Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

04-07-2013

ECLI

ECLI:NL:TADRARN:2013:48

Zaaknummer

13-129

Inhoudsindicatie

Voorzittersbeslissing. Klager is ontevreden over eigen advocaat. Beleidsvrijheid.

Inhoudsindicatie

Klachten kennelijk ongegrond.

Uitspraak

Beslissing van 4 juli 2013

in de zaak 13-129

naar aanleiding van de klacht van:

de heer [  ]

adres

klager

tegen:

mr. X

advocaat te A.

verweerder

De plaatsvervangend voorzitter van de raad van discipline (hierna "de voorzitter") heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Midden-Nederland van 5 juni 2013 met kenmerk RvT 1213-9631/LB/sd, door de raad ontvangen op 6 juni 2013, en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken.

1 FEITEN

1.1 Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.

1.2 Klager werd in 2011 bijgestaan door een kantoorgenoot van verweerder in een arbeidsrechtelijk geschil tussen klager en de toenmalig werkgever van klager. Klager was in die periode door ziekte niet in staat te werken.

1.3 Verweerder heeft de zaak overgenomen na het vertrek van de kantoorgenoot van verweerder.

1.4 Verweerder heeft van de wederpartij een aantal voorstellen ontvangen voor een vertrekregeling en een beëindigingsvergoeding. Op 26 augustus 2011 schrijft verweerder klager via de e-mail dat hij één van de door de werkgever aangeboden voorstellen acceptabel vindt en passend bij de ontstane situatie. In deze e-mail waarin verweerder dit schrijft, heeft verweerder de volgende passage opgenomen:

‘Als u dit voorstel niet acceptabel vind, dan wil ik van u concreet horen wat volgens u de vertrekregeling zou moeten zijn, en dan wil ik ook van u horen, dat u, als uw werkgever dat alternatief niet wenst te accepteren, bereid bent om u vervolgens weer te melden voor het verrichten van uw gebruikelijke werkzaamheden. U moet dan bereid zijn om de confrontatie aan te gaan, iets wat ik u, zoals uit bovenstaande blijkt, afraad. De stress zal daardoor aanmerkelijk toenemen.’

1.5 Op verzoek van klager heeft zijn rechtsbijstandsverzekeraar de zaak vervolgens overgedragen aan een andere advocaat.

2 KLACHT

2.1 De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet door:

a. Klager onder druk te zetten door in zijn e-mail d.d. 26 augustus 2011 de onder 1.4 genoemde passage op te nemen;

b. Zijn plicht als raadsman en belangenbehartiger te verzaken door geen tegenvoorstel te formuleren maar het initiatief bij klager neer te leggen.

3 VERWEER

3.1 Verweerder ontkent klachtwaardig te hebben gehandeld.

Volgens verweerder had de wederpartij verschillende voorstellen gedaan, waaruit klager zou kunnen kiezen. Verweerder was van mening dat de onderhandelingspositie beperkt was. Hij adviseerde klager één van de voorstellen, welke hij gelet op rechtspositie van klager en zijn behoefte aan inkomenszekerheid aanvaardbaar vond, te accepteren.

4 BEOORDELING

4.1 Op de klacht kan met toepassing van art. 46g Advocatenwet door de voorzitter worden beslist.

4.2 De klachtonderdelen lenen zich voor gezamenlijke behandeling. Ze zien op de wijze waarop verweerder als advocaat de belangen van klager heeft behartigd.

4.3 Bij de beoordeling van de klachtonderdelen staat voorop dat de advocaat bij de behandeling van de zaak de leiding heeft en vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid dient te bepalen met welke aanpak van zaken de belangen van zijn cliënt het beste zijn gediend. Wel moet de advocaat zijn cliënt duidelijk maken hoe hij te werk wil gaan en waartoe hij wel of niet bereid is. Van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen is in het algemeen pas sprake als de advocaat bij de behandeling van de zaak duidelijk onjuist optreedt en adviseert en bovendien de belangen van de cliënt daardoor worden geschaad of kunnen worden geschaad. Het handelen van verweerder zal aan de hand van deze maatstaf worden beoordeeld.

4.4 De handelwijze van verweerder, getoetst aan deze maatstaf, geeft de voorzitter geen aanleiding om aan te nemen dat verweerder tuchtrechtelijk laakbaar heeft gehandeld ten opzichte van klager. Tegenover de verwijten van klager, heeft verweerder uiteengezet waarom hij heeft gehandeld zoals hij heeft gedaan. Verweerder heeft zowel telefonisch als via de e-mail overleg gevoerd met klager. Verweerder heeft klager vervolgens geadviseerd om, vanwege de vertrouwensbreuk tussen klager en de wederpartij, in te stemmen met een beëindigingsregeling en hem toegelicht waarom hij van mening was dat één van de door de wederpartij geformuleerde voorstellen tot beëindiging, aanvaardbaar was.

4.5 Verweerder heeft ook toegelicht dat klager, als hij de geboden voorstellen niet wilde aanvaarden, zelf een vertrekregeling zou kunnen noemen die voor hem aanvaardbaar zou zijn. Het stond verweerder vrij om dit te doen. Dat verweerder klager vroeg om zelf een voor hem aanvaardbaar voorstel te formuleren, lag ook voor de hand nu verweerder van mening was dat de onderhandelingspositie beperkt was en verweerder de door de werkgever aangeboden regeling aanvaardbaar vond. De stelling van klager dat verweerder hem hierbij onder druk heeft gezet, deelt de voorzitter niet. De voorzitter acht de toonzetting van de e-mail niet onoorbaar.

4.6 Het lag voor de hand dat klager een andere advocaat zou inschakelen als hij zich niet in de advisering kon vinden, hetgeen klager ook heeft gedaan.

4.7 De voorzitter ziet in het handelen van verweerder geen tuchtrechtelijk verwijt

4.8 De voorzitter verklaart de klacht dan ook kennelijk ongegrond.

BESLISSING

De klacht is in al zijn onderdelen kennelijk ongegrond. De klacht wordt dus afgewezen.

Aldus gewezen door mr. S.H. Bokx-Boom, plaatsvervangend voorzitter, met bijstand van mr. G.H.J. Spee als griffier op 4 juli 2013.

griffier  voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 8 juli 2013 per aangetekende post verzonden aan:

- klager

en per gewone post aan:

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Midden-Nederland

-   de deken van de Nederlandse Orde van advocaten