Rechtspraak
Uitspraakdatum
21-01-2013
ECLI
ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4089
Zaaknummer
R. 3973/12.107
Inhoudsindicatie
In het verzet stellen klagers dat hun brief van 27 november 2011 niet het omzetten van de klacht in een aansprakelijkstelling betreft, zoals de voorzitter heeft geoordeeld, doch dat het gaat om een uitbreiding van de klacht met een aansprakelijkstelling.
Inhoudsindicatie
De Raad oordeelt dat de brief van klagers niet voor tweeërlei uitleg vatbaar is en dat er derhalve sprake is van het omzetten van de klacht in een aansprakelijkstelling.
Inhoudsindicatie
De Raad sluit zich, voor het overige, aan bij de beslissing van de voorzitter.
Inhoudsindicatie
Het verzet is ongegrond.
Uitspraak
1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE
1.1 Bij brief aan de raad van 31 mei 2012 met kenmerk K057 2011/2012 ew/kme, door de raad ontvangen op 1 juni 2012, heeft de deken van de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden de klacht ter kennis van de raad gebracht.
1.2 Bij beslissing van 28 juni 2012 heeft de plaatsvervangend voorzitter van de raad de klacht kennelijk niet-ontvankelijk verklaard, welke beslissing op 29 juni 2012 aan partijen is verzonden.
1.3 Bij brief met bijlagen van 4 juli 2012 door de raad ontvangen op 5 juli 2012, hebben klagers verzet ingesteld tegen de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter.
1.4 Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 19 november 2012 in aanwezigheid van klagers en verweerster. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.
1.5 De raad heeft kennisgenomen van:
- de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop
de beslissing blijkens de tekst daarvan is gegeven;
- het verzetschrift van klagers d.d. 4 juli 2012;
- de brief van klagers met bijlagen van 6 juli 2012;
- de brief van klagers met bijlage van 2 oktober 2012;
- de brief van klagers van 5 oktober 2012;
- de brief van klagers van 21 oktober 2012;
- de brief van klagers van 28 oktober 2012;
- de brief van klagers van 4 november 2012.
2 FEITEN
Voor de beoordeling van de klacht en het verzet wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende feiten uitgegaan:
2.1 Verweerster heeft de wederpartij van klagers bijgestaan in een civielrechtelijke procedure tegen klagers.
2.2 Bij brief van 14 november 2011 met bijlagen hebben klagers zich bij de deken beklaagd over verweerster.
3 KLACHT EN VERZET
3.1 De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerster heeft gehandeld in strijd met de tuchtrechtelijke norm van artikel 46 Advocatenwet.
3.2 Klagers hebben hun oorspronkelijke klacht, zoals door hen verwoord bij brief met bijlagen van 14 november 2011, bij brief van 27 november 2011 met bijlagen omgezet in een aansprakelijkstelling van verweerster.
3.3 De gronden van het verzet houden, zakelijk weergegeven, in dat klagers in de brief van 27 november 2011 bedoeld hebben de klacht met een aansprakelijkstelling uit te breiden. De plaatsvervangend voorzitter heeft te snel een beslissing gegeven aangezien er nog geen dekenoordeel is over de door klagers ingediende klacht tegen de deken van de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden.
4 BEOORDELING
4.1 Gelet op de stukken en het verhandelde ter zitting onderschrijft de raad de
beoordeling van de plaatsvervangend voorzitter. Hetgeen klagers in het verzet hebben aangevoerd is niet meer dan een uitwerking en herhaling van de eerdere klacht en dit leidt niet tot een ander oordeel dan de plaatsvervangend voorzitter heeft gegeven. Naar het oordeel van de raad is de brief van klagers van 27 november 2011 niet voor tweeërlei uitleg vatbaar. Overigens sluit de raad zich ook aan bij het oordeel ten overvloede van de plaatsvervangend voorzitter dat de klacht kennelijk ongegrond is.
5 BESLISSING
De raad van discipline verklaart het verzet ongegrond.
Aldus gewezen door mr. M.F. Baaij, voorzitter, mrs. M. Aukema, R. de Haan, J.P. Heinrich, H.E. Meerman, leden, bijgestaan door mr. A.H. van Haga als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 21 januari 2013.
griffier voorzitter
Deze beslissing is in afschrift op 22 januari 2013 per aangetekende brief verzonden aan:
- klagers
- verweerster
- de deken van de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden
- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.
Van deze beslissing kan geen hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld.