Rechtspraak
Uitspraakdatum
24-09-2013
ECLI
ECLI:NL:TADRAMS:2013:103
Zaaknummer
13-140NH
Inhoudsindicatie
Dekenbezwaar. Advocaat, die na drie jaar afwezigheid opnieuw is beëdigd, heeft niet de op grond van artikel 3 lid 6 van de Verordening op vakbekwaamheid vereiste twintig extra opleidingspunten behaald. Het verweer dat het behalen van extra punten een te grote financiële belasting is, wordt door de raad niet gevolgd. Dekenbezwaar gegrond, waarschuwing.
Uitspraak
Beslissing van 24 september 2013
in de zaak 13-140 NH
naar aanleiding van het bezwaar van:
de heer , deken
Postbus
deken
tegen:
mr.
advocaat te
verweerder
1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE
1.1 Bij brief aan de raad van 28 mei 2013 met kenmerk td/md/13-038, door de raad ontvangen op 30 mei 2013, heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Holland het bezwaar ter kennis van de raad gebracht.
1.2 Het bezwaar is behandeld ter zitting van de raad van 24 juli 2013 in aanwezigheid van de deken. Verweerder was met bericht van verhindering afwezig. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.
1.3 De raad heeft kennis genomen van:
- De in paragraaf 1.1 bedoelde brief aan de raad
- De stukken genummerd 1-13 met bijlagen zoals vermeld in de bij de brief van 28 mei 2013 behorende inventarislijst.
2 FEITEN
2.1 Voor de beoordeling van het bezwaar wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.
2.2 Verweerder heeft zich op 19 december 2007 laten schrappen van het tableau.
2.3 Op 24 augustus 2011 is verweerder opnieuw beëdigd.
2.4 De Verordening op de vakbekwaamheid, zoals op 1 januari 2010 ingevoerd, bepaalt dat herintreders verplicht zijn om – naast de jaarlijkse reguliere punten – in het kalenderjaar volgend op zijn beëdiging twintig extra punten te behalen. Dit is mondeling aan verweerder meegedeeld. Artikel 3 lid 6 van de Verordening luidt aldus:
“Onverminderd hetgeen verplicht is gesteld in de voorgaande leden is de advocaat die vóór inschrijving meer dan één jaar niet als advocaat ingeschreven heeft gestaan, verplicht in het eerste jaar na zijn inschrijving aanvullend twintig punten te behalen met opleiding betrekking hebbend op een juridisch onderwerp betreffende het rechtsgebied of de rechtsgebieden waarop hij werkzaam is of wil zijn.”
2.5 Het vorenstaande betekent het volgende voor verweerder. In 2011 moest verweerder tien punten behalen (omdat hij medio 2011 is beëdigd behoefde hij slechts tien punten te behalen) en in 2012 moest verweerder twintig punten behalen. Daarnaast diende verweerder tussen augustus 2011 en augustus 2012 twintig punten te behalen, de zogenaamde herintrederspunten. Verweerder diende eind 2012 in totaal vijftig punten te hebben behaald.
2.6 Bij brief van 11 september 2012 heeft de deken bij verweerder geïnformeerd naar het aantal punten dat door verweerder was behaald. Bij brief van 12 oktober 2012 heeft de deken verweerder verzocht te reageren op de brief van 11 september 2012.
2.7 Bij e-mail van 31 oktober 2012 heeft verweerder de deken laten weten dat hij in 2012 elf punten had behaald en in 2011 eveneens elf punten.
2.8 Verweerder heeft in 2011 de volgende cursussen gevolgd, goed voor in totaal zeven punten:
Verdieping kort geding 13 december 2011 3 punten
Actualiteiten en verdieping beslagrecht 20 december 2011 4 punten
2.9 Verweerder heeft in 2012 de volgende cursussen gevolgd, goed voor in totaal vierentwintig punten:
Bewijs en bewijslastverdeling 17 april 2012 4 punten
Burenrecht 15 mei 2012 3 punten
Ontslagrecht 29 mei 2012 4 punten
Beslagrecht 29 november 2012 4 punten
Actualiteiten rechtsvordering 6 december 2012 3 punten
Ontwikkelingen in het ontslagrecht 18 december 2012 6 punten
2.10 In reactie op het e-mailbericht van verweerder van 31 oktober 2012 heeft de deken verweerder op 1 november 2012 laten weten dat verweerder in totaal vijftig punten diende te behalen en dat hij nog twee maanden de gelegenheid had die punten te halen.
2.11 Bij brief van 7 januari 2013 heeft de deken verweerder gevraagd de certificaten van de door verweerder in 2012 gevolgde cursussen te ontvangen.
2.12 Verweerder heeft de deken bij brief van 23 januari 2013 laten weten dat hij in 2011 en 2012 in totaal eenendertig opleidingspunten heeft behaald. Hieraan heeft verweerder het volgende toegevoegd:
“In die Verordening kom ik geen passage tegen over herintreders. Mocht er onverhoopt toch sprake zijn van verplichte extra opleidingspunten voor herintreders dan vraag ik om een ontheffing / vrijstelling. Ik ben immers relatief kort uit de praktijk geweest, te weten december 2007 tot augustus 2011, zijnde minder dan 4 jaar. Mij daarvoor “belonen” met, naar ik van u begreep, 20 extra te behalen punten valt mij als z.z.p.er ook financieel te zwaar. Alsdan onderga ik dan maar de sanctie.”
2.13 Het verzoek van verweerder om ontheffing van de verplichting tot het behalen van extra punten is bij brief van 6 februari 2013 niet-ontvankelijk geoordeeld aangezien een dergelijk verzoek binnen vier weken na de beëdiging dient te worden gedaan. Het hiertegen door verweerder ingestelde beroep bij de Algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten is bij beslissing van 16 mei 2013 ongegrond verklaard.
3 BEZWAAR
3.1 Het bezwaar houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder in 2011 zeven punten heeft behaald en in 2011 niet heeft voldaan aan de verplichtingen uit de Verordening op de vakbekwaamheid. Tot augustus 2012 heeft verweerder elf punten behaald en het resterende gedeelte van 2012 zeven punten aangetoond en één cursus van 18 december 2012 een aanmelding maar geen certificaat van zes punten meegestuurd. Ergo, verweerder heeft noch over 2011/2012 aan de Verordening op de vakbekwaamheid voldaan, noch aan de verplichting van de herintreders.
4 VERWEER
4.1 Verweerder heeft naar voren gebracht dat het hem als zzp-er financieel te zwaar valt om de herintrederspunten te behalen.
5 BEOORDELING
5.1 Uit de overgelegde bewijsstukken is de raad gebleken dat verweerder over 2011 zeven punten heeft behaald en over 2012 vierentwintig punten, bij elkaar dus eenendertig punten. Zoals hiervoor onder 2.5 is weergegeven diende verweerder over 2011 en 2012 in totaal vijftig punten te behalen. Verweerder heeft derhalve niet voldaan aan zijn verplichtingen uit de Verordening op de vakbekwaamheid.
5.2 Het door verweerder opgeworpen argument dat de verplichting om twintig extra punten te behalen financieel zwaar valt, baat verweerder niet. Van een betamelijk advocaat mag worden verwacht dat hij het door de Verordening op de vakbekwaamheid voorgeschreven aantal punten behaalt, waaronder ook de zogenaamde herintrederspunten zijn begrepen.
5.3 Het bezwaar is gegrond.
6 MAATREGEL
6.1 Met betrekking tot de op te leggen maatregel acht de raad de maatregel van enkele waarschuwing passend en geboden. Deze maatregel laat onverlet dat de verplichting om de punten ex artikel 3 lid 6 van de Verordening op de vakbekwaamheid te behalen onverkort blijft bestaan.
BESLISSING
De raad van discipline:
- verklaart het bezwaar gegrond;
- legt verweerder de maatregel van enkele waarschuwing op.
Aldus gewezen door mr. Th.S. Röell, voorzitter, mr. G. Kaaij, mr. M. Middeldorp, mr. B. Roodveldt en mr. M.J. Westhoff, leden, bijgestaan door mr. H.J. Delhaas als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 24 september 2013.
griffier voorzitter
Deze beslissing is in afschrift op 24 september 2013 per aangetekende brief verzonden aan:
- verweerder
- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Holland
- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.
Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:
- verweerder
- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten
Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.
De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.
Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:
a. Per post
Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:
Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek
b. Bezorging
De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.
Indien u bij de griffie van het Hof van Discipline een stuk wenst af te geven en daarvoor een ontvangstbewijs wenst te ontvangen, dient u tijdig contact op te nemen teneinde er zeker van te zijn dat het stuk onder verkrijging van de ontvangstbevestiging kan worden afgegeven.
c. Per fax
Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.
Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof
076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl
Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl