Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

13-05-2013

ECLI

ECLI:NL:TADRARN:2013:YA4276

Zaaknummer

13-101

Inhoudsindicatie

Klacht tegen advocaat wederpartij die als productie bij een verzoekschrift een kopie van een e-mail van klager aan zijn eigen advocaat had overgelegd. Klager beschuldigt advocaat van computervredebreuk. Klacht kennelijk ongegrond. De beschuldigingen vinden geen steun in de feiten.

Uitspraak

Beslissing van 13 mei 2013

in de zaak 13-101

naar aanleiding van de klacht van:

De heer [naam]

[adres]

klager

tegen:

mr. [naam]

advocaat te [plaats]

verweerder

De voorzitter van de raad van discipline (hierna "de voorzitter") heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Midden-Nederland van 17 april 2013 met kenmerk RvT 1213-0001 door de raad ontvangen op 18 april 2013, en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken genummerd van 1 tot en met 7. Tevens heeft de voorzitter kennis genomen van de brief d.d. 22 april 2013, per fax ontvangen, van klager aan de raad.

1 FEITEN

1.1 Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.

1.2 Klager is in 2011 in Amman (Jordanië) in het huwelijk getreden. Klager woont in Frankrijk en zijn echtgenote woont sinds 1991 in Nederland. Klager en zijn echtgenote hebben de Nederlandse nationaliteit.

1.3 Klager is op 4 maart 2012 in Jordanië bij de rechtbank in Amman een echtscheidingsprocedure begonnen. Zijn echtgenote is een echtscheidingsprocedure begonnen in Nederland. Verweerder treedt op als advocaat  van de echtgenote van klager.

1.4 In de door de echtgenote van klager aanhangig gemaakte echtscheidingsprocedure bij de Nederlandse rechter is door de Nederlandse advocaat van klager gesteld dat de Nederlandse rechter onbevoegd is van het echtscheidingsverzoek kennis te nemen omdat er al een procedure aanhangig is in Jordanië (de exceptie van litispendentie).

1.5 Verweerder heeft namens de echtgenote van klager, bij akte houdende uitlating exceptie van litispendentie, verweer gevoerd tegen de stelling van klager dat de Nederlandse rechter niet bevoegd is. Als productie bij deze akte heeft verweerder een kopie van een e-mail d.d. 4 september 2012 van klager aan zijn Nederlandse advocaat overgelegd.

1.6 De inhoud van het e-mail bericht d.d. 4 september 2012 van klager aan zijn advocaat luidt als volgt:

“Dear Dr. [naam advocaat],

As promised I herewith report you on the court hearing this morning. Mrs [naam echtgenote] dit not appear, but was again represented by her sister [naam]. Again, the Judge explained that Mrs [naam echtgenote] has to appear in person or be legally represented, otherwise the process will continue in absentia. Next hearing is scheduled for 23 September 2012 at 9 o’clock.

Mr. [naam advocaat in Jordanië] will send you officialized copies of the proceedings of today and the 23rd, if you would need this for the litispendence request in the Netherlands (please confirm yes/no).

Mr. [naam advocaat in Jordanië]  asked for two papers:

-first, the request for divorce as has been filed by Mrs [naam echtgenote]  in the Netherlands, legalized by the court in Utrecht, the Dutch Ministry of Justice, the Dutch Ministry of foreign affairs and the Jordanian Embassy. This to prove in Amman that there are irrevocable disputes and also Mrs [naam echtgenote]  desires a divorce. Could your secretariate assist in this process?

We only need the request as written by her Lawyer Mr [naam], without the annexes (productions).

-secondly, the proceedings of the court hearing in Utrecht two weeks ago, in which it is registred that Mrs [naam echtgenote]  has declared not to be a Muslima. Although this cannot be used at the moment (because it is a matter of criminal law), it could be useful to have this statement officially registred in a legal document.

With my best regards,

[naam klager]”

1.7 Bij brief met bijlagen van 24 februari 2013 heeft klager de onderhavige klacht bij de deken ingediend.

2 KLACHT

2.1 De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet door:

a) computervredebreuk te plegen dan wel hier medewerking aan te verlenen;

b) in de echtscheidingsprocedure bij de (toen nog zogeheten) rechtbank Utrecht bij akte van 31 december 2012 een kopie van een op onrechtmatige wijze verkregen e-mail d.d. 4 september 2012 over te leggen.

2.2 Uit de toelichting op klachtonderdeel b) blijkt dat klager zich op het standpunt stelt dat verweerder de e-mail op onrechtmatige wijze verkregen heeft, nu deze via de zeer streng beveiligde e-mail van de werkgever van klager enkel naar zijn advocaten in Nederland en in Jordanië gestuurd is en naar het met toegangscode en wachtwoorden versleutelde privé e-mailadres van klager.

3 VERWEER

Het verweer komt bij de bespreking van de verschillende klachtonderdelen aan de orde.

4 BEOORDELING

4.1 Op de klacht kan, met toepassing van artikel 46g Advocatenwet, door de voorzitter worden beslist.

Ad klachtonderdeel a)

4.2 Verweerder ontkent dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan computervredebreuk dan wel zijn medewerking daaraan heeft gegeven. Hoe hij de beschikking heeft gekregen over het e-mailbericht heeft verweerder niet aangegeven. Naar het oordeel van de voorzitter is verweerder daartoe ook niet gehouden. Van feiten of omstandigheden waaruit, als zij zouden komen vast te staan, voortvloeit dat klachtonderdeel a) gegrond is, is niet gebleken. Klachtonderdeel a) mist dan ook feitelijke grondslag en is derhalve kennelijk ongegrond.

Ad klachtonderdeel b)

4.3 Bij de beoordeling van dit klachtonderdeel is van belang dat de klacht zich richt tot verweerder in zijn kwaliteit van advocaat van de wederpartij van klager. Dat bepaalt het toetsingskader. In die kwaliteit komt aan verweerder een grote mate van  vrijheid toe om datgene te doen wat in het belang van zijn cliënte is: hij mag zich daardoor in beginsel laten leiden. Daarbij geldt in een geval als dit dat een advocaat pas dan aan de gerechtvaardigde belangen van de wederpartij tekort doet als hij of zij optreedt op een wijze die in dat perspectief de zaken afgezet tegen de belangen van die wederpartij, onnodig en onredelijk belastend en gecompliceerd maakt of anderszins wezenlijk tekort doet aan die belangen.

4.4 Daarvan is de voorzitter niet gebleken. Feitelijk is niet komen vast te staan dat de cliënte van verweerder op onrechtmatige wijze de beschikking heeft gekregen over het e-mailbericht. Dat in dit geding niet bekend geworden is hoe dit bericht bij de cliënte van verweerder en bij verweerder terecht is gekomen brengt niet met zich mee dat dat op onrechtmatige wijze is gebeurd. Een tuchtrechtelijke procedure als de onderhavige dient er ook niet voor om dat na te lopen.

4.5 Klager heeft uitgewerkt dat het niet anders kan zijn dan dat het bericht op onrechtmatige wijze bij de wederpartij terecht is gekomen omdat zijn e-mail verkeer verloopt via de zeer streng beveiligde e-mail van zijn werkgever.  Wat hiervan ook moge zijn, het is op geen enkele wijze vast komen te staan dat er dus sprake is of moet zijn geweest van computervredebreuk en al helemaal niet dat verweerder daarvan weet of weet had moeten hebben toen hij de beschikking kreeg over dat e-mailbericht en besloot om het e-mailbericht in het geding te brengen. Ook klachtonderdeel b) is kennelijk ongegrond.

BESLISSING

Wijst de klacht in alle onderdelen af.

Aldus gewezen door mr. B.P.J.A.M. van der Pol, voorzitter, met bijstand van mr. H.A.M. Ritsma-Hartman als griffier op 13 mei 2013.

griffier  voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 13 mei 2013 per aangetekende post en per gewone post verzonden aan:

- klager

en per gewone post aan:

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Midden-Nederland

- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten