Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

09-08-2012

ECLI

ECLI:NL:TADRLEE:2012:YA3795

Zaaknummer

118/11

Inhoudsindicatie

 Het is onnodig grievend indien een advocaat in een geschil tussen zijn cliënt en de ouders van diens overleden vriendin, deze ouders verwijt schuldig te zijn aan de zelfmoord van hun dochter; temeer nu de opmerking geen gerechtvaarigd doel dient. Klacht gegrond; enkele waarschuwing.

Uitspraak

Beslissing van 9 augustus 2012

in de zaak 118/11

naar aanleiding van de klacht van:

 

de heer [   ]

mevrouw  [   ]

klagers

 

tegen:

mr. [   ]

gemachtigde: mr. [   ]

verweerder

 

1    VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1    Bij brief aan de raad van 13 december 2011 met kenmerk 010/011 KG101, door de raad ontvangen op 14 december 2011, heeft de waarnemend deken van de orde van advocaten in het arrondissement Groningen de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2    De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 11 mei 2012 in aanwezigheid van klagers en verweerder. Laatstgenoemde wordt bijgestaan door zijn gemachtigde mr. K.. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt. De heer J. en mr. K. hebben gepleit aan de hand van een pleitnota.

1.3    De raad heeft kennis genomen van:

-    het van de deken ontvangen dossier.

 

2    FEITEN

Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan:

2.1    Op 29 juni 2010 is de dochter van klagers overleden ten gevolge van zelfdoding. De dochter woonde gedurende 15 maanden samen met haar vriend C., die wordt bijgestaan door verweerder. De dochter van klagers en C. hadden geen samenlevingsovereenkomst. Als gevolg van het overlijden van de dochter van klagers, zijn deze, alsmede haar broers en zuster erfgenaam. Naar aanleiding van de nalatenschap is een geschil ontstaan tussen enerzijds klagers in hun hoedanigheid van erfgenaam en anderzijds C., die wordt bijgestaan door verweerder.

2.2    Bij brief met bijlagen en volmachten van 15 augustus 2011 heeft klager zich bij de deken beklaagd over verweerder.

 

3    KLACHT

3.1    De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

3.2    verweerder aan de juridisch medewerker van DAS Rechtsbijstand, die in eerste aanleg klagers bijstond in hun geschil met C., bij brief van 21 april 2011 het volgende schreef:

“Wij hopen dat uw cliënten zich realiseren dat hun opstelling naar mijn cliënt niet alleen respectloos is. Het overlijden van V.J. (afk. raad) is voor cliënt een van de somberste bladzijden van zijn leven. De wijze waarop uw cliënten hem via u benaderen, getuigt van een attitude die mede de oorzaak is geweest van het lijden van V.J. (afk. raad)”

Klagers achten deze uitspaak onnodig grievend.

Klagers menen dat hun belangen disproportioneel worden geschaad zonder dat met deze uitlating enig redelijk doel wordt gediend. De uitlatingen van verweerder zijn ongefundeerd, onjuist en grievend en hij bezoedelt daarmee de nagedachtenis van hun dochter. Verweerder heeft niet slechts het standpunt van zijn cliënt verwoord maar ook zelf een conclusie op schrift gesteld over de oorzaak van het overlijden van de dochter van klagers.

 

4    VERWEER

Het verweer luidt – zakelijk weergegeven – als volgt:

4.1    verweerder betreurt achteraf bezien de gewraakte passage uit zijn brief van 21 april 2011. Hij heeft daarvoor bij brief van 26 augustus 2011, gericht aan de deken, zijn excuses aangeboden. Voorts heeft verweerder bij brief van 19 september 2011 zijn excuses aangeboden aan zijn cliënt, C., en aan de advocaat van klagers.

4.2    Verweerder heeft verder aangevoerd dat de brief met de gewraakte uitlating is gericht aan de toenmalige gemachtigde van klagers en niet aan klagers zelf.

4.3    Voorts heeft verweerder ter zitting van de raad doen aanvoeren dat de gewraakte passage een reactie was op stellingen van de klagers dat C. had bijgedragen aan de zelfdoding van de dochter van klagers.

 

5    BEOORDELING

5.1    De raad is van oordeel dat de gewraakte passage in de brief van 21 april 2011 aan de toenmalige gemachtigde van klagers, waarin verweerder stelt dat klagers hebben bijgedragen aan de zelfdoding van hun dochter, onnodig grievend is, omdat dit een zeer ernstige beschuldiging is, die niet nader is onderbouwd.

5.2    Bovendien dient deze opmerking geen gerechtvaardigd doel. Voor de (zakelijke) afhandeling van het geschil tussen klagers en de cliënt van verweerder, kan deze opmerking niet worden gezien als enig doel dienend. Verweerder heeft ter zitting aangevoerd dat uit de houding van klagers is af te leiden dat verweerder wellicht de spijker op de kop slaat maar dat maakt  deze opmerking niet minder (onnodig) grievend. Daaruit is veeleer de bevestiging af te leiden dat verweerder in feite nog steeds achter zijn opmerking staat.

5.3    Verweerder heeft ter zitting weliswaar aangevoerd dat zijn opmerking een reactie was op de stellingen c.q. suggesties van klagers dat C. zou hebben bijgedragen aan de zelfdoding van de dochter van klagers, maar zulks is uit de stukken niet gebleken.

5.4    De raad volgt verweerder evenmin in zijn stelling dat de desbetreffende brief niet had moeten worden doorgestuurd naar klagers, omdat deze was gericht aan de toenmalige gemachtigde van klagers. Verweerder miskent hiermee de rol van een advocaat/gemachtigde die, conform de gedragsregels, gehouden is van alle correspondentie een afschrift aan zijn cliënt te sturen. De klacht is dan ook gegrond.

 

6    MAATREGEL

De raad oordeelt gelet op alle omstandigheden,  een enkele waarschuwing een passende maatregel.

 

BESLISSING

De raad van discipline:

oordeelt de klacht gegrond en legt verweerder een enkele waarschuwing op.

 

Aldus gewezen door mr. F.P. Dresselhuys-Doeleman, voorzitter, mrs. G.W. Brouwer, A.J.H. Geense, J.P van Stempvoort, M.M. Wiersema, leden, bijgestaan door mr. D.C. van der Kwaak-Wamelink als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 9 augustus 2012.

 

griffier                                                        voorzitter                           

 

Deze beslissing is in afschrift op 10 augustus 2012 per aangetekende brief verzonden aan:

-    klager

-    verweerder

-    de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Groningen

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

 

Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:

-    klager

-    verweerder

-    de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Groningen

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten

 

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.     Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:

Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek

b.     Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.

Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u telefonisch contact op te nemen met de griffie van het hof.

c.     Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof

076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl

Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl