Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

25-09-2013

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2013:70

Zaaknummer

L 261 - 2013

Inhoudsindicatie

Termijn van 25 jaar niet aan te merken als een redelijke termijn waarbinnen klacht is ingediend.

Inhoudsindicatie

Klacht: kennelijk niet ontvankelijk

Uitspraak

 

Beslissing van 25 september 2013

in de zaak L 261-2013

 

naar aanleiding van de klacht van:

 

A

 

klager

 

tegen:

 

B

 

verweerder

 

 

De (plaatsvervangend) voorzitter van de raad van discipline (hierna "de voorzitter") heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement  X van 27 augustus 2013 met kenmerk DOK 289 , door de raad ontvangen op 28 augustus 2013, en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken.

 

 

 

 

1.           KLACHT

De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

 

verweerder als curator in een faillissement, waarbij klager 25 jaar geleden betrokken was, uit de boedel een bedrag ad NLG 15.000,- heeft ontvangen en klager niet weet wat er met dit geld is gebeurd. Het faillissement heeft na aangifte door verweerder tot een strafzaak geleid, waarin klager is vrijgesproken. 

 

 

2.           BEOORDELING

 

2.1                  De voorzitter begrijpt uit de aan de raad overgelegde stukken dat de klacht is bedoeld tegen B., voormalig advocaat te Y. Klager schrijft immers na de door de zoon van verweerder, eveneens genaamd B, gestelde vraag tegen welke mr. B de klacht is bedoeld het volgende :

“Mijn brief van dato 14.05.13 is juist gericht aan B. Die   klacht bij de deken  in Y was inderdaad tegen B. “

Hoewel deze brief geen eenduidig antwoord op de vraag van de zoon van verweerder bevat, maakt de voorzitter uit het woord inderdaad op dat klager het eens is met de veronderstelling van de zoon van verweerder dat de klacht tegen verweerder is gericht.

 

2.2       De klacht heeft betrekking op een zaak waarin klager 25 jaar geleden betrokken was. Hoewel in het tuchtrecht voor advocaten geen algemene termijnen voor verjaring of verval betreffende het indienen van een klacht bestaan, mag een advocaat ervan uitgaan dat door hem verrichte werkzaamheden na het verstrijken van een redelijke termijn niet meer ter discussie zullen worden gesteld. Aangezien een termijn van 25 jaar niet is aan te merken als een redelijke termijn, zal de voorzitter de klacht als kennelijk niet-ontvankelijk afwijzen.

 

           

 

BESLISSING

 

De voorzitter:

 

wijst de klacht als kennelijk niet-ontvankelijk af.

 

 

Aldus gegeven door mr. J.K.B. van Daalen, voorzitter, met bijstand van mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, als griffier op 25 september 2013 .

 

 

griffier                                                                         voorzitter

 

 

Deze beslissing is in afschrift op 27 september 2013

 

per aangetekende en per gewone post verzonden aan:

- klager

 

per gewone post verzonden aan:

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement X.

 

 

Ingevolge artikel 46h lid 1 van de Advocatenwet kunnen klager en de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement X binnen veertien dagen na verzending van het afschrift van deze beslissing schriftelijk verzet doen bij de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch, Postbus 3115, 4800 DC Breda (fax: 076-5490569) . Het verzet wordt ingesteld door middel van indiening van een verzetschrift (in tweevoud), waarin de gronden van het verzet voorzien van een motivering worden omschreven. De termijn van 14 dagen begint op de dag volgend op die van verzending van de beslissing. Uiterlijk op de veertiende dag van die termijn moet het verzetschrift derhalve ontvangen zijn op de griffie van de raad van discipline. Verlenging van de termijn van 14 dagen is niet moge­lijk.

 

Het verzetschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij de raad van discipline:

 

a.         Per post

Het verzetschrift dient samen met de beslissing waarvan verzet in tweevoud, per post te    worden toegezonden aan de griffie van de raad.

Het postadres van de griffie van de raad van discipline is:

Postbus 3115, 4800 DC Breda

 

b.         Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Lage Mosten 7, Breda.

Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u vooraf telefonisch contact op te nemen met de griffie van de raad. Het telefoonnummer van de raad van discipline is : 076-54 90 568.

 

c.         Per fax

Het faxnummer van de raad van discipline is 076 – 54 90 569. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het verzetschrift samen met een afschrift van de beslissing waarvan verzet in tweevoud per post te worden toegezonden aan de griffie van de raad van discipline.