Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

04-06-2012

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2012:YA2925

Zaaknummer

B220-2011

Inhoudsindicatie

Schending gedragsregel 21 door niet in te staan voor de voldoening van klagers declaratie voor verrichte procureurswerkzaamheden.

Inhoudsindicatie

Klacht gegrond.  Voorwaardelijke schorsing voor de duur van een week

Uitspraak

Beslissing van 4 juni 2012

in de zaak B 220-2011

naar aanleiding van de klacht van:

 

 

A

 

klager

 

tegen:

 

B

                   

verweerder

 

 

 

1                Verloop van de procedure

1.1         Bij brief aan de raad van 21 november 2011 heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement B de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2         De klacht is behandeld ter zitting van de raad van 26 maart 2012 in aanwezigheid van klager . Verweerder is zonder bericht van verhindering niet verschenen. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.3         De raad heeft kennis genomen van:

-          de brief van de deken d.d. 21 november 2011 en de daarbij gevoegde stukken.

 

2        FEITEN

Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan:

2.1     Het kantoor van klager heeft in opdracht van verweerder procureurswerkzaamheden verricht. Na afronding van de betreffende zaak heeft het kantoor van klager op 7 april 2011 ter zake de verrichte procureurswerkzaamheden een declaratie aan verweerder gestuurd ten bedrage van € 654,71, welke ondanks herhaalde schriftelijke en telefonische betalingsverzoeken onbetaald bleef.

2.2     Klager heeft een klacht ingediend bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement B. Hangende de instructiefase bij de deken heeft verweerder het bedrag alsnog op 21 oktober 2011 voldaan aan klager.

 

3        KLACHT

3.1     De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in:

          Verweerder handelt niet zoals het een goed advocaat betaamt. Hij schendt gedragsregel 21 door niet in te staan voor de voldoening van klagers declaratie van € 654,71 voor verrichte procureurswerkzaamheden. Daarenboven blijft een reactie zijnerzijds uit op het verzoek van klager het geschil middels bemiddeling op te lossen.

 

4               VERWEER

4.1     Verweerder is door de deken in de gelegenheid gesteld om in de instructiefase door de deken zijn verweer naar voren te brengen, doch heeft van die gelegenheid geen gebruik gemaakt. Verweerder is evenmin ter mondelinge behandeling van de raad verschenen. Derhalve is van verweerder geen verweer bekend.

 

5                BEOORDELING

        5.1     Uit de aan de raad overgelegde stukken en hetgeen ter zitting naar voren is gebracht blijkt dat verweerder klagers declaratie d.d. 7 april 2011 ondanks herhaalde verzoeken eerst op 21 oktober 2011 heeft voldaan. In de tussentijd heeft verweerder op geen enkele wijze kenbaar gemaakt waarom de declaratie onbetaald bleef, terwijl hij ook niet reageerde op brieven en telefoontjes van klager en van de deken.

        5.2     De raad is van oordeel dat verweerder aldus heeft gehandeld in strijd met gedragsregel 21, inhoudende dat indien de advocaat bij de behandeling van een zaak een andere advocaat een opdracht verstrekt, hij moet instaan voor de aan hem toekomende vergoedingen en honoraria, tenzij hij een uitdrukkelijk voorbehoud maakt. De raad is derhalve van oordeel dat de klacht gegrond moet worden verklaard.        

 

   6        MAATREGEL

   6.1     Mede gelet op het feit dat verweerder reeds eerder tuchtrechtelijk is veroordeeld wegens het niet nakomen van financiële verplichtingen aan de Nederlandse Orde van Advocaten en aan de rechtbank, acht de raad een voorwaardelijke schorsing voor de duur van een week, met een proeftijd van twee jaar, passend en geboden.

 

 

BESLISSING

 

De raad van discipline verklaart de klacht gegrond en legt ter zake aan verweerder op een schorsing voor de duur van een week met bepaling dat deze maatregel niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de raad later anders mocht bepalen op grond dat verweerder zich vóór het einde van de proeftijd, welke de raad stelt op twee jaren, aan een in artikel 46 van de Advocatenwet bedoelde gedraging heeft schuldig gemaakt.

 

Aldus uitgesproken ter nader bepaalde openbare zitting van 4 juni 2012 door mr. M.I.J. Hegeman, voorzitter, mrs. J.C. van den Dries, E.J.P.J.M. Kneepkens, E.P.C.M. Teeuwen, J.F.E. Kikken, leden, bijgestaan door mr. Th.H.G. van de Langenberg als griffier.

 

 

 

griffier                                                                         voorzitter                                     

 

 

 

 

 

Deze beslissing is in afschrift op   5 juni 2012   per aangetekende brief verzonden aan:

-         klager

-         verweerder

-         de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Breda

-         de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

 

Van deze beslissing kan hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld door:

-         klager

-         verweerder

-         de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Breda

-         de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten

 

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het Hof van Discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

Het beroepschrift kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.       Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is:

Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek

b.       Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.

Teneinde er zeker van te zijn dat voor de ontvangst getekend kan worden of dat pakketten die niet in een reguliere brievenbus besteld kunnen worden, afgegeven kunnen worden dient u telefonisch contact op te nemen met de griffie van het hof.

c.       Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is 076 - 548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dient het beroepschrift tezamen met de beslissing waarvan beroep in het vereiste aantal per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof.

Nadere informatie over hoger beroep en over (de griffie van) het hof

076 - 548 4607 of griffie@griffiehvd.nl

Praktische informatie vindt u op www.hofvandiscipline.nl