Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

18-11-2013

ECLI

ECLI:NL:TADRSGR:2013:167

Zaaknummer

R.4184/13.91

Inhoudsindicatie

Verweerder heeft een dagvaarding aan klager laten uitbrengen zonder de in de dagvaarding genoemde producties mee te laten betekenen. Verweerder heeft in zijn aanbiedingsbrief aan de rechtbank de indruk gewekt dat de producties wel meebetekend waren met de dagvaarding. Er is een verstekvonnis gewezen, aangezien klager zich niet tijdig in de procedure gesteld heeft. Verweerder heeft door de indruk te wekken, althans te laten bestaan dat zowel de dagvaarding als de producties aan klager betekend waren, niet gehandeld zoals een zorgvuldig advocaat betaamt.

Inhoudsindicatie

De klacht is in zoverre gegrond. De Raad volstaat met gegrondverklaring van de klacht zonder oplegging van een maatregel aangezien de verweerder de onjuistheid van zijn handelen heeft ingezien en kenbaar heeft gemaakt zijn werkwijze aangepast te hebben. De Raad overweegt voorts dat ook bij een juiste betekening van de producties een verstekvonnis zou zijn gewezen omdat klager verzuimd heeft zich tijdig in de procedure te stellen.

Uitspraak

 

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1 Bij brief aan de raad van 6 mei 2013 met kenmerk K051 2013 bm/ksl, door de raad ontvangen op 8 mei 2013, heeft de deken van de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2 De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 16 september 2013 in aanwezigheid van beide partijen. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.3 De raad heeft kennis genomen van de stukken die op grond van het bepaalde in artikel 49 lid 2 van de Advocatenwet ten kantore van de griffier ter inzage hebben gelegen.

 

2 FEITEN

Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende feiten uitgegaan:

2.1 Op 7 januari 2013 is op verzoek van de cliënte van verweerder aan klager een dagvaarding uitgebracht, zonder de in de dagvaarding vermelde producties.

2.2 Bij brief van 21 januari 2013 heeft verweerder de Rechtbank ’s-Gravenhage, sector Kanton, de inleidende dagvaarding met producties toegestuurd en daarbij vermeld:  

“Hierbij ontvangt u de inleidende dagvaarding met producties in bovengenoemde zaak met het verzoek deze in behandeling te nemen en mij van de verdere gang van zaken op de hoogte te houden.”

2.3 Bij verstekvonnis van 23 januari 2013 is tegen klager als gedaagde partij verstek verleend en is klager veroordeeld om een bedrag van € 11.935,88, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente te voldoen aan de cliënte van verweerder. Tevens is klager veroordeeld in de proceskosten.

2.4 Bij e-mailbericht van 23 januari 2013 heeft een kantoorgenote van klager verweerder verzocht om binnen 24 uur alle producties, die vermeld stonden in de dagvaarding, toe te sturen zodat verweer gevoerd zou kunnen worden en een reconventionele vordering zou kunnen worden ingesteld.

2.5 Bij e-mailbericht van 25 januari 2013 heeft verweerder de kantoorgenote van klager meegedeeld dat als de vordering niet op maandag 28 januari 2013 betaald zou zijn, het vonnis zou worden geëxecuteerd.

2.6 Verweerder heeft in opdracht van zijn cliënte het vonnis laten executeren.

2.7 Klager heeft verzet ingesteld van het gewezen verstekvonnis. De procedure loopt nog bij de rechtbank.

2.8 Bij brief van 14 februari 2013 heeft klager bij de deken van de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden een klacht ingediend tegen verweerder.

 

3 KLACHT

3.1 De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder heeft gehandeld in strijd met de tuchtrechtelijke norm van artikel 46 Advocatenwet.

3.2 Klager verwijt verweerder meer in het bijzonder dat verweerder een dagvaarding aan klager heeft laten uitbrengen zonder de in de dagvaarding genoemde producties mee te laten betekenen en dat verweerder de rechtbank hierover onjuist heeft geïnformeerd. Dientengevolge is een verstekvonnis gewezen. Dit vonnis zou niet gewezen zijn indien de rechtbank bericht was dat de producties niet meebetekend waren. In dat geval hadden de producties nog bij separate akte ingebracht moeten worden. Verweerder heeft niet zorgvuldig gehandeld en heeft voorts zich schuldig gemaakt aan vervalsing van een authentieke akte.

 

4 VERWEER

4.1 Verweerder heeft in het dekenonderzoek erkend dat het beter was geweest dat duidelijk aan de rechtbank was bericht dat de in de dagvaarding opgenomen producties niet waren meebetekend. De gang van zaken was op het kantoor van verweerder echter te doen gebruikelijk. Verweerder heeft de werkwijze thans, naar aanleiding van de onderhavige klacht, aangepast. De rechtbank moet op de hoogte zijn geweest van het feit dat de producties niet meebetekend waren, aangezien de aan het verstekvonnis gehechte dagvaarding geen producties bevatte. Klager heeft zelf het verstekvonnis veroorzaakt door niet zich niet in de procedure te stellen.

 

5 BEOORDELING

5.1 Vast staat dat verweerder in zijn aanbiedingsbrief aan de rechtbank de indruk heeft gewekt dat de producties meebetekend waren met de dagvaarding. Een zorgvuldig advocaat dient die indruk te vermijden. Verweerder heeft erkend dat hij hieromtrent duidelijker had moeten zijn in zijn aanbiedingsbrief aan de rechtbank. Verweerder heeft door de indruk te wekken, althans te laten bestaan, dat zowel de dagvaarding als de producties aan klager betekend waren, niet gehandeld zoals een zorgvuldig advocaat betaamd.

5.2 In zoverre is de klacht gegrond.

 

6 MAATREGEL

 In aanmerking nemende dat verweerder de onjuistheid van zijn handelwijze heeft ingezien en kenbaar heeft gemaakt zijn werkwijze aangepast te hebben, zal de raad volstaan met gegrondverklaring van de klacht zonder oplegging van een maatregel. Ook bij een juiste betekening van de producties zou het verstekvonnis zijn gewezen, doordat klager verzuimd heeft zich tijdig in de procedure te stellen.

 

7 BESLISSING

De raad van discipline:

- verklaart de klacht gegrond, zonder oplegging van een maatregel.

 

Aldus gewezen door mr. M.F. Baaij, voorzitter, mrs. M. Aukema, R. de Haan, J.P. Heinrich, H.E. Meerman, leden, bijgestaan door mr. A.H. van Haga als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 18 november 2013.

griffier voorzitter                     

 

Deze beslissing is in afschrift op 19 november 2013 per aangetekende brief verzonden aan:

- klager

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden

- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden

- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.  Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:

Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek

b.  Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.

Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u telefonisch contact op te nemen met de griffie van het hof.

c.  Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof

076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl

Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl