Rechtspraak
Uitspraakdatum
05-11-2013
ECLI
ECLI:NL:TAHVD:2013:293
Zaaknummer
6956
Inhoudsindicatie
De onderbouwing van het hoger beroep dient binnen de appeltermijn plaats te vinden. Appel niet-ontvankelijk.
Uitspraak
Beslissing van de voorzitter van
het Hof van Discipline
van 5 november 2013
in de zaak 6956
naar aanleiding van het hoger beroep van:
klager
tegen:
verweerder
1 HET GEDING IN EERSTE AANLEG
De voorzitter van het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden (verder: de raad) van 23 september 2013, nummer 13-72, aan partijen toegezonden op 26 september 2013, waarbij de klacht van klager tegen verweerder ongegrond is verklaard.
2 HET GEDING IN HOGER BEROEP
Bij brief van 13 oktober 2013, door de griffie van het hof ontvangen op 16 oktober 2013 heeft klager het hof meegedeeld:
“Geachte heren,
Hierbij kom ik in beroep tegen de afwijzing van mijn klacht inzake (…., verweerder). In een later stadium zal ik dit beroep aanvullen,
met vriendelijke groet,
klager”
2.2 Bij brief van 18 oktober 2013 heeft de griffier aan klager geschreven dat een beroep voorzien van gronden binnen 30 dagen na verzending van de beslissing van door de raad bij het hof moet zijn ingediend en dat verlenging van deze termijn niet mogelijk is.
2.3 Bij brief van 29 oktober 2013, ontvangen door de griffie van het hof op 30 oktober 2013 heeft klager zijn beroep aangevuld.
DE BEOORDELING
3.1 Aangezien de beslissing van de raad op 26 september 2013 aan klager is toegezonden kon hij, klager, op uiterlijk 26 oktober 2013 hoger beroep instellen.
3.2. Nu de onderbouwing van het beroep van klager door de griffie van het hof is ontvangen na afloop van voormelde in artikel 56 lid 1 van de Advocatenwet neergelegde termijn en de brief van klager van 13 oktober 2013 in het geheel geen gronden bevat, is het beroep van klager kennelijk niet-ontvankelijk, zodat het dient te worden afgewezen.
BESLISSING
De voorzitter van het Hof van Discipline:
wijst af het door klager tegen de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden van 23 september 2013, onder nummer
13-72, ingestelde hoger beroep.
Aldus beslist op 5 november 2013 door mr. J.C. van Dijk, voorzitter.