaagster aan de raad;
- de brief van 12 juni 2012 van de deken aan klaagster.
2 FEITEN
2.1 Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.
2.2 Verweerster is door de deken aangewezen om in enkele zaken voor klaagster als advocaat op te treden. Daarnaast heeft zij de belangen van klaagster in diverse andere zaken behartigd, uiteenlopend van bezwaarprocedures bij het UWV, het voeren van verweer tegen vorderingen van een ziektekostenverzekeraar en beroepsprocedures bij de Belastingdienst inzake huur- en zorgtoeslagen.
2.3 Bij fax van 12 oktober 2011 heeft klaagster verweerster laten weten dat de manier waarop het overleg over de procedures en afhandeling verloopt van haar zo veel lichamelijke en geestelijke inspanning eist dat het haar gezondheid negatief beïnvloedt. Voorts schrijft klaagster dat, als verweerster haar verwachtingen en eisen aan haar niet bijstelt, zij als enige oplossing om haar gezondheid niet nog meer te beschadigen het neerleggen van alle procedures ziet.
2.4 Verweerster heeft klaagster in de gelegenheid gesteld terug te komen op het in de fax van 12 oktober 2011 ingenomen standpunt.
2.5 Bij brief van 16 oktober 2011 heeft klaagster verweerster bericht dat zij niet in staat was juridische procedures te volgen vanwege psychische en lichamelijke gezondheidsproblemen. Omdat klaagster, zoals zij schrijft, om die reden evenmin in staat is op de brieven van verweerster te reageren heeft zij door verweerster aan klaagster gestuurde brieven bij voornoemde brief teruggezonden.
2.6 Bij brief van 15 november 2011 heeft klaagster - onder verwijzing naar haar brief van 16 oktober 2011 - dertien al dan niet aangetekende brieven van verweerster aan haar retour gezonden.
2.7 Verweerster heeft de Raad voor Rechtsbijstand om tussentijdse beëindiging verzocht van de ten behoeve van klaagster verleende toevoegingen. Dit verzoek is gehonoreerd. Verweerster heeft haar werkzaamheden voor klaagster in december 2011 neergelegd.
2.8 Bij brief van 9 januari 2012 heeft klaagster verweerster om toezending van zestien dossiers verzocht alsmede om toezending van kopieën van stukken in een viertal andere zaken (genummerd 17 t/m 20), waarvan drie niet tot behandeling door verweerster hebben geleid en waarvan een zaak (nummer 17) een dossier betreft dat door de voormalige advocaat van klaagster is behandeld, welk dossier klaagster aan verweerster had gestuurd.
2.9 Bij brief van 12 januari 2012 heeft verweerster aan klaagster bericht dat zij van alle (stukken in deze) dossiers reeds alle kopieën had toegestuurd. Verweerster schrijft, voor zover hier relevant, voorts,:
"Ik heb u gedurende de looptijd van deze dossiers, volgens mijn gebruikelijke werkwijze en conform onze afspraak, immers steeds schriftelijk geïnformeerd over de laatste stand van zaken en u daarbij kopieën gestuurd van alle stukken. Overigens heeft u mij van alle dossiers, bij de aanvang van de werkzaamheden voor u, alle volgens u relevante stukken in kopie doen toekomen. De originele exemplaren daarvan heeft u derhalve in uw bezit.
Van de sinds oktober 2011 door mij per gewone en aangetekende post aan u verzonden brieven, die u vrijwel allemaal, met uitzondering van de brieven van 16 december 2011, (al dan niet geopend) aan mij retour heeft gezonden, kunt u de kopieën, dan wel de aangetekende (door u retour gezonden) exemplaren komen (laten) ophalen bij ons kantoor. U dient daartoe vooraf een afspraak te maken."
2.10 Ook het door klaagster aan verweerster verzonden (kopie van het) dossier van de voormalige advocaat van klaagster kon door klaagster op het kantoor van verweerster worden opgehaald. Daarbij heeft verweerster opgemerkt dat indien klaagster meent dat dit dossier niet compleet is, zij zich tot de betreffende advocaat dient te wenden.
2.11 Klaagster heeft verweerster in reactie op deze brief bij brief van 16 januari 2012 bericht dat zij over de volledige dossiers wenste te beschikken, zoals deze bij verweerster aanwezig zijn, ongeacht of verweerster de stukken van klaagster had ontvangen en ongeacht of klaagster over de originele exemplaren beschikte.
2.12 Verweerster heeft klaagster vervolgens bij brief van 17 januari 2012 geantwoord dat klaagster over dezelfde dossiers beschikte als zij en voorts dat het maken van kopieën van reeds door haar aan klaagster verzonden stukken hoge (extra) kosten met zich zou brengen. Verweerster heeft klaagster daarbij opnieuw in de gelegenheid gesteld de door haar vanaf 12 oktober 2011 aan klaagster verzonden (en door klaagster vrijwel allemaal teruggezonden) post op te halen bij haar kantoor.
2.13 Bij brief van 18 januari 2012 heeft klaagster volhardt in haar standpunt dat verweerster de dossiers en stukken diende toe te sturen en aangekondigd dat zij een klacht zou indienen tegen verweerster.
2.14 Bij brief van 19 januari 2012 heeft klaagster zich bij de deken beklaagd over verweerster.
3 KLACHT
3.1 De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerster tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat zij, nadat zij haar werkzaamheden voor klaagster had beëindigd, niet bereid is tot afgifte aan klaagster van kopieën van de dossiers en de originele stukken in alle zaken die bij verweerster in behandeling zijn geweest.
3.2 Klaagster betwist dat verweerster alle stukken in alle dossiers van haar heeft ontvangen en dat zij beschikt over alle originele stukken. Klaagster stelt dat zij recht heeft op de volledige dossiers en alle originele stukken uit alle dossiers. Klaagster heeft de stukken nodig om verder te kunnen procederen. Klaagster stelt dat zij er in verband met haar privacy recht op heeft de stukken te ontvangen. Het is volgens klaagster niet nodig dat verweerster stukken of gegevens over haar bewaart, terwijl met betrekking tot die stukken geen procedures of juridische handelingen zijn verricht. Klaagster stelt dat zij geen middelen heeft om de reis naar het kantoor van verweerster te bekostigen.
4 BEOORDELING
4.1 Verweerster heeft toegelicht dat zij klaagster van alle dossiers alle kopieën heeft toegestuurd. Verweerster heeft voorts aangevoerd dat klaagster de originele stukken reeds in haar bezit heeft, aangezien klaagster bij aanvang van verweersters werkzaamheden voor haar van alle dossiers alle volgens klaagster relevante stukken aan verweerster heeft toegestuurd. Ook heeft verweerster aangevoerd dat, voor zover zij in de dossiers stukken van derden had ontvangen, zij deze steeds in kopie aan klaagster heeft doorgestuurd.
4.2 Het klachtdossier geeft de raad geen enkele aanleiding om aan de juistheid van verweersters stellingen met betrekking tot de toezending van de kopieën van de dossiers te twijfelen. De raad vermag voorts niet in te zien dat het recht op privacy van klaagster wordt geschaad, indien verweerster de kopieën behoudt van stukken die geen deel uitmaken van de dossiers die zij voor klaagster in behandeling heeft gehad, en van welke stukken klaagster de originelen reeds in haar bezit heeft. Verweerster is dan ook niet gehouden ook kopieën van deze stukken terug te sturen. Verweerster heeft klaagster, voor zover zij niet zou beschikken over stukken in een door haar voormalige advocaat behandelde zaak, voorts terecht naar deze advocaat verwezen.
4.3 Vaststaat verder dat verweerster klaagster bij herhaling in de gelegenheid heeft gesteld kopieën van de door haar aan klaagster verzonden, maar door klaagster geretourneerde brieven, dan wel de aangetekende exemplaren, op haar kantoor te komen ophalen.
4.4 Uit het klachtdossier en het verhandelde ter zitting komt het beeld naar voren van een advocaat die op zeer zorgvuldige wijze heeft gehandeld en zich op vergaande wijze voor haar (gewezen) cliënte heeft ingespannen. Deze inzet wordt geïllustreerd door het feit dat verweerster de door klaagster teruggestuurde post in twee tassen heeft meegenomen naar de zitting van de raad, teneinde klaagster de stukken te kunnen overhandigen.
4.5 Klaagster heeft ter zitting echter geweigerd deze stukken in ontvangst te nemen, omdat zij naar eigen zeggen fysiek niet in staat was de tassen mee naar huis te nemen. Het is klaagsters eigen verantwoordelijkheid om de stukken op te halen of te doen ophalen. Van verweerster kan in alle redelijkheid niet meer worden verlangd dan hetgeen zij heeft gedaan. Enig tuchtrechtelijk verwijt valt haar niet te maken.
4.6 De klacht is ongegrond.
BESLISSING
De raad van discipline:
verklaart de klacht ongegrond.
Aldus gewezen door mr. H. Brouwer, voorzitter, mrs. S.M. Gaasbeek-Wielinga, L.D.H. Hamer, R. Lonterman en M.W. Schüller, leden, bijgestaan door mr. S.C. Zum Vörde Sive Vörding als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 8 januari 2013.
griffier voorzitter
Deze beslissing is in afschrift op 8 januari 2013 per aangetekende brief verzonden aan:
- klaagster
- verweerster
- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Amsterdam
- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.
Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:
- klaagster
- verweerster
- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Amsterdam
- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.
Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.
De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.
Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:
a. Per post
Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:
Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek
b. Bezorging
De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.
Indien u bij de griffie van het Hof van Discipline een stuk wenst af te geven en daarvoor een ontvangstbewijs wenst te ontvangen, dient u tijdig contact op te nemen teneinde er zeker van te zijn dat het stuk onder verkrijging van de ontvangstbevestiging kan worden afgegeven.
c. Per fax
Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.
Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof
076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl
Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl