Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

20-12-2013

ECLI

ECLI:NL:TAHVD:2013:355

Zaaknummer

6720

Inhoudsindicatie

Bekrachtiging van oordeel van de raad, dat klacht over kwaliteit van de dienstverlening ongegrond was.

Uitspraak

Beslissing van 20 december 2013

in de zaak 6720

naar aanleiding van het hoger beroep van:

klager

tegen:

verweerder

1 HET GEDING IN EERSTE AANLEG

Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort

’s-Gravenhage (verder: de raad) van 11 februari 2013, onder nummer R.4021/12.155, aan partijen toegezonden op 13 februari 2013, waarbij een klacht van klager tegen verweerder ongegrond is verklaard.

De beslissing is gepubliceerd op tuchtrecht.nl als LJN YA 4124.

2 HET GEDING IN HOGER BEROEP

2.1 De memorie waarbij klager van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 27 februari 2013 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van:

- de stukken van de eerste aanleg;

- de antwoordmemorie van verweerder;

- stukken van klager binnengekomen ter griffie van het hof d.d. 27 juni 2013.

2.3 Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 28 oktober 2013, waar verweerder is verschenen.

3 KLACHT

3.1 De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

a. hij de belangen van klager onvoldoende heeft behartigd. Klager heeft gesteld dat er te weinig zou zijn gebeurd waardoor de mogelijke aanspraken van klager niet meer gerealiseerd kunnen worden;

b. hij klager in de kou heeft laten staan onder andere doordat hij geen moeite wilde doen duidelijkheid te verkrijgen waar het de precieze gang van zaken in oktober 2007 betrof.

4 FEITEN

 In overweging 2. heeft de raad vastgesteld van welke feiten in deze procedure wordt uitgegaan. De door de raad vastgestelde feiten, welke niet zijn betwist, vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt.

5 BEOORDELING

5.1 Het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad, waarmee het hof zich verenigt.

5.2 De grieven van klager tegen de beslissing van de raad worden verworpen. De beslissing van de raad dient te worden bekrachtigd.

 BESLISSING

Het Hof van Discipline:

bekrachtigt de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ‘s Gravenhage van 11 februari 2013, gewezen onder nummer R. 4021/12.155.

Aldus gewezen door mr. W.H.B. den Hartog Jager, voorzitter, mrs. A. Beker, T. Zuidema, G.J. Niezink en M.M.H.P. Houben, leden, in tegenwoordigheid van mr.  I.F. Schouwink, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 20 december 2013.