Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

07-03-2013

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2013:YA4370

Zaaknummer

OB45-2013

Inhoudsindicatie

Advocaat is aan de wederpartij geen verantwoordign verschuldigd over het al dan niet aanvragen van een toevoeging. Klager komt geen klachtrecht toe.

Inhoudsindicatie

Klacht: kennelijk niet-ontvankelijk.

Uitspraak

Beslissing van  7  maart 2013

in de zaak OB 45-2013

naar aanleiding van de klacht van:

A

 

klager

 

tegen:

B

 

verweerster

 

De (plaatsvervangend) voorzitter van de raad van discipline (hierna "de voorzitter") heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement   OB  van 14 februari 2013 met kenmerk K , door de raad ontvangen op15 februari 2013, en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken.

 

1.           FEITEN

Voor de beoordeling van de klacht kan, gelet op de stukken, van het volgende worden uitgegaan:

1.1         Klager is verwikkeld in een procedure over het hoofdverblijf van en de omgang met de minderjarige dochter van klager, geboren uit diens relatie met mevrouw X. Verweerster trad op als advocaat van mevrouw X.

 

2.           KLACHT

De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

verweerster bij de toevoegingsaanvraag voor haar cliënte frauduleus heeft gehandeld.

 

 

3.           VERWEER

3.1         Klager kan niet in zijn klacht worden ontvangen, aangezien hij hierbij geen direct belang heeft.

3.2         Verweerster diende de belangen van haar cliënte te behartigen.

 

4.           BEOORDELING

4.1          De voorzitter overweegt dat het klachtrecht niet in het leven is geroepen voor een ieder, doch slechts voor degenen die door een handelen of nalaten van een advocaat in zijn belang getroffen is of kan worden. Voorzover in het algemeen belang een tuchtrechtelijke toetsing is vereist, wordt het klachtrecht uitgeoefend door de deken.

4.2         Klager beklaagt zich erover dat verweerster op oneigenlijke gronden een toevoeging voor haar cliënte heeft aangevraagd. Wanneer een advocaat een opdracht aanvaardt dient hij de financiële consequenties daarvan met de cliënt te bespreken. Een advocaat dient bij het begin van de zaak en verder telkens wanneer daartoe aanleiding bestaat te overleggen of er termen zijn te trachten door de overheid gefinancierde rechtshulp te verkrijgen. Verweerster heeft in de zaak van mevrouw X tegen klager klaarblijkelijk aanleiding gezien om een toevoeging voor gefinancierde rechtshulp aan te vragen. Over het al dan niet aanvragen van een toevoeging voor haar cliënte hoefde verweerster aan klager geen verantwoording af te leggen. Klager komt ter zake geen klachtrecht toe. De voorzitter zal de klacht op grond hiervan als kennelijk niet-ontvankelijk afwijzen.

    4.3         Aan het verzoek van klager om door de raad te worden gehoord, zal dan  ook geen gevolg gegeven worden.

 

BESLISSING

 

De voorzitter wijst de klacht als kennelijk niet-ontvankelijk af.

 

Aldus gegeven door mr. M.I.J. Hegeman, voorzitter, met bijstand van mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, als griffier op    7 maart 2013.

 

griffier                                                                         voorzitter

 

 

 

,Deze beslissing is in afschrift op11 maart 2013

 

per gewone en per aangetekende post verzonden aan:

- klager

 

per aangetekende post verzonden aan:

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement OB.

 

Ingevolge artikel 46h lid 1 van de Advocatenwet kunnen klager en de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement   binnen veertien dagen na verzending van het Oost-Brabant afschrift van deze beslissing schriftelijk verzet doen bij de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch, Postbus 3115, 4800 DC Breda (fax: 076-5490569) . Het verzet wordt ingesteld door middel van indiening van een verzetschrift (in tweevoud), waarin de gronden van het verzet voorzien van een motivering worden omschreven. De termijn van 14 dagen begint op de dag volgend op die van verzending van de beslissing. Uiterlijk op de veertiende dag van die termijn moet het verzetschrift derhalve ontvangen zijn op de griffie van de raad van discipline. Verlenging van de termijn van 14 dagen is niet moge­lijk.

 

Het verzetschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij de raad van discipline:

 

a.         Per post

Het verzetschrift dient samen met de beslissing waarvan verzet in tweevoud, per post te    worden toegezonden aan de griffie van de raad.

Het postadres van de griffie van de raad van discipline is:

Postbus 3115, 4800 DC Breda

 

b.         Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Lage Mosten 7, Breda.

Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u vooraf telefonisch contact op te nemen met de griffie van de raad. Het telefoonnummer van de raad van discipline is : 076-54 90 568.

 

c.         Per fax

Het faxnummer van de raad van discipline is 076 – 54 90 569. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het verzetschrift samen met een afschrift van de beslissing waarvan verzet in tweevoud per post te worden toegezonden aan de griffie van de raad van discipline.