Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

18-01-2013

ECLI

ECLI:NL:TADRARL:2013:73

Zaaknummer

01a/12

Inhoudsindicatie

Verweerder heeft aan de hand van stukken gemotiveerd betwist dat hij aan klaagster een onjuist advies zou hebben uitgebracht over de uitkering waarop zij recht meende te hebben. Wel heeft het erg lang geduurd voordat het advies gereed was. Daarvoor heeft verweerder echter zijn excuses aangeboden en niet is gebleken dat klaagster door het tijdsverloop in haar belangen is geschaad.

Inhoudsindicatie

De klachten zijn ongegrond.

Uitspraak

Beslissing van 18 januari 2013

in de zaak 01a/12

naar aanleiding van de klacht van:

 

mevrouw [    ]

klaagster

 

tegen:

mr. [    ]

verweerder

 

1    VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1    Bij brief aan de raad van 1 maart 2012 met kenmerk 011/012 KG030, door de raad ontvangen op 2 maart 2012  heeft de deken van de orde van advocaten in het arrondissement G. de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2    De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 23 november 2012 in aanwezigheid van klaagster en verweerder. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.3    De raad heeft kennis genomen van het van de deken ontvangen dossier.

 

2    FEITEN

2.1    Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.

2.2    Op 9 september 2010 heeft verweerder de zaak van klaagster in behandeling genomen. Op 30 september 2010 kreeg zij daarvoor een lichte adviestoevoeging.

2.3    Op 3 februari en 17 maart 2011 heeft klaagster aanvullende stukken aan verweerder gezonden. Bij brief van 20 april 2011 heeft verweerder aan klaagster advies uitgebracht.

2.4    Bij brief met bijlagen van 13 mei 2011 heeft klaagster zich bij de deken beklaagd over verweerder.

 

3    KLACHT

3.1    De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

a)    verweerder een onjuist advies heeft uitgebracht aan klaagster. Klaagster heeft recht op een AAW-uitkering (80%) en niet op een Wajong-uitkering (75%).

b)    verweerder er erg lang over gedaan voordat zij met haar advies kwam.

3.2    Klaagster onderbouwt haar klacht met de stelling, dat verweerder in het advies de verzenddatum van de beslissing tot toekenning van haar uitkering als uitgangsdatum heeft genomen, namelijk14 juni 1987, in plaats van de datum waarop blijkens die beslissing haar uitkering inging, namelijk november 1986.

 

4    VERWEER

Ad klachtonderdeel a)

4.1    Verweerder heeft klaagster juist geadviseerd. Voor de hoogte van de uitkering van klaagster is het overgangsrecht per 1 januari 1998 beslissend. De datum van de toekenningsbeslissing van de AAW-uitkering van klaagster noch de ingangsdatum van die uitkering zijn daarbij van belang.

Ad klachtonderdeel b)

4.2    Het heeft inderdaad lang geduurd voordat verweerder haar advies heeft uitgebracht. Zij maakt daarvoor haar excuses. Zij heeft de zaak wel degelijk serieus genomen en zodanig behandeld.

 

5    BEOORDELING

Ad klachtonderdeel a)

5.1    Naar het oordeel van de raad is niet komen vast te staan dat verweerder een onjuist advies heeft uitgebracht. Verweerder heeft zulks uitdrukkelijk ontkend en die ontkenning met stukken onderbouwd. De raad is van oordeel, dat uit deze stukken blijkt dat verweerder in haar advies niet van een onjuiste datum voor de bepaling van de rechtspositie van klaagster is uitgegaan. De door klaagster overgelegde stukken hebben de raad niet van het tegendeel kunnen overtuigen. Dit onderdeel van de klacht is ongegrond.

Ad klachtonderdeel b)

5.2    Ook dit onderdeel van de klacht is ongegrond.

5.3    Weliswaar heeft het lang geduurd voordat verweerder klaagster haar advies zond, maar niet is gebleken dat klaagster daardoor in haar belangen is geschaad. Bovendien heeft verweerder haar excuses daarvoor aangeboden.

 

BESLISSING

De raad van discipline:

is van oordeel dat beide onderdelen van de klacht ongegrond zijn.

 

Aldus gewezen door mr. F.P. Dresselhuys - Doeleman, voorzitter, mrs. G.W. Brouwer, M.I. van Horssen-Bok, L.J. van der Veen, H.J. Meijer, leden, bijgestaan door mr. J.M.G. Kuin – van den Akker als plaatsvervangend griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 18 januari 2013.

 

griffier                                                                 voorzitter

 

Deze beslissing is in afschrift op 21 januari 2013 per aangetekende brief verzonden aan:

-    klaagster

-    verweerder

-    deken in de interim Raad van Toezicht in het arrondissement Noord-Nederland

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

 

Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:

-    klaagster

-    deken in de interim Raad van Toezicht in het arrondissement Noord-Nederland

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten

 

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

 

Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.     Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:

Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek

b.     Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.

Indien u bij de griffie van het Hof van Discipline een stuk wenst af te geven en daarvoor een ontvangstbewijs wenst te ontvangen, dient u tijdig contact op te nemen teneinde er zeker van te zijn dat het stuk onder verkrijging van de ontvangstbevestiging kan worden afgegeven.

c.     Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

 

Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof

076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl

Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl