Rechtspraak
Uitspraakdatum
05-08-2013
ECLI
ECLI:NL:TADRAMS:2013:45
Zaaknummer
13-057A
Inhoudsindicatie
Klacht tegen advocaat wegens schending huisregels PI gegrond zonder oplegging van maatregel.
Uitspraak
Beslissing van 5 augustus 2013
in de zaak 13-057A
naar aanleiding van de klacht van:
T.a.v. de heer
klager
tegen:
mr.
advocaat te Amsterdam
Gemachtigde: mr.
verweerder
1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE
1.1 Bij brief aan de raad van 19 februari 2013 met kenmerk 1313-0118, door de raad ontvangen op 20 februari 2013, heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Amsterdam de klacht ter kennis van de raad gebracht.
1.2 De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 4 juni 2013 in aanwezigheid van partijen. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.
1.3 De raad heeft kennis genomen van:
- de in 1.1 bedoelde brief van de deken aan de raad;
- de stukken genummerd 1 tot en met 11 zoals opgenomen in de bij de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Amsterdam gevoegde inventarislijst.
2 FEITEN
2.1 Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.
2.2 Een cliënt van verweerder is gedetineerd in de penitentiaire inrichting Heerhugowaard (verder: “PI”). Op verzoek van zijn cliënt heeft verweerder op 4 oktober 2012 via de geprivilegieerde post zes mobiele telefoons, vijf batterijen, twee opladers en zes simkaarten opgestuurd in een gesloten envelop, vergezeld van een brief aan de directeur met het verzoek deze goederen aan zijn cliënt uit te reiken.
2.3 Bij controle van de envelop zijn de goederen opgemerkt. De directeur van de PI heeft zich over de handelwijze van verweerder beklaagd. De directeur heeft verder verweerder een toegangsverbod van acht weken opgelegd.
2.4 Verweerder heeft tegen deze maatregel een kort geding aangespannen. De voorzieningenrechter van de rechtbank ’s-Gravenhage heeft bij vonnis van 6 november 2012 geoordeeld dat de maatregel beëindigd diende te worden.
2.5 Bij brief van 8 oktober 2012 heeft klager zich bij de deken beklaagd over verweerder.
3 KLACHT
3.1 De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:
a) Hij op 4 oktober 2012 een envelop heeft doen bezorgen aan de PI Heerhugowaard, als geprivilegieerde post en dat in de envelop zes telefoons, vijf batterijen, twee opladers en zes simkaarten bleken te zitten, terwijl het bezit van deze voorwerpen in de inrichting verboden is op grond van de regeling model huisregels. Door aldus te handelen heeft verweerder een mogelijkheid gecreëerd dat zijn cliënt deze voorwerpen in bezit zou krijgen, in strijd met de regeling.
4 BEOORDELING
4.1 Vooropgesteld zij dat de advocaat geacht wordt zijn beroep in vrijheid en onafhankelijkheid uit te oefenen en dat dit als uitgangspunt heeft te gelden bij de behartiging van de belangen van de cliënt. Ter waarborging van de positie die de advocaat inneemt, zijn hem bijzondere privileges toegekend. Eén van deze privileges betreft de geprivilegieerde post tussen een gedetineerde cliënt en de advocaat. De directeur van een penitentiaire inrichting moet erop kunnen vertrouwen dat de advocaat zijn bevoegdheid niet op andere wijze gebruikt dan waarvoor deze bedoeld is. Doet hij dat wel dan ontstaat het gevaar dat de advocaat het vertrouwen in de advocatuur schaadt.
4.2 Verweerder heeft bekend dat hij een fout heeft begaan en dat hij de brief met de telefoons aan de directeur van de penitentiaire inrichting had dienen te richten. Door onachtzaamheid heeft verweerder het pakket met de telefoons niet aan de directeur maar aan zijn cliënt gericht. Door de wijze van verzending –in een slappe envelop- was de kans op ontdekking vrijwel 100%. Verweerder benadrukt dat hij niet met opzet de regels heeft overtreden, maar een fout heeft gemaakt.
4.3 Naar het oordeel van de raad heeft verweerder met zijn handelwijze het vertrouwen in de advocatuur geschaad, zodat de klacht gegrond is. Een maatregel kan echter achterwege blijven. Daartoe overweegt de raad als volgt. Verweerder heeft in reactie op de klacht ter zitting nogmaals duidelijk blijk heeft gegeven van inzicht in het onbetamelijke van zijn handelen. Aannemelijk is geworden dat verweerder ter zake niet doelbewust heeft gehandeld, maar zich heeft vergist. Door verweerder als sanctie de toegang tot de penitentiaire inrichting tijdelijk te ontzeggen heeft de directeur van de penitentiaire inrichting reeds een duidelijk signaal afgegeven. Tevens neemt de raad in overweging het ontbreken van tuchtrechtelijke antecedenten van verweerder.
BESLISSING
De raad van discipline verklaart de klacht gegrond.
Aldus gewezen door mr. mr. H. Brouwer, voorzitter, mrs. B. Roodveldt,
A. van Marwijk Kooy, J.H.P. Smeets, M. Schüller, leden, bijgestaan door mr. A. Lof als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 5 augustus 2013.
griffier voorzitter
Deze beslissing is in afschrift op 5 augustus 2013 per aangetekende brief verzonden aan:
- klager
- verweerder
- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Amsterdam
- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.
Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:
- verweerder
- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten
Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.
De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.
Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:
a. Per post
Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:
Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek
b. Bezorging
De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.
Indien u bij de griffie van het Hof van Discipline een stuk wenst af te geven en daarvoor een ontvangstbewijs wenst te ontvangen, dient u tijdig contact op te nemen teneinde er zeker van te zijn dat het stuk onder verkrijging van de ontvangstbevestiging kan worden afgegeven.
c. Per fax
Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.
Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof
076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl
Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl