Rechtspraak
Uitspraakdatum
18-07-2011
ECLI
ECLI:NL:TAHVD:2011:YA2142
Zaaknummer
5951
Inhoudsindicatie
Verwijt aan advocaat van de wederpartij dat hij weigerde klaagster een volmacht te laten zien. Klacht ongegrond.
Uitspraak
18 juli 2011
No. 5951
H of van Discipline
Beslissing
naar aanleiding van het hoger beroep van
klaagster
tegen:
verweerder.
1. Het geding in eerste aanleg
Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem (verder: de raad) van 15 november 2010 , onder nummer 10-93 , aan partijen toegezonden op 15 november 2010 , waarbij een klacht van klaagster tegen verweerder ongegrond is verklaard.
2. Het geding in hoger beroep
2.1 De memorie waarbij klaagster van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 13 december 2010 ter griffie van het hof ontvangen.
2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van:
- de stukken van de eerste aanleg;
- de antwoordmemorie van verweerder;
- schrijven van klaagster aan het hof van 5 mei 2011.
2.3 Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 23 mei 2011, waar klaagster en verweerder zijn verschenen.
3. De klacht
Klaagster verwijt verweerder dat hij zich jegens haar bediende van psychologische intimidatie en weigerde haar de volmacht van haar broer te laten zien; eerst moest zij het bedrag van hfl. 50.000,00 aan verweerder betalen. Daarmee is de hele zaak geëscaleerd, heeft klaagster torenhoge kosten moeten maken en is haar vertrouwen in de advocatuur aan het wankelen gebracht.
4. De feiten
De raad heeft vastgesteld van welke feiten in deze procedure wordt uitgegaan. De door de raad vastgestelde feiten, welke niet zijn betwist, vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt.
5. De beoordeling
5.1 Het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad, waarmee het hof zich verenigt.
5.2 De grieven van klaagster tegen de beslissing van de raad worden verworpen. De beslissing van de raad dient te worden bekrachtigd.
6. De beslissing
Het hof:
bekrachtigt de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem van 15 november 2010 , onder nummer 10-93.
Aldus gewezen door mr. W.H.B. den Hartog Jager, voorzitter, mrs. G. Creutzberg, J.S.W. Holtrop, G.W.S. de Groot en G.R.J. de Groot, leden, in tegenwoordigheid van mr. I.F. Schouwink, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 18 juli 2011.