Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

10-09-2012

ECLI

ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3915

Zaaknummer

R. 4025/12.159

Inhoudsindicatie

Op basis van de stukken kan niet worden vastgesteld dat verweerder gedurende drie jaar verzuimd heeft om klagers zaak verder af te handelen. Verweerder heeft diverse pogingen gedaan om het vonnis te laten executeren. Toen dit verweerder niet lukte heeft hij voor klager een advocaat gezocht met relaties in Suriname. De klacht vindt dan ook geen steun in de feiten. Klacht kennelijk ongegrond.

Uitspraak

De plaatsvervangend voorzitter van de Raad van Discipline (hierna "de voorzitter") heeft kennis genomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Rotterdam d.d. 20 augustus 2012, door de raad ontvangen op 21 augustus 2012, en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken.

 

1    FEITEN

Voor de beoordeling van de klacht kan, gelet op de stukken, van het volgende worden uitgegaan.

1.1    Klager heeft zich in augustus 2006 tot verweerder gewend met het verzoek zijn vordering op C. te incasseren.

1.2    Bij verstekvonnis van 11 december 2007 is C. veroordeeld tot betaling aan klager.

1.3    C. is vervolgens naar Suriname gevlucht.

1.4    Verweerder heeft op 24 juni 2008 een deurwaarder geïnstrueerd om het vonnis te betekenen via het Openbaar Ministerie. Verweerder heeft toen de originele grosse van het vonnis beschikbaar gesteld aan de deurwaarder.

1.5    Bij brieven van 25 augustus 2009 en 29 december 2009 heeft verweerder aan respectievelijk de Nederlandse Ambassade in Paramaribo en het Ministerie van Buitenlandse Zaken een kopie van het betekeningsexploit gestuurd en geïnformeerd of de uitvoeringsstukken reeds beschikbaar zijn.

1.6    Bij brief van 26 maart 2010 heeft verweerder klager voor de executie van voornoemd vonnis verwezen naar een ander kantoor en het dossier aan dat kantoor overgedragen.

 

2    KLACHT

2.1    De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet.

2.2    Meer in het bijzonder verwijt klager verweerder dat hij gedurende drie jaar heeft verzuimd om klagers zaak verder af te handelen. Klager is van mening dat verweerder niet tijdig en correct heeft gehandeld zoals men van een redelijk handelend advocaat had mogen verwachten.

 

3    BEOORDELING

3.1    Op basis van de stukken kan niet worden vastgesteld dat verweerder gedurende drie jaar verzuimd heeft om klagers zaak verder af te handelen. Verweerder heeft diverse pogingen gedaan om het vonnis te laten executeren. Toen dit verweerder niet lukte heeft hij voor klager een advocaat gezocht met relaties in Suriname. De klacht vindt dan ook geen steun in de feiten.

3.2    Gelet op het voorgaande dient de klacht kennelijk ongegrond te worden verklaard.

 

4    BESLISSING

Wijst de klacht als kennelijk ongegrond af.

 

Aldus gewezen door mr. P.H. Veling, plaatsvervangend voorzitter, met bijstand van mr. M. Boender-Radder als griffier op 10 september 2012.

griffier                                                                         voorzitter

 

Deze beslissing is in afschrift op 10 september 2012 per aangetekende post verzonden aan:

-    klager

-    verweerder

-    de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Rotterdam.

Ingevolge artikel 46h van de Advocatenwet kunnen klagers en de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Rotterdam binnen veertien dagen na verzending van het afschrift van deze beslissing schriftelijk verzet doen bij de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Gravenhage, Postbus 85850, 2508 CN ’s-Gravenhage (faxnummer: 070-350 10 24). Het verzet wordt ingesteld door middel van indiening van een verzetschrift (in tweevoud), waarin de gronden van het verzet voorzien van een motivering worden omschreven. De termijn van 14 dagen begint op de dag volgend op die van verzending van de beslissing. Uiterlijk op de veertiende dag van die termijn moet het verzetschrift derhalve ontvangen zijn op de griffie van de Raad van Discipline. Verlenging van de termijn van 14 dagen is niet moge¬lijk.