Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

27-02-2012

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2012:YA2612

Zaaknummer

M193-2011

Inhoudsindicatie

Door zijn cliënt op geen enkele wijze te informeren over de voortgang van een tweetal zaken is verweerder ernstig tekort geschoten in zijn communicatie met klager. Ten onrechte stelt verweerder dat door hem niets is ondernomen omdat met klager geen financiële afspraken konden worden gemaakt. Hij verliest daarbij uit het oog dat dergelijk afspraken juist van de

Inhoudsindicatie

advocaat dienen uit te gaan en door deze ook schriftelijk behoren te worden vastgelegd. 

Inhoudsindicatie

Klacht gegrond; enkele waarschuwing.

Uitspraak

Beslissing van 27 februari 2012

in de zaak M 193-2011

naar aanleiding van de klacht van:

 

A

 

klager

 

tegen:

 

B

 

verweerder

 

 

 

1.       VERLOOP VAN DE PROCEDURE

 

1.1     Bij brief van 25 oktober 2011, ter griffie ontvangen op 26 oktober 2011 heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement C de door klager op 7 april 2011 ingediende klacht toegezonden aan de raad tezamen met de in de inventarislijst genoemde stukken.

1.2     De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 9 januari 2012 in aanwezigheid van klager en verweerder. Van deze behandeling is proces verbaal opgemaakt.

 

1.3     De raad heeft kennis genomen van:

 

          -    de in 1.1. bedoelde brief van de deken;

          -    de bij deze brief gevoegde stukken.

 

2.       FEITEN

 

2.1     Klager is werkzaam in een loodgieter-installatiebedrijf. Al een aantal jaren laat hij zich bij meningsverschillen met klanten bijstaan door verweerder.

 

3.       DE KLACHT

 

3.1     Verweerder schiet tekort in de zorg voor zijn cliënt omdat hij weigert activiteiten te ontplooien.

 

3.2     In 2006 is verzuimd een vordering van € 5.000, - te incasseren, ondanks het feit dat het een duidelijke zaak was.

 

3.3     Eind 2009 was er een meningsverschil met een klant in D, waarover klager ook na diverse rappels niets vernam.

 

3.4     In 2011 heeft klager opnieuw een incassozaak aan verweerder in behandeling gegeven, die op basis van een toevoeging behandeld zou worden. Ook daarin is niets gebeurd.

 

4.       HET VERWEER

 

4.1     Verweerder voert tot zijn verweer aan dat hij zijn werkzaamheden heeft opgeschort omdat hij met klager niet tot financiële afspraken kwam en omdat klager in de toevoegingszaak de eigen bijdrage van € 100, - niet betaalde.

 

5.       BEOORDELING VAN DE KLACHT

 

5.1     Bij de mondelinge behandeling van de klacht heeft verweerder naar voren gebracht dat in de incassozaak uit 2006 de hoofdsom door hem was geïncasseerd en dat in de zaak uit 2009 door hem minnelijk overleg is gevoerd met de wederpartij. De Raad stelt vast dat hierover in het verweer van verweerder niets is terug te vinden, dat een en ander door klager ook uitdrukkelijk wordt ontkend en dat verweerder deze stellingen ter zitting niet nader heeft kunnen documenteren.

 

5.2     Hieruit blijkt dat verweerder ernstig is tekort geschoten in zijn communicatie met klager. Hetzelfde geldt voor de toevoegingszaak. Weliswaar is de toevoeging in januari 2012 afgegeven, maar in feite dateerde de opdracht van klager aan verweerder al van medio 2011. In de tussenliggende periode heeft verweerder geen activiteiten ondernomen en evenmin daarover met klager gecommuniceerd.

 

5.3     De stelling van verweerder, dat door hem geen activiteiten zijn ondernomen omdat er met klager geen financiële afspraken konden worden gemaakt treft geen doel. Hij verliest daarbij immers uit het oog dat het initiatief voor dergelijke afspraken juist van de advocaat dient uit te gaan en dat een advocaat ook de plicht heeft deze afspraken schriftelijk vast te leggen. Door dit alles na te laten is verweerder tekort geschoten en zal de Raad hem de maatregel van enkele waarschuwing opleggen.

 

6.       BESLISSING

 

          De Raad verklaart de klacht gegrond en legt aan verweerder terzake op de maatregel van enkele waarschuwing.

 

 

Aldus gewezen door  mr. G.J.E. Poerink, voorzitter, mrs. I. E.M. Sutorius,mevr. Th. Kremers, mevr. A.A.Freriks, A.A.J. Maat, leden, met bijstand van mr. C.M. van Lanschot als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 27 februari 2012.

 

 

 

Voorzitter                                                                      Griffier

 

 

Verzonden op: 28 februari 2012.

 

Van deze beslissing kan binnen 30 dagen na verzending van het afschrift hoger beroep worden ingesteld bij het Hof van Discipline.

 

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van het afschrift. Uiterlijk op de dertigste dag dient uw appelmemorie in het bezit t e zijn van de griffier van het Hof van Discipline. Het gaat mitsdien niet om tijdige verzending van de appelmemorie , maar om tijdige ontvangst door de griffier van het Hof van Discipline. U dient er rekening mee te houden dat verlenging van deze termijn niet tot de mogelijkheden behoort. Beroep dient te worden ingesteld door middel van een memorie waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. De memorie dient in zevenvoud te worden ingediend en vergezeld te zijn van zes kopieën van de beslissing waartegen beroep wordt ingesteld.

 

De appelmemorie kan op de volgende wijze worden ingediend bij het Hof van Discipline

 

a. Per post. Het postadres van het Hof van Discipline is: Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek.

b. Bezorging. De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC te Prinsenbeek. Bezorging kan

    uitsluitend plaatsvinden op de gebruikelijke werkdagen tijdens de gebruikelijke kantooruren.

c. Per fax. Het faxnummer van het Hof van Discipline is : 076 – 5484608; tegelijkertijd met de

    indiening per fax dienen de originele stukken per post te worden toegezonden aan de griffie van het

    Hof in het vereiste aantal.

 

Voor het inwinnen van informatie : het telefoonnummer van het Hof van Discipline is: 076 - 5484607