Rechtspraak
Uitspraakdatum
20-09-2013
ECLI
ECLI:NL:TAHVD:2013:252
Zaaknummer
6878
Inhoudsindicatie
Hoger beroep niet ontvankelijk. Art. 46h lid 4 Advocatenwet.
Uitspraak
Beslissing van 20 september 2013
in de zaak 6878
naar aanleiding van het hoger beroep van:
wonende te Appelscha
klager
tegen:
wonende te Oosterwolde
verweerster
1 HET GEDING IN EERSTE AANLEG
Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Leeuwarden (verder: de raad) van 14 juni 2013, onder nummer 68/12, aan partijen toegezonden op 17 juni 2013, waarbij het verzet van klager tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van 11 mei 2012 (waarbij klager kennelijk niet-ontvankelijk is verklaard in zijn klacht) ongegrond is verklaard.
2 HET GEDING IN HOGER BEROEP
2.1 De memorie waarbij klager van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 21 juni 2013 ter griffie van het hof ontvangen.
2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van de beslissing van de voorzitter van 11 mei 2012, en het verzetschrift van klager van 15 mei 2012, ontvangen door de griffie van de raad op 16 mei 2012.
2.3 De zaak is mondeling behandeld op de zitting van het hof van 23 augustus 2013, waar klager is verschenen.
3 DE BEOORDELING
3.1 Artikel 46h lid 4 van de Advocatenwet bepaalt dat geen rechtsmiddel openstaat tegen een beslissing van de Raad van Discipline tot niet-ontvankelijkverklaring of ongegrondverklaring van het verzet, gedaan tegen een beslissing van de voorzitter van die raad waarbij een klacht als kennelijk niet-ontvankelijk of kennelijk ongegrond dan wel van onvoldoende gewicht is afgewezen.
Dit betekent, dat de Advocatenwet aan klager niet de mogelijkheid biedt om in hoger beroep te komen van de bestreden beslissing van de raad.
BESLISSING
Het Hof van Discipline:
verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep tegen de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Leeuwarden van 14 juni 2013, nr. 68/12.
De beslissing is verzonden op 20 september 2013.